Onrust onder IHC-personeel groeit: wie verliest straks zijn baan?
ALBLASSERDAM. De onrust onder het personeel van scheepsbouwconcern IHC groeit. Vooral de mannen op de werkvloer maken zich zorgen over de grote reorganisatie die nog dit jaar zijn beslag moet krijgen. Dat bleek donderdagavond tijdens een bijeenkomst die de vakorganisaties in Alblasserdam hadden belegd.
Een kwartier voor aanvang puilt de afgehuurde ruimte in cultureel centrum Landvast uit en moet worden uitgeweken naar een grotere zaal. Op de handtekeningenlijst staan meer dan 160 namen, twee keer zo veel als verwacht.
Ze zitten er, van de ijzerwerker –ring in het oor, tatoeage op de schouder– tot de man op kantoor, die deze avond zijn stropdas thuisgelaten heeft; jongeren met een leer-werkovereenkomst, maar ook IHC’ers die op weg zijn naar hun pensioen, mannen en vrouwen. De vraag die allen bezighoudt: wie verliest straks zijn baan?
De sfeer is gespannen maar toch ook weer gemoedelijk. IHC’ers zijn een familie. „Daarom maken we ons sterk, niet met 487 (het aantal vaste krachten op fulltime-basis dat de directie wil ontslaan, red.) maar met alle 2800 medewerkers”, zegt Ruud van den Bergh, bestuurder van FNV Metaal.
Buitenland
IHC wil vanwege „verslechterde marktomstandigheden” een deel van het werk verplaatsen naar het buitenland. Twee van de vier werven in Nederland gaan dicht. De ondernemingsraad (or) en de bonden zijn er niet van overtuigd dat de plannen –die zij momenteel vertrouwelijk bestuderen– noodzakelijk zijn om de toekomst van het bedrijf zeker te stellen. Vorig jaar nog maakte IHC een recordwinst van 124 miljoen euro. En ook dit jaar wordt er winst gemaakt. De orderportefeuille mag dan gekrompen zijn, de komende jaren worden er telkens drie tot vier schepen gebouwd, evenveel als vóór de Braziliaanse megaorder uit 2013.
Veel nieuws hebben de bonden niet te vertellen. „We wilden de mensen bijpraten over de procedure, voordat iedereen op vakantie gaat”, zegt Piet Verburg van CNV Vakmensen. Ook willen de onderhandelaars graag input. „Kom op met je ideeën. Geef ze door op meldpuntihc-ed-gmail-dot-com”, dringt Van den Bergh aan. „Heb je geen telefoonnummer? Ik ben niet zo handig met computers”, roept een lasser door de zaal. Iedereen lacht.
RMU-onderhandelaar Chris Baggerman bestempelt het sociaal plan dat de directie heeft voorgelegd als „futloos, inspiratieloos en ambitieloos.” Zo voorziet het bijvoorbeeld niet in begeleiding van ”werk naar werk” voordat er sprake kan zijn van ontslag, terwijl dat volgens hem juist veel kou uit de lucht kan nemen. Ook twijfelt hij aan de intentie achter de reorganisatie. „In plaats van om behoud van werkgelegenheid lijkt het te gaan om winstmaximalisatie.”
Geen vertrouwen
De vinger gaat algauw naar de Rotterdamse havenbaron Cees de Bruin, die sinds twee jaar 62 procent van de aandelen IHC in handen heeft. Verschillende medewerkers laten in ronde taal weten dat ze geen vertrouwen in hem hebben. De vakbondsbestuurders spelen er handig op in. Als iemand wil weten waar bij de inkrimping het grootste gat gaat vallen, roept Van den Bergh: „Als het aan mij ligt in de portemonnee van meneer De Bruin.” De zaal lacht.
Actievoeren? Daarvoor lijkt het nog te vroeg. „IHC is altijd een goede werkgever geweest”, verklaart or-secretaris Henk Haverkamp desgevraagd. „Maar we zien wel dat de onzekerheid mensen in beweging brengt. Dat zag je laatst bij de cao-acties van de bonden. Vroeger stonden er 30, 40 mensen bij de poort, de laatste keer waren het er 190.”