Het CBS heeft de ontwikkeling van de werkgelegenheid onderzocht in zes gebieden waar sinds het begin van de economische crisis in 2008 het aantal inwoners is afgenomen. Het gaat om Delfzijl en omgeving, Oost-Groningen, Zeeuws-Vlaanderen, Zuidoost-Drenthe, Zuid-Limburg en de Acherhoek. Met name vanaf 2011 gingen in die regio’s meer banen verloren dan gemiddeld in Nederland.

Van het landelijk aantrekken van de arbeidsmarkt profiteerden vorig jaar alleen de Achterhoek en Zuid-Limburg. In Zeeuw-Vlaanderen bleef de werkgelegenheid vrijwel gelijk. In de drie noordelijke krimpregio’s was echter nog altijd sprake van een dalend aantal banen, heeft het statistiekbureau becijferd.

De bevolkingskrimp deed zich onder meer voelen in het onderwijs en de zorg. Het aantal banen voor de klas daalde sinds 2008 landelijk met 3 procent, maar in de krimpgebieden met wel 11 procent. Het aantal zorgbanen nam eveneens af, waar landelijk over de gehele periode genomen nog sprake was van een toename.