Cultuur & boeken

Spotlight: Niet iedereen kan een leider zijn

Grote leiders zijn vaak lang, hebben een diepe stem en een symmetrische lichaamsbouw. Als mensen een leider moeten kiezen, vallen ze snel voor een dergelijke uitstraling. Maar volgens psycholoog Jaap van Ginneken is dat een oerreflex die in onze tijd lang niet altijd even handig werkt.

Enny de Bruijn
18 September 2015 07:43Gewijzigd op 15 November 2020 21:53
Lengte is een van de kenmerken waarop presidenten en premiers beoordeeld worden. beeld AFP
Lengte is een van de kenmerken waarop presidenten en premiers beoordeeld worden. beeld AFP

Over leiderschap verschijnen er de laatste jaren tientallen boeken. ”De zeven eigenschappen van effectief leiderschap”, ”Authentiek leiderschap”, ”Handboek inspirerend leiderschap”, ”Geloofwaardig leiderschap”, ”Leiderschap door navolging”, ”Gezond leiderschap in de kerk” enzovoort. Het kan trouwens frustrerend zijn om al die leiderschapsboeken te lezen, want de vraag is of je leidinggeven ten diepste wel kúnt leren.

Volgens het nieuwe boek van Jaap van Ginneken is succesvol gezag uitoefenen voor een groot deel bepaald door persoonskenmerken die je zelf níét in de hand hebt: lengte, stem, gezicht, naam, familie enzovoort. Daar kun je hoogstens nog een laklaagje aan toevoegen door jezelf te ontwikkelen, de juiste woorden en gebaren te gebruiken, een donker pak te dragen.

Van ”Het profiel van de leider” kun je leren dat langere mannen automatisch in het voordeel zijn, dat zwaardere stemmen gezag hebben, dat symmetrische gezichten mensen aantrekken. Lange mensen verdienen gemiddeld meer dan hun iets kleinere collega’s, en presidenten zijn in veel landen gemiddeld zo’n 5 centimeter langer dan de doorsnee-man.

Hoe langduriger een man het woord neemt, hoe meer zijn gezag bij de omgeving toeneemt. Maar als een vrouw dat doet, neemt haar gezag juist af. Dat heeft te maken met haar geringere lengte, haar lichtere stem, haar afwijkende lichaamshouding. Geen wonder dat vrouwen zo’n moeite hebben om door te dringen tot de top. De oplossing voor dat probleem is volgens de auteur overigens niet een minimumquotum voor vrouwen instellen, maar een maximumquotum voor ‘Bokito’s’ aan de top.

Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Er zijn voorbeelden van vrouwelijke wereldleiders, en ook van kleine wereldleiders – die dan vaak weer als extra fel en fanatiek de geschiedenis ingaan (Lenin en Stalin allebei 1,65 meter, Franco 1,66 meter), maar Napoleon, die het napoleoncomplex zijn naam gaf, blijkt in werkelijkheid helemaal niet zo klein geweest te zijn: 1,68 meter, een gemiddelde Fransman voor zijn tijd.

”Het profiel van de leider” staat vol met zulke wetenswaardigheden, en dat maakt het een leuk boek, ondanks dat het slordig geschreven is (als je bijvoorbeeld zegt dat er een verband is tussen lengte en jaloezie, of tussen een lange ringvinger en autistische stoornissen, moet je ook uitleggen wélk verband – de tekst lijdt iets te vaak onder een dergelijk storend gebrek aan precisie).

Het boek is vooral een onuitputtelijke bron van anekdotes, terwijl er niet erg diep op verklaringen voor de verschijnselen wordt ingegaan. De conclusie van de schrijver komt vooral hierop neer: „We blijken onze hoogste leiders nog steeds vaak mede te benoemen en te verkiezen vanwege instinctieve of intuïtieve voorkeuren die nog stammen uit de savanne, uit het stenen tijdperk, uit primitieve stammenstrijd waarbij vrouwen vanzelf op het tweede plan kwamen.”

De evolutiebiologie en -psychologie vormen dus het kader voor dit verhaal. Geen ”scheppingsorde”, maar gedrag dat afkomstig is van ”de primitieve mensen en dieren die ons voorgingen”. Een morele kant zit daar eigenlijk niet aan, behalve dan dat het boek suggereert dat het niet altijd verstandig is dat we ons nog altijd door zulke primitieve voorkeuren laten leiden.

Over goed of slecht leiderschap gaat het dan ook helemaal niet in ”Het profiel van de leider”. Wie daar iets meer over wil weten, moet zijn informatie elders zoeken. Bijvoorbeeld bij ”The emotionally healthy leader” van de Amerikaanse voorganger Peter Scazzero, een boek dat vooral gericht is op leidinggeven binnen de kerk. Ook al zijn de situatie en de theologische achtergrond van deze evangelische voorganger een andere dan die van veel Nederlandse predikanten en leidinggevenden, de aanbevelingen die hij doet zijn de moeite waard.

Het belangrijkste punt dat hij aanreikt, is dat je als leidinggevende jezelf moet kennen. Als je een ongezonde leider bent, mis je bewustzijn van je eigen gevoelens en zwakheden en heb je maar weinig benul van de manier waarop anderen je gedrag ervaren. Je vermijdt het om na te denken over je eigen angsten, verdriet of boosheid, en dus kun je niet op een volwassen manier met anderen omgaan.

Al even ongezond is het als je geen grenzen kunt aangeven en altijd maar denkt dat veel werk verzetten beter is dan bidden, mediteren of gewoon uitrusten. Of als je je werk belangrijker vindt dan je persoonlijke relaties. Of als je geen rustdag houdt, één dag in de week waarop je geen werk doet – ook een voorganger die op zondag moet werken, heeft die ene rustdag nodig.

Intussen vraag je je te midden van de lawine aan leiderschapsboeken wél af: Waarom wil iedereen leren hoe hij anderen kan leiden, maar niet hoe hij de leiding van anderen kan accepteren? Wil eigenlijk nog wel iemand in deze wereld een ondergeschikte zijn, een volger? Het is merkwaardig dat daar geen boeken over verschijnen, terwijl de meeste mensen in deze wereld (werknemers, jongeren, ouderen, ‘gewone’ gemeenteleden, niet-overheidspersonen) die rol toch vaak moeten spelen. Tenzij je de president van de Verenigde Staten bent is er altijd wel iemand die je baas is, iemand die op een bepaald gebied ouder en wijzer is, die hoger in rang is of op andere manieren meer gezag heeft dan je zelf hebt.

Bovendien: de Bijbel spreekt vaker over christelijke gehoorzaamheid dan over christelijk leiderschap. En áls het al over leiders gaat, krijgen die juist uitdrukkelijk de boodschap dat ze de ander moeten dienen. Dat is een heel ander verhaal.

”Het profiel van de leider. De oerkenmerken van invloed en overwicht”, Jaap van Ginneken; uitg. Business Contact, Amsterdam, 2015; ISBN 978 90 470 0847 7; 222 blz.; € 19,90.
”The emotionally healthy leader”, Peter Scazzero; uitg. Zondervan, Grand Rapids, 2015; ISBN 978 03 105 2536 3; 336 blz.; € 20,99.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer