„Vakbond varkenshouders is nog steeds bereid tot acties”
BARNEVELD. Als het nodig is, gaat ook de Nederlandse Vakbond Varkenshouders (NVV) de barricaden weer op. Dat zei voorzitter Ingrid Jansen dinsdag in een reactie op de oprichting vorige week van een nieuwe actiegroep van varkensboeren die de NVV-strategie om de sector uit de nood te helpen, te slap vinden.
De NVV werd in 1994 opgericht door de legendarische boerenactieleider Wien van den Brink. De vakbond wilde een sectorale tegenhanger zijn van boeren- en tuindersorganisatie LTO Nederland. LTO had –en heeft– weliswaar een vakgroep varkenshouderij, maar de organisatie als geheel moet toch rekening houden met belangen van haar leden uit alle sectoren. Soms botsen die. De NVV komt uitsluitend op voor varkenshouders.
De NVV speelde zichzelf met spraakmakende acties in de kijker. Bijvoorbeeld met de ‘gijzeling’ in 1995 van dozen vol mestboekhouding bij het toenmalige Bureau Heffingen in Assen. Vorig jaar nog opende de NVV een Meldpunt Valse Lesstof, om „misleidende” informatie over de Nederlandse landbouw in het onderwijs aan de kaak te stellen.
De laatste jaren stelt de NVV zich gematigder op dan in de begintijd. De banden met de LTO-vakgroep varkenshouderij zijn aangehaald, in het besef dat de slinkende groep Nederlandse varkensboeren meer gebaat is bij een stevige belangenbehartiging dan bij onderling gekibbel.
Het laatste zetje om in één schip te komen –overigens met behoud van zelfstandigheid– was het besluit van het tweede kabinet-Rutte in 2012 om de productschappen op te heffen. Dat leidde vorig jaar tot de oprichting van de Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV), die begin dit jaar een aantal taken van het vroegere Productschap Vee en Vlees heeft overgenomen. Formeel gebeurde dat door individuele varkenshouders, maar NVV en LTO faciliteerden, zoals dat heet.
Blokkeren
De Nederlandse varkensboeren staat het water tot aan de lippen, omdat ze al tijden kampen met te lage prijzen voor hun vleesvarkens – en bij gevolg ook voor hun biggen. Terwijl elders in Europa hun collega’s wegen blokkeren, kiezen NVV en LTO voor een diplomatiek offensief. Tien dagen geleden stuurden ze, samen met de brancheorganisaties van slachterijen en veevoerfabrikanten, een brief aan staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) waarin ze vragen om een onderhoud. In een bijlage sommen de vier organisaties een aantal maatregelen op die volgens hen noodzakelijk zijn om de varkenshouders weer wat te laten verdienen.
Ze vragen Dijksma om zich tijdens de geplande crisisbijeenkomst van Europese landbouwministers begin volgende maand sterk te maken voor het openbreken van de belangrijke Russische markt –die immers vanwege politieke redenen, de ruzie tussen Poetin en het Westen over Oekraïne, op slot zit– en het beschikbaar stellen van EU-subsidie voor de promotie van Nederlands varkensvlees. Ook pleiten de organisaties voor een onderzoek naar de mogelijkheden om in te grijpen in de markt, bijvoorbeeld door varkens in Europa tijdelijk vervroegd (op lager gewicht) te slachten. Verder is er in Nederland zelf werk aan de winkel, schrijven de vier organisaties. De Nederlandse boeren kampen met milieu- en dierenwelzijnswetgeving die een stuk verdergaat dan de Europese regels, terwijl veel landen in Oost- en Zuid-Europa nog niet eens aan die laatste voldoen. Dit zadelt de Nederlandse boeren op met een hogere kostprijs, waardoor ze meteen op achterstand staan bij de concurrentie.
Strategie
NVV-voorzitter Ingrid Jansen staat vierkant achter de diplomatieke strategie, ook nu een deel van haar achterban om harde acties roept. Dat betekent niet dat de NVV afscheid heeft genomen van haar actieverleden, zegt zij desgevraagd.
„Als het nodig is, klimmen we weer op de barricaden. Maar we hebben een aantal trajecten lopen die we eerst een kans willen geven. Allereerst ons voorstel aan Dijksma. Maar we doen ook samen met de Rabobank en het ministerie van Economische Zaken onderzoek naar een herstructurering van de Nederlandse varkenshouderij. Daarbij gaat het erom dat de marges in de varkensvleesketen eerlijker worden verdeeld.”
Jansen zegt geen mening te hebben over de komst van de actiegroep. „Maar het onderstreept wel de nood in de sector. Ik constateer alleen dat ook zij eerst praten, met slachterijen en supermarkten, voordat ze met acties komen.”