„Van Dale minder bruikbaar voor uitgave Statenvertaling”
GAMEREN. De dikke Van Dale is steeds minder bruikbaar om te beoordelen welke woorden uit de Statenvertaling verouderd zijn, signaleert ds. A. C. Rijken in het Kerkblad van de Hersteld Hervormde Kerk deze week.
De hersteld hervormde predikant uit Gameren is tevens lid van het bestuur van de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS). Hij maakt ook deel uit van de tekstcommissie van de GBS die moet beoordelen welke woorden in de Statenvertaling verouderd zijn en vervangen moeten worden door eigentijdsere synoniemen.
De begin deze maand verschenen vijftiende editie van het driedelige woordenboek is daarvoor steeds minder bruikbaar. De reden is dat tal van Bijbelse en godsdienstige uitdrukkingen die in reformatorische kring nog volop gangbaar zijn, uit de dikke Van Dale zijn geschrapt of als verouderd worden aangemerkt.
„Vormde tot hiertoe de dikke Van Dale bij het beoordelen van woorden uit de Statenvertaling een belangrijke richtlijn met betrekking tot de verstaanbaarheid ervan, dit is met deze vijftiende editie helaas onmogelijk geworden”, concludeert de Gamerense predikant in het Kerkblad.
Als voorbeeld noemt ds. Rijken desgevraagd de uitdrukking „een onberouwelijke bekering”, die Van Dale aanmerkt als verouderd. „Onder ons wordt deze uitdrukking nog volop gebruikt. We raadplegen Van Dale wel, maar het woordenboek krijgt zeker niet het laatste woord.”
In het verleden verwees de GBS wel naar de dikke Van Dale als maatstaf of een woord wel of niet verouderd was. „Je wilt naar buiten toe graag kunnen zeggen dat je een objectieve lijn hanteert.”
Een helemaal objectief criterium of een woord uit de Statenvertaling wel of niet verouderd is, was volgens de predikant in het verleden ook al moeilijk te geven. Maar nu is dat nog veel moeilijker geworden. „We zijn tot de ontdekking gekomen: het gaat niet meer.” De tekstcommissie van de GBS kan eigenlijk niet anders dan telkens per woord een afweging maken, zegt ds. Rijken.
De commissie is haar werk begonnen naar aanleiding van de vraag of de synoniemen in de verklarende woordenlijst achter in GBS-uitgaven in de Bijbeltekst zelf opgenomen kunnen worden. Dat blijkt een „vrij tijdrovend karwei”, aldus ds. Rijken. „De woordenlijst is maar het topje van de ijsberg. We hebben uiteindelijk de concordantie van Trommius genomen en die lopen we helemaal na. Je moet ook nog kijken hoe een woord in de context gebruikt wordt. In een andere context moet je soms een ander synoniem hanteren.”
Al met al is de tekstcommissie langer bezig dan aanvankelijk gedacht, geeft de predikant aan. „We zijn nu ergens bij de H of de I.” Hoe de uitkomsten straks verwerkt worden, is ook nog niet helder. „Dat is aan het bestuur. Vervang je de woorden in de tekst, of zet je ze ernaast, net als bij de Bijbel met Uitleg?”