De predikant van de plaatselijke vrije oud gereformeerde gemeente sprak over Openbaring 14:6 en 7. Er zijn aan Johannes „verschrikkingen” getoond, aldus ds. Flapper. „Daarna zijn hem verkwikkingen ten deel gevallen. Hij zag het Lam in Zijn verlossende arbeid.”

Johannes hoorde een stem die het lied van Lam verkondigde. „Hij hoorde de kenmerken van de kerk die het lied zong. Die kerk is onberispelijk.”

Toch is het werk op aarde nog niet af. „Het Evangelie moet nog voortgaan en verkondigd worden. De boodschap van het eeuwige Evangelie komt van Boven, uit het midden van de zichtbare hemel.” De heerlijkheid van het Evangelie staat tegenover het inktzwarte oordeel van God, zei de predikant uit Oldebroek.

Vrijgekocht

Ds. A. F. R. van de Veen, predikant van de oud gereformeerde gemeente te Utrecht, verwees naar de brief die Paulus tijdens zijn gevangenschap in Rome aan Filemon schreef over de weg­gelopen slaaf Onesimus. Deze had het Evangelie dat Paulus verkondigd had „ingedronken”, maar was de wereld weer ingegaan.

Ds. Van de Veen noemde Onesimus een „tegengehouden slaaf.” Hij was weer onder de prediking van Wet en Evangelie gekomen. Paulus vroeg Filemon hem als een geliefde broeder weer aan te nemen. De apostel wilde dat alles wat de schuldige slaaf had weggenomen, niet Onesimus maar hém toegerekend zou worden. „Zo werd Onesimus een vrij­gekochte slaaf”, aldus de Utrechtse predikant.

Doodsbeenderen

Ds. A. Verschuure, predikant van de gereformeerde gemeente te Scherpenzeel, sprak over Ezechiël 37. Daarin laat de Heere de profeet in een visioen een dal vol dorre doodsbeenderen zien. 
Ezechiël verkondigt de ballingen dat de Heere hun graven zal openen en dat Hij het volk zal terugbrengen in het land Israël.

Volgens de predikant is dat ook een boodschap voor „zendingsvrienden” nu. „Zo zijn ook onze beenderen verdord, onze verwachting is verloren en wij zijn afgesneden. Maar in die weg gaat de Heere grote wonderen doen”, aldus ds. Verschuure.

De Heere vraagt aan Ezechiël of die beenderen levend zullen worden. „Zal dat in Oldebroek, Utrecht, Scherpenzeel en Zimbabwe ook gebeuren?” Ezechiël laat het antwoord aan God over: „Heere, Heere, Gij weet het!”

Vervolgens moet Ezechiël profeteren over deze dorre beenderen: „Hoort des Heeren woord.” „Net als die dorre beenderen moeten ook wij, zowel hier als in Afrika, het Woord van de Heere horen”, zei ds. Verschuure. „We moeten de genademiddelen waarnemen.”

Dan gaat er iets gebeuren, aldus de predikant. „Dorre beenderen worden weer keurige lichamen, echter zonder geest.”

Ten slotte moet Ezechiël profeteren dat de Geest de dode lichamen levend maakt. „Het is overal nodig dat die Geest Zich paart aan het gepredikte Woord van God.”