Binnenland

OM ziet groep jihadi’s als terroristische organisatie

Stevige straffen eiste het openbaar ministerie dinsdag tegen negen verdachten in het grootste Nederlandse jihadproces ooit. Ze moeten tussen de twee en de zeven jaar de cel in, vinden de aanklagers. Dat komt vooral doordat de zwaarste beschuldiging overeind is gebleven. De groep jihadisten uit met name Den Haag zou een terroristische organisatie hebben gevormd.

Jacob Hoekman
21 October 2015 12:46Gewijzigd op 15 November 2020 22:44
Poster die gebruik werd door Nederlandse jihadisten. beeld RD
Poster die gebruik werd door Nederlandse jihadisten. beeld RD

Ontzettend veel digitale data liggen ten grondslag aan het intensieve onderzoek naar Nederlandse jihadi’s. Het strafrechtelijk onderzoek bevat in totaal 75 gigabyte aan gegevens met daarin bijna 2 miljoen bestanden. Een deel daarvan betreft gruwelijke gevechtsfilmpjes. Maar er is nog veel meer. Lang niet alle Twitter- en Facebookaccounts van de verdachten zijn grondig onderzocht, zei het OM.

Dinsdag en maandag, in de extra beveiligde rechtbank in Amsterdam, deden de officieren van justitie een boekje open over hoe ze te werk gingen. Zo maakte de politie gedurende het onderzoek in de achterliggende twee jaar zelf een Facebookaccount aan onder de gefingeerde naam Aboe Noewas. Vanaf de zomer van 2013 deelde de recherche daarop jihadistische foto’s, video’s en andere berichten, om zo een betrouwbaar profiel te krijgen.

Het werkte. „Aboe Noewas” werd op Facebook vrienden met verschillende kopstukken van het veronderstelde terroristische netwerk, waardoor ook besloten pagina’s inzichtelijk werden.

Aan de hand van dergelijke acties bouwde het openbaar ministerie de afgelopen tijd een gigantisch dossier op tegen tien verdachten. Opmerkelijk detail: de verschillende onderdelen van dat dossier kregen namen van smaakjes, zoals anijs, caramel en mokka.

Omgekomen

Hoewel justitie eerst een grote groep verdachten op het oog had, zijn er uiteindelijk tien voor de rechter gedaagd. Zeven van hen staan daadwerkelijk terecht. Twee anderen zijn in Syrië, en de laatste is daar omgekomen. De zaak tegen hem is geseponeerd.

Het OM putte zich dinsdag en maandag twee lange dagen uit om te betogen op welke punten deze negen de wet hebben overtreden. Het is níét de islam zelf die terechtstaat, benadrukten de officieren van justitie, maar de handelingen van de verdachten, gebaseerd op hun radicale interpretatie van de islam.

Allereerst gaat het dan over opruiing tot terroristische activiteiten. Dat is wat het OM betreft redelijk gemakkelijk te bewijzen, gezien de gigantische hoeveelheid aan dubieuze berichten op sociale media die de verdachten daar achterlieten. Sjiieten, Joden, jezidi’s en christenen moesten het in die berichten regelmatig ontgelden. Centrum van dit „bolwerk van opruiing” was volgens het OM de zeer omstreden website De ware religie.

Maar een andere beschuldiging, die van ronselen, blijkt veel lastiger te liggen. Van tevoren werd daar stevig op ingezet, maar het OM moest de afgelopen dagen gas terugnemen. Uiteindelijk beschuldigt het OM alleen de jonge prediker Oussama C. van het ronselen van één man.

Tegelijk gelooft het OM dat anderen zich daar ook schuldig aan hebben gemaakt, maar het is onmogelijk daar het bewijs voor rond te krijgen. „Doordat het proces van het ideologisch beïnvloeden de nodige tijd in beslag neemt, is het niet vreemd dat geronselden zich niet of amper realiseren dat ze geronseld zijn”, aldus de officieren van justitie.

Veredelde vriendenclub

De belangrijkste beschuldiging, waarvoor de hoogste straf­eisen gelden, houdt het OM wél staande. Dat is het lidmaatschap van een criminele organisatie met terroristisch oogmerk. Daarvoor moet het OM kunnen aantonen dat de groep jihadi’s méér om het lijf had dan een veredelde vriendenclub, zoals ze zelf suggereren.

Het OM wees onder meer op allerlei teams in oprichting, zoals team Limburg, team Gouda en team Rotterdam. De conclusie: de verdachten hebben wel degelijk een eigen groep gevormd, die strafbare handelingen heeft gepleegd in Nederland en Syrië.

De ernst daarvan lijkt de verdachten te ontgaan, stelt het OM. „Begin januari 2015 hadden al twaalf jongens hun leven verloren in de strijd. De grote onzekerheid en het grote verdriet waarin de familieleden zijn terecht gekomen, is niet met woorden te beschrijven. De verdachten gaan hier volledig aan voorbij.”

Toch heeft het OM niet de maximale straffen geëist. Die hadden kunnen oplopen tot wel vijftien jaar. Desondanks vindt de verdediging de eisen nu al „zeer, zeer hoog”, liet advocaat André Seebregts dinsdag weten. Hij staat hoofdverdachte Azzedine C. bij. „Het OM zegt keer op keer: Gedachten zijn niet strafbaar, maar vervolgens wordt wel alles daarop gebaseerd.”

De rechtbank neemt ruim de tijd voor een afweging: de uitspraak is pas op 10 december.


Eisen variëren van twee tot zeven jaar cel

AMSTERDAM (RD). In de jihadzaak werden gisteren stevige straffen geëist.

l Hoofdverdachte Azzedine C. (1982) wordt gezien als de spil van de groep. Tegen hem werd zeven jaar geëist.

l Bekeerling Rudolph H. (1989) was de „mediaman” van de organisatie. Hij moet van het OM zes jaar de cel in.

l De jonge prediker Oussama C. (1996) zou hebben geronseld. Eis: vijf jaar cel.

l Moussa L. (1974) fungeerde als helper. Tegen hem werden dertig maanden cel, waarvan tien maanden voorwaardelijk, geëist.

l Imane B. (1989) is de echtgenote van hoofdverdachte Azzedine C. De eis: twee jaar.

l Syriëganger Jordi de J. (1993) hoorde drie jaar eisen, waarvan één voorwaardelijk.

l Tegen Hicham El O. (1985), ook teruggekeerde Syrië­ganger, werd vier jaar geëist, waarvan één voorwaardelijk.

l Hatim R. (1989) zit in Syrië. Desondanks werd tegen hem zes jaar geëist.

l Ook Anis Z. (1991) is in Syrië. De eis: vijf jaar.

l De zaak tegen Soufiane Z. (1988), broer van Anis Z., is geseponeerd. Hij zou in Syrië zijn omgekomen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer