Verdachten brandstichting kerk Israël voorgeleid
JERUZALEM. Twee verdachten van brandstichting in de historische Kerk van de Broodvermenigvuldiging aan het Meer van Galilea, zijn woensdag in staat van beschuldiging gesteld. Tegen drie andere verdachten zullen nog stappen worden ondernomen.
Dat heeft de Israëlische veiligheidsdienst meegedeeld. De twee verdachten zijn woensdag voorgeleid voor een rechtbank in Nazareth.
De uitgebrande kerk markeert de plaats waar volgens de christelijke traditie Jezus de broden en de vissen vermenigvuldigde. De kerk staat onder het beheer van benedictijner monniken.
De twee verdachten zijn Yinon Reuveni uit Ofakim en Yehuda Asraf uit Elad. Autoriteiten hebben de in 1995 geboren Reuveni verschillende keren een verbod opgelegd om de Westelijke Jordaanoever te bezoeken vanwege gewelddadigheden tegen Palestijnen en hun eigendommen. Asraf (1996) behoorde tot de zogeheten ”heuveltopjeugd”, jongeren uit radicale hoek die in omstreden nederzettingen wonen.
De aanklacht stelt dat de verdachten in de avond van 17 juni bij een benzinestation in Latrun flessen met brandstof vulden. Vervolgens reden ze in de richting van de kerk, waar ze even na 3.00 uur het gebouw binnendrongen. Ze verspreidden de brandstof op diverse plekken en staken de kerk in brand.
De veiligheidsdienst stelt dat de vijf verdachten deel uitmaken van een beweging met een radicale ideologie. Aanhangers menen dat de regering omvergeworpen moet worden en dat de verlossing van de Joden naderbij moet worden gebracht door zelf in actie te komen.