Opinie

Huidige vluchtelingenstromen niet te vergelijken met die van vroeger

Er bestaan grote verschillen tussen vluchtelingenstromen uit het verleden en de huidige immigratiegolf, betoogt dr. C. P. Polderman.

dr. C. P. Polderman
21 September 2015 12:08Gewijzigd op 15 November 2020 21:57
beeld AFP
beeld AFP

In de Troonrede van afgelopen dinsdag werd aandacht besteed aan het asielzoekersprobleem. De oorzaken daarvan werden gezocht in „militaire conflicten, politieke instabiliteit, schendingen van de mensenrechten, armoede en gebrek aan kansen en toekomst.” Er werd ten onrechte met geen woord gerept over de terreur van Islamitische Staat (IS). Velen zijn op de vlucht voor de tirannie en ”inquisitie” van (elkaar bestrijdende) islamitische groeperingen. Deze organisatie maakt het leven voor christenen en andere minderheden in de door hen gecontroleerde gebieden onmogelijk. Er is sprake van een ware godsdienstoorlog.

Ook in Europa zijn in het verleden de nodige godsdienstoorlogen uitgevochten. Vaak met complete volksverhuizingen als gevolg. De inquisitie onder Karel V en Filips II heeft in de zestiende eeuw bijvoorbeeld grote groepen mensen van huis en haard verdreven.

Hoe groot het aantal vluchtelingen exact is geweest, is onduidelijk. Dat het er veel waren staat buiten kijf. Een Engelse bisschop noteerde in 1562 dat er meer dan 30.000 gevluchte Nederlanders neergestreken waren in Londen en Sandwich. Een bericht uit 1563 spreekt over 20.000 vluchtelingen in dezelfde streek.

Een andere bron meldt dat het inwonertal van verschillende dorpen en steden in de Nederlanden halveerde. Met de komst van Alva in 1567 zijn 100.000 mensen naar het buitenland gevlucht. Een pamflet uit 1566 spreekt over 400.000 vluchtelingen in de periode 1527-1544. En dat op een bevolking van ongeveer 1,5 miljoen personen.

Vluchtelingen uit de Nederlanden waren overigens niet alleen te vinden in Engeland. Veel protestantsen vluchtten naar buurland Duitsland (Oost-Friesland, Beneden-Rijn en later de Palts).

Niet alle vluchtelingen waren protestanten, politieke rebellen of gelukszoekers. Ook was niet iedere Nederlander in een naburig land een vluchteling. Ook kooplieden vestigden zich om economische redenen in het buitenland.

De meeste vluchtelingen keerden terug naar hun vaderland na een gunstige politieke verandering of een afname van de druk door de inquisitie.

Zelfredzaamheid

Wat opvalt is dat de vluchtelingen in de zestiende eeuw in staat waren voor zichzelf te zorgen. Ze pakten in een ander land vaak hun beroep of ambacht weer op. Niet zelden leidde deze toename van activiteiten tot een economische opleving. De economie van een stad als Middelburg bloeide op door de komst van Zuid-Nederlandse geloofsvluchtelingen.

Als we de situatie van toen vergelijken met de huidige vluchtelingenstromen moeten we concluderen dat er veel verschillen zijn. Veel vluchtelingen, zowel islamieten als christenen, zijn door onderlinge godsdienstige twisten zo getraumatiseerd dat ze niet in staat zijn om hun beroep weer op te pakken.

De taal- en cultuurverschillen als gevolg van hun Aziatische of Afrikaanse achtergrond zijn bovendien van dien aard dat ze hier moeilijk (kunnen) integreren. Velen zijn analfabeet en slecht of helemaal niet opgeleid. Daardoor zijn ze niet inzetbaar. Bovendien mogen ze nogal eens niet werken. Vluchtelingen kosten de gastlanden daarom (veel) geld. Ook veroorzaken ze sociale problemen.

Integratie

Nog een verschil met vroeger. De asielzoekers die hier worden opgevangen, zijn vaak niet van plan om ooit naar hun vaderland terug te keren. De meesten hebben (soms letterlijk) de schepen achter zich verbrand. Hun aandacht is vooral gericht op het bemachtigen van een verblijfsvergunning en het via eindeloze procedures(!) in orde maken van gezinsherenigingen.

Omdat het integratieproces door compleet andere culturele achtergronden in veel gevallen moeizaam verloopt, is het niet te verwachten dat de vluchtelingen kunnen leven en werken zoals autochtone Nederlanders dat gewend zijn. De dagen worden gevuld met wachten, wachten en nog eens wachten. Ledigheid is vaak des duivels oorkussen. Daar komt bij dat geloofsgenoten in naburige landen hen niet willen opnemen en sluwe mensenhandelaren hen van hun laatste geld hebben afgeholpen.

Armoede

Onze geseculariseerde politici, die vaak niets (meer) hebben met geloof, begrijpen het echte probleem niet of willen het niet begrijpen.

Het erkennen van het feit dat er sprake is van veelal diep geestelijke en godsdienstige problemen, en daaruit voortvloeiende politieke problemen, zou een stap in de goede richting zijn bij het zoeken naar oplossingen. Problemen moeten immers bij de wortel worden aangepakt. Symptoombestrijding leidt altijd tot teleurstellingen en verergert meestal het probleem.

Als ik de Troonrede goed heb gelezen denken onze bewindslieden (en ook velen van ons volk) alleen maar aan materiële zaken, zoals de verdeling van geld (procentje meer, procentje minder) en economisch groei. Daar is alle aandacht op gericht. Ondertussen negeert men het geestelijk welzijn. Dat is mijns inziens de grote armoede van een ontwikkeld land als Nederland, dat geregeerd wordt door een regering die God niet erkent en dankt.

De auteur is econoom en historicus.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer