Binnenland

Gevangenisdirecteur Almelo: Sfeer is gemoedelijk, niet muffig

Directeur van een gevangenis. Het is niet de baan waarvan je als klein kind al droomt, bekent Frank Geers (53). Hij begon zijn loopbaan als unitmanager bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst, werd daarna gevangenisdirecteur in Veenhuizen en Hoogeveen en zit sinds 2007 op zijn post in Almelo. De sfeer in de Penitentiaire Inrichting Almelo is gemoedelijk maar niet muffig, meent Geers. „We zijn alert en scherp.” Geweld tegen zijn personeel komt slechts paar keer per jaar voor. „Wij zitten onder het gemiddelde van zes incidenten per honderd plekken. Boeven zeggen: Zitten is niet goed, maar als het dan tóch moet, dán maar in Almelo. Niet dat we dingen weggeven of dat we hen verwennen, maar we proberen het goed te doen.”

Bert Monster

29 October 2015 21:17Gewijzigd op 15 November 2020 22:57
Directeur van een gevangenis. Het is niet de baan waarvan je als klein kind al droomt, bekent Frank Geers (53). beeld RD, Anton Dommerholt
Directeur van een gevangenis. Het is niet de baan waarvan je als klein kind al droomt, bekent Frank Geers (53). beeld RD, Anton Dommerholt

Geers signaleert dat gevangenissen steeds vaker te maken hebben met psychisch labiele gedetineerden, in combinatie met verslavingsproblematiek. „We proberen daarop in te spelen door het personeel bij te scholen. Anderzijds moeten we oppassen voor de waan van de dag. We moeten onze opleidingscapaciteit optimaal benutten.” Het is Geers’ taak om de bajes draaiende te houden, te zorgen voor orde, rust en veiligheid. Intensief contact met gedetineerden heeft Geers niet. „Op het moment dat ik erbij word geroepen is er iets aan de knikker. Als er bijvoorbeeld drugs worden gevonden, dan moet ik de sanctie vaststellen.”

Personeelsleden zeggen soms dat ze de directie weinig zien, weet Geers. „Voorheen had elke bajes eigen regels. Tegenwoordig is er meer uniformiteit in beleid en dat vergt nu eenmaal veel meer overleg met andere inrichtingen. Zo had elke gevangenis haar eigen trainingen en eigen invulling van dagbesteding. Ook voor het luchten van gedetineerden golden diverse regels. In Veenhuizen bijvoorbeeld mocht je per dag langer buiten je cel verblijven en luchten dan in Almelo.”

Gedetineerden leven in hotels en kunnen volop sporten. Geers lacht. „Die opmerking hoor ik geregeld. Veroordeelden krijgen hun verdiende straf die ze moeten uitzitten. Maar we moeten hen ook voorbereiden op een terugkeer in de maatschappij. Ze moeten een dagdeel werken waarvoor ze een kleine vergoeding krijgen. In de overige uurtjes kunnen ze onderwijs volgen of sporten. Om 17.00 uur moeten ze weer hun cel in tot de volgende morgen halfacht.”

Behalve dieptepunten zoals een zelfdoding in de inrichting, maakte Geers ook hoogtepunten mee. Zoals de ontmoeting met een ex-gedetineerde in de trein. „Hij zei: „Hé, directeur, ken je me nog? Je hebt me een paar keer in de isoleer gestopt, maar dat was nodig.” „Ik vond het prachtig de jongeman, die destijds in de cel bijna onhandelbaar was, weer zo terug te zien. Hij had intussen een vriendin, woonde zelfstandig én hij was ingestroomd in een reguliere baan.”

Dit is het eerste deel van een serie over het huis van bewaring in Almelo.

Meer over
De Karelskamp

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer