Kerk & religie

Verkiezing

Handelingen 13:48b

Caspar Olevianus
11 November 2015 10:23Gewijzigd op 15 November 2020 23:15

„En er geloofden zovelen als er geordineerd waren tot het eeuwige leven.”

De getuigenissen van de Schrift stemmen met de ervaring overeen. Niet alle mensen zijn volgens de Schrift uitverkorenen en ook niet allen behoren dus tot de heilige kerk. „Als nu de heidenen dit hoorden, verblijdden zij zich en prezen het Woord des Heeren, en er geloofden zovelen als er geordineerd waren tot het eeuwige leven” (Handelingen 13:48).

Ook niet allen die volgens het oordeel van mensen tot de kerk behoren, zijn haar ware leden, omdat niet allen geheiligd of met het geloof bedeeld zijn. Een paar van de vele teksten uit de Schrift die er in verband met deze zaak in staan, zullen dit duidelijk maken. „Zij zijn uit ons uitgegaan, maar zij waren uit ons niet; want indien zij uit ons geweest waren, zo zouden zij met ons gebleven zijn; maar dit is geschied, opdat zij zouden openbaar worden, 
dat zij niet allen uit ons zijn.” 
(1 Johannes 2:19)

Hoewel ook de geveinsden volgens het oordeel van mensen lidmaten van de kerk schijnen te zijn, zijn zij dit echter niet naar het oordeel Gods. Zij behoren ook niet tot de heilige, algemene kerk. Daarom zei onze Heere Jezus Christus tot de schijnvrome Farizeeën: „Gij zijt uit den vader den duivel” (Johannes 8:44). Zij waren volgens de mensen echter zeer vrome leden van de heilige, algemene kerk.

Caspar Olevianus,

theoloog te Heidelberg

(”Apostolische Geloofsbelijdenis”, 1868)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer