Achter de tralies in Almelo: „Gedetineerde heeft nauwelijks privacy”
Een gevangenis is een hotel en gedetineerden zitten hun straf uit in luxe, is een veelgehoorde opmerking. De praktijk is anders. „Zelfs tijdens het bezoekuur heeft een gedetineerde nauwelijks privacy.”
Wie zelden in een gevangenis komt, kan een gevoel van onbehagen nauwelijks onderdrukken. Detectiepoortjes bij de ingang registreren alles wat naar binnen gaat. Hekken schuiven, sloten klikken. Een weg terug is er niet.
Om de hoek bevindt zich de kast met piepers en sleutels voor het personeel. „Bij calamiteiten kan personeel alarm slaan met de rode knop op de pieper”, zegt Bert Mulder, teamleider beveiliging van het huis van bewaring –De Kruiskamp geheten– in Almelo.
Zo’n noodsituatie kan een gijzeling in het gevangeniscomplex zijn. „We hebben onze eigen onderhandelaars. De kunst voor hen is tijd rekken en nog eens tijd rekken. We oefenen regelmatig op dat scenario.” Met een lach: „We zweten dan allemaal peentjes.”
Bont gezelschap
De bajes in Almelo is een huis van bewaring. Gedetineerden zitten er vast in afwachting van hun strafzaak. „Daarom hebben we een bont gezelschap mensen binnen de muren”, zegt plaatsvervangend locatiedirecteur Frank Geers. „Hier zit alles, van gewelddadige moordenaars tot mensen die bijvoorbeeld fraude hebben gepleegd.”
Goed beschouwd is De Karelskamp een dorp. Een kapper, dokter, tandarts, winkeltje en een bibliotheek zijn er allemaal te vinden.
Achter in de gang bevinden zich de zogeheten wachtcellen van de badafdeling, een bajesterm die duidt op de locatie waar gedetineerden voor het eerst binnenkomen en onder meer door middel van hun vingerafdrukken geregistreerd worden.
„Vroeger kwam het voor dat iemand bij het bezoekuur zijn tweelingbroer liet komen en van plek wisselde”, zegt Mulder. „Dat is tegenwoordig onmogelijk.”
De ongeveer 150 mannen en vrouwen die binnen de gevangenismuren in Almelo werken, weten vaak niet voor welk vergrijp iemand achter de tralies moet. „Iedereen krijgt een gelijke behandeling”, aldus Geers. „Het is wél zaak dat we iedereen goed in de gaten houden. Veranderingen in gedrag bijvoorbeeld kunnen op problemen duiden. Waarom heeft iemand nooit contact met het thuisfront? Waarom gaat iemand niet mee luchten? Het belangrijkste is dat het personeel zulke signalen waarneemt.”
Op een tafel in de hal liggen de welkomstpakketjes: tandenborstel, tandpasta, scheermes, kammetje, lakens en handdoeken. Koffers met persoonlijke bezittingen en naamkaartjes liggen op schappen gestapeld in de afgesloten ruimte erachter.
Bezoek
Een gedetineerde mag eenmaal per week een uur bezoek ontvangen in een speciaal daarvoor ingerichte ruimte. Camera’s aan de muur registeren elke beweging. Vanuit twee verhoogde zetels kunnen bewakers de zaak met behulp van spiegels aan de wand goed overzien. In de hoek staat een kinderstoel.
De tafels waaraan de gedetineerde met zijn bezoek zit, zijn door een kunststof rand gesplitst. Zo wordt voorkomen dat er over de tafels allerlei ongeoorloofde spullen zoals drugs –die in de gevangenis erg gewild zijn– van eigenaar wisselen.
„Gedetineerden hebben 24 uur per dag de tijd om te verzinnen hoe ze drugs binnen de celmuren kunnen krijgen”, zegt Geers. „De mens is onvoorstelbaar inventief. Op dat gebied hebben we al veel meegemaakt. Zoals een gedetineerde die zijn vrouw kust en intussen via de mond een bolletje drugs krijgt, inslikt en later in de cel door het eten van zure room probeert uit te braken.”
Mulder weet nog hoe een bezoeker een mobieltje naar binnen probeerde te smokkelen door het apparaat in de hak van een nieuw paar schoenen te laten monteren. Of hoe een bolletje drugs vakkundig in de zoom van een nieuwe broek was genaaid.
„Als we ontdekken dat iemand bolletjes drugs heeft ingeslikt of zich op een andere wijze misdraagt”, zegt Geers, „volgen er sancties. Hij verstiert het voor de anderen, want de volgende keer zal het bezoekuur achter glas plaatshebben.”
Sporten
Gestommel klinkt in de gang. Een groep gedetineerden komt terug van het dagelijkse werk op de inpakafdeling. Voor bijna 80 cent per uur verdienen ze een zakcentje. De meesten dragen gemakkelijke kleding. T-shirtje, joggingbroek. Met hen spreken is ten strengste verboden. Een bewaker geeft aanwijzingen bij het detectiepoortje waar ze doorheen moeten. Mopperend draalt een van hen als hem gevraagd wordt opnieuw door het poortje te lopen.
Het andere deel van de groep is in de sportzaal. Twee keer drie kwartier in de week kunnen de gedetineerden aan hun conditie werken. En dat lukt sommigen aardig, zo te zien. Op het ritme van de muziek rennen twee van hen zich in het zweet op de loopband. Een ander –met rijkelijk getatoeëerde armen als boomstammen– tilt bijna achteloos een paar robuuste gewichten op. Anderen houden het bij een potje volleybal. Twee begeleiders houden een oogje in het zeil.
In tegenstelling tot de rumoerige sportzaal is het zogeheten stiltecentrum een oord van weldadige rust. Op de vloer ligt een donkergekleurd tapijt. De zaal is in gereedheid gebracht voor het vrijdaggebed. Het stiltecentrum als moskee. Als de wand wordt weggeschoven, is het een kerkzaal inclusief christelijke symbolen zoals een houten kruis. „Op zaterdag heeft hier een kerkdienst plaats”, zegt Geers. „Zowel het vrijdaggebed als de kerkdienst wordt druk bezocht. Gedetineerden vinden het fijn om even uit hun cel te zijn en in alle rust contact te hebben met medegevangenen.”
Aan het einde van de gang bevindt zich de bibliotheek. Langs de wand staan kasten vol leesvoer. En jawel, óók misdaadromans.
Verderop bekijkt een gedetineerde het bezoek van top tot teen, om daarna zijn aandacht te verschuiven naar twee medegevangenen die een potje poolen. „Dit is de zogenaamde extra zorgvoorziening, een speciale afdeling voor gedetineerden die zich niet staande kunnen houden op een reguliere afdeling”, zegt Geers.
Isoleercel
Bewaker Mulder opent een deur die toegang geeft tot de isoleercellen beneden. Vandaag zitten er twee mannen in. Geers: „De isoleer is écht een uiterste maatregel. Het kan zijn dat een gedetineerde er voor straf in moet, of voor zijn eigen veiligheid, omdat hij bijvoorbeeld suïcidaal is. Meestal proberen we gedetineerden met psychiatrische problemen zo snel mogelijk over te plaatsen naar het penitentiair psychiatrisch centrum in Zwolle.”
De isoleercel oogt kaal, somber en leeg. Vier sombere grauwe muren. Het enige venster zit dichtgeplakt. Direct naast de deur bevindt zich de toiletpot. Het enige contact met de buitenlucht is het moment waarop de gedetineerde onder begeleiding een paar minuten naar de luchtkooi mag.
In de hal staat een bed waarop een gedetineerde die helemaal door het lint gaat kan worden gefixeerd. „Gelukkig is zo’n maatregel hoogst zelden nodig”, zegt Geers. „Het kan gebeuren dat een gedetineerde in een psychose raakt en dat de isoleer de enige optie is voor zijn eigen veiligheid. Dat is voor allebetrokkenen vreselijk om mee te maken. Zelf slaap ik dan óók slecht.”
Bajes Almelo moest bijna sluiten
Het had maar weinig gescheeld of gevangenis De Karelskamp in Almelo had moeten sluiten.
Toenmalig staatssecretaris Teeven kwam in het voorjaar van 2013 met een plan om 340 miljoen euro te bezuinigen. De Karelskamp moest dicht.
„Voor ons kwam de aankondiging van de sluiting als een donderslag bij heldere hemel”, blikt locatiedirecteur Geers terug. „We kregen een telefoontje van het hoofdkantoor. Ons personeel kreeg het droevige nieuws te horen in de kantine. Er waren mensen die huilend op de grond vielen.”
Een alternatief plan moest staatssecretaris Teeven op andere gedachten brengen. De leiding van De Karelskamp is met de gemeente Almelo aan de slag gegaan. Uiteindelijk gaf Teeven groen licht voor De Karelskamp om de deuren open te houden.
Een van de maatregelen is dat De Karelskamp vanaf 1 januari niet meer uitsluitend huis van bewaring is –waar verdachten in afwachting van hun strafzaak verblijven–, maar ook als reguliere gevangenis dienstdoet.
Feiten en cijfers
De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie, deelde in 2014 dagelijks meer dan 90.000 boterhammen uit binnen zijn inrichtingen. Daarnaast legden de auto’s 10 miljoen kilometer af voor vervoer en ondersteuning. Bovendien moest er voor 15.000 bedden linnengoed worden gewassen.
Het totale personeelsbestand van DJI bestond voor 34 procent uit vrouwen en voor 66 procent uit mannen.
De gemiddelde verblijfstijd in de cel was voor een volwassene 93 dagen. De gemiddelde leeftijd was 35 jaar.
Een plek in een gevangenis of huis van bewaring kostte vorig jaar 253 euro per gedetineerde per dag. Een plek in een jeugdinrichting kostte een veelvoud daarvan: 608 euro per dag. Een plaats in een forensisch psychiatrisch centrum, zoals een tbs-kliniek, kostte 508 euro per dag.