Kerk & religie

Nieuw traject Hugenoten- en Waldenzenpad geopend

GENÈVE. Het 1800 kilometer lange Hugenoten- en Waldenzenpad heeft er officieel een nieuw traject bij, in Zwitserland. Het parcours van de zeventiende-eeuwse vluchtroute –van Genève tot aan Céligny– werd zaterdag geopend.

Wim Eradus
8 October 2015 21:22Gewijzigd op 15 November 2020 22:25
GENÈVE. Het traject Genève 2 van het 1800 kilometer lange Hugenoten- en Waldenzenpad ligt tussen het Zwitserse Genève en Céligny. beeld Wim Eradus
GENÈVE. Het traject Genève 2 van het 1800 kilometer lange Hugenoten- en Waldenzenpad ligt tussen het Zwitserse Genève en Céligny. beeld Wim Eradus

Door een zacht glooiend akkerlandschap met links aan de horizon de contouren van de Jura en rechts de hoge Alpen wandelen deze zaterdag 150 belangstellenden, de meesten met een hugenotenkruis op hun kleding. Ooit liep hier een deel van de 300.000 hugenoten die na de herroeping van het Edict van Nantes in 1685 uit Frankrijk wilden ontsnappen aan een meedogenloze vervolging.

De opening van het tweede traject van het hugenotenpad op het grondgebied van kanton Genève confronteert de aanwezigen met de huidige Europese vluchtelingenproblematiek. „Ik ben vooral geraakt door wat er gebeurt”, zegt organisator Jean-Daniel Payot. „Er zijn duidelijk overeenkomsten tussen de uittocht van deze mensen en de lijdensweg van protestantse migranten in de late zeventiende eeuw.”

De startbijeenkomst had plaats in de Temple de la Fusterie, in de oude binnenstad van Genève. Dit godshuis werd begin achttiende eeuw gebouwd ten behoeve van de vluchtelingen in de stad. Architect Jean Vennes, zelf ook vluchteling, ontwierp het. Hij liet zich inspireren door de grote Charentontempel net buiten Parijs die Lodewijk XIV met de grond gelijk liet maken.

Het eerste stuk van het pad op Zwitsers grondgebied was het traject Genève 1, tussen het grensplaatsje Chancy en de Geneefse kathedraal Saint-Pierre. Dit werd in 2010 in gebruik genomen. Het nieuwe traject, Genève 2, loopt van het Internationale Reformatiemuseum, naast de Saint-Pierre, tot aan Céligny, een enclave van Genève in het kanton Vaud.

Genève, destijds een stadstaat, telde in de tijd van Calvijn zo’n 8000 inwoners. Als gevolg van de godsdienstoorlogen en vervolgingen in Frankrijk tussen 1549 en 1587 kwam de eerste vluchtelingenstroom op gang. Binnen de muren van Genève vonden zij veilig onderdak en 3000 van hen vestigden zich er blijvend.

Geheime paden

De tweede stroom was nog massaler. Deze kwam op gang na het opheffen van het Edict van Nantes, dat bepaalde dat hugenoten hun religie in een paar Franse steden mochten belijden. Van de 300.000 hugenoten die langs geheime paden Frankrijk ontvluchtten, gingen er 170.000 naar het grotendeels protestantse Zwitserland.

Genève, dat inmiddels zo’n 16.000 inwoners telde, zette zijn poorten wijd open voor de Franse hugenoten, maar ook voor vluchtende waldenzen uit Italië. Op 30 augustus 1687 alleen al telde de poortwachter 8000 nieuw aangekomen vluchtelingen. Om politieke en economische redenen moest het merendeel de stad al snel verlaten. Ze gingen op weg naar een volgend verblijf in het protestantse kanton Vaud. Dat nu zo vredige traject over land –langs het Meer van Genève– was toen levensgevaarlijk, omdat het in Franse handen was.

Daarom kozen veel vluchtelingen voor een overtocht per boot, over het Meer van Genève. Ook deze route was niet zonder gevaar. Zo sloeg op 9 november 1690 een boot vol met mensen om in een storm. Twintig passagiers, meest vluchtelingen die door de regering van Genève waren doorgestuurd, verdronken. Al eerder ging het mis op de Are bij Aarberg. Op 8 september 1587 strandde een schip met 137 hugenoten aan boord op een zandbank en kapseisde. De dronken bemanning lette niet goed op, waardoor 111 vluchtelingen verdronken.

Na vertrek uit Genève waren Bern en Zürich de belangrijkste tijdelijke vervolgbestemmingen. De behulpzaamheid van de bevolking was bewonderenswaardig, aldus historica Silvia Pfeiffer. „Maar door slechte oogstjaren konden veel Zwitsers zichzelf ternauwernood redden.” Daarom moesten de vluchtelingen telkens weer verder trekken.

Asiel

Uiteindelijk verlieten de meesten, bij elkaar zo’n 140.000, het land via Basel en Schaffhausen om asiel te krijgen in Duitsland, met name in Hessen en Brandenburg. De massale vluchtelingenstromen in Zwitserland dwongen de betrokken kantons en steden om de lasten naar vermogen te verdelen. Bern zou de helft opnemen, Zürich 30 procent, Basel 12 procent en Schaffhausen 8 procent. Saillant detail is dat in 1687 in Schaffhausen 9000 hugenoten en waldenzen onderdak vonden. En dat in een stad met 5000 inwoners. Hierbij lijkt de huidige toestroom van vluchtelingen in het niet te vallen.

www.surlespasdeshuguenots.eu/nl


Lees ook:

Hugenotensporen in Zwitsers kanton Aargau

Over de vluchtroute van de hugenoten

Hugenotenvlucht door Zwitserland

In de voetsporen van een geloofsvluchteling

Hugenotensporen in Duitsland

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer