Alleen nog NFI-arts onderzoekt kindermisbruik
DEN HAAG (ANP). Forensisch artsen van het NFI hebben dit jaar al zo’n 25 kinderen onderzocht bij wie het vermoeden van seksueel misbruik bestond. Het gaat dan om jonge kinderen, onder de twaalf jaar, die mogelijk misbruikt zijn in de familiesfeer, in sportclubs of in een andere afhankelijke positie.
Vanaf september worden deze kinderen onderzocht door de NFI-artsen, die altijd ter plekke gaan. Voor die tijd werd het onderzoek bij een vermoeden van misbruik ook gedaan door lokale forensische artsen. Dat het nu alleen door NFI-artsen uitgevoerd wordt, is ingegeven door het idee van specialisatie. Het gaat dan specifiek om gevallen van kindermisbruik die in een vroeg stadium (binnen zeven dagen) aan het licht komen.
„Dat aantal is jaarlijks zo klein, dat de vierhonderd forensisch artsen in ons land niet de nodige ervaring op kunnen doen”, legt forensisch arts Wouter Karst van het NFI uit. „Jaarlijks gaat het om hooguit honderd kinderen.”
„De anatomie van kinderen is wezenlijk anders dan die van volwassenen. Het maagdenvlies van jonge meisjes is bijvoorbeeld nog heel dun en herstelt snel nadat het gescheurd is. Forensisch artsen moeten dus weten dat een intact maagdenvlies van een jong meisje niet wil zeggen dat niets in de vagina is geweest”, aldus Karst.
Maar dat kan ook omgekeerd werken: „Het gebeurt ook wel dat iets onterecht wordt weggezet als sporen van misbruik. Veel bloedvaatjes in de buurt van het maagdenvlies bijvoorbeeld. Dat hoeft niet te duiden op misbruik”.
Daarnaast is het belangrijk om deze onderzoeken op een kindvriendelijke manier uit te voeren. Veel ervaring helpt dan. Karst heeft zelf jarenlange ervaring. „Je probeert dan vooral om de situatie niet te beladen te maken. En om het kind mee te geven dat het onderzoek te allen tijde stopgezet kan worden als hij of zij dat wil. Zo geef je het kind het gevoel dat het zelf in charge is.”
Bij de onderzoeken is altijd politie aanwezig en indien mogelijk ook een kinderarts. Onderzoek van volwassen slachtoffers van seksueel misbruik blijft wel bij de vierhonderd forensisch artsen liggen die Nederland rijk is. „Dat gebeurt veel vaker. De betrokken artsen kunnen dus genoeg ervaring opdoen.”