CBGG Woerden geopend: Kerk en kerkelijk bureau zijn slechts middel
De kerk en ook een kerkelijk bureau zijn slechts middelen om Gods Koninkrijk en de verspreiding van Zijn Woord gestalte te geven.
Die boodschap klonk zaterdagmorgen in verschillende bewoordingen tijdens een bezinningsbijeenkomst ter gelegenheid van de heropening van het geheel vernieuwde Centraal Bureau Gereformeerde Gemeenten (CBGG) te Woerden. De openingsbijeenkomst met als thema ”Kerk-zijn in een seculiere samenleving” vond plaats in het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente van Woerden.
„Gelukkig kerkelijk bureau in Woerden waar men God nodig heeft, wekelijks, dagelijks, ja elk moment. Gelukkig als we ons werk niet in eigen kracht kunnen doen.” Dat zei ds. F. Mulder (Rhenen), oud-voorzitter van het deputaatschap kerkelijke dienstverlening, in zijn meditatie over Psalm 127:2 aan het begin van de bijeenkomst. De predikant had dezelfde tekst gekozen als waarmee ds. A. F. Honkoop in 1983 het kantoor van het CBGG opende.
Psalm 127 verwoordt Salomo’s levenservaring, aldus ds. Mulder. In de eerste verzen komt drie keer het woord tevergeefs voor. „Het is tevergeefs arbeiden, tevergeefs preken, tevergeefs waken als we het niet in afhankelijkheid van de Heere doen. Wat hebben we ontdekkende genade nodig om zo ons werk te doen.” De predikant wees ook op Christus „wiens werk volkomen is.”
Het thema ”Kerk-zijn in een seculiere samenleving” werd zaterdagmorgen in vier korte lezingen belicht vanuit verschillende invalshoeken. B. W. Drost, directeur van het kerkelijk bureau, sprak over ”Kerk-zijn binnen de kerk”; L. A. Kroon, directeur van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) sprak over ”Kerk-zijn en jongeren”. H. J. Colijn, directeur van gehandicaptenorganisatie Helpende Handen, belichtte het thema onder de titel ”Kerk-zijn en hulpverlening”. P. Eikelboom, directeur Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) sprak over ”Kerk-zijn vanuit missionair oogpunt”.
Drost vergeleek de Gereformeerde Gemeenten bij een schip op de woelige, seculiere wereldzee. Hij wees op de vele mensen die onzichtbaar, achter de schermen, dienstverlenend bezig zijn voor de kerk.
Het gaat in de kerk om Christus en Zijn werk, maar de gemeente is ook een sociale gemeenschap, benadrukte Kroon in zijn korte lezing over jongeren en de kerk. „Dat was ook een belangrijk kenmerk van de eerste gemeenten. Van dat leven ging wervingskracht uit. Daarom moeten we geen tegenstelling maken tussen de gemeente rond het Woord en de contacten onder elkaar.”
De prediking van het Woord moet centraal blijven staan, stelde Kroon. „Jongeren vinden de preek van zondag heel belangrijk. Dus moet daar extra aandacht voor zijn.” Hij pleitte voor preken in de „gewone Nederlandse taal.”
Net als de prediking geen eenrichtingsverkeer is, mag de catechisatie dat ook niet zijn, aldus Kroon. „Goede communicatie met jongeren bevordert de overdracht. Daarbij moet er ook ruimte zijn voor vragen, ook kritische vragen.” Individuele zorg voor jongeren in de kerk is belangrijk, aldus Kroon. „Kennen we hen? Weten we wat er in hun hart leeft.”
Het is in de kerk een plicht voor elkaar en de naaste te zorgen, stelde Colijn van Helpende Handen. Hij wees op verschillende passages uit de Bijbel die dat onderstrepen, zoals die over de lamme die door zijn vrienden naar de Heere Jezus werd gebracht. „Neem uw verantwoordelijkheid, uw kerkelijke verantwoordelijkheid. Is er oprechte betrokkenheid?”
Het is de opdracht van de kerk om uit te gaan buiten de gemeente, om het Evangelie uit te dragen, benadrukte ZGG-directeur Eikelboom zaterdagmorgen. „Deze opdracht maakt het onmogelijk ons terug te trekken binnen de kerk. Dat Woord moet verspreid worden in Woord en Daad.”
De ontmoeting met christenen elders, in andere culturen, roept vragen op. „Dan wordt duidelijk: dat wij een minderheid zijn met eigen tradities en gewoonten. Het is dan reëel en nodig telkens na te denken over wat principieel en onopgeefbaar is, en wat niet.” Daarin moeten ook de eigen gemeenteleden worden meegenomen door goede en eerlijke voorlichting, zei Eikelboom.
In kerk en zending moet het uiteindelijk gaan om de eer van de Heere. „Daartoe bestaat ten diepste de kerk”, aldus Eikelboom.
Architect en deputaat M. A. Ros wees op de grote plaats die het CBGG in het geheel van de Gereformeerde Gemeenten inneemt.
De verbouwing begon begin oktober 2014 en kon begin februari worden afgerond. Behalve de buitenmuren en het trappenhuis is er weinig intact gebleven van het oude kantoor. Er heeft een herindeling van de binnenruimten plaatsgevonden, waardoor ongeveer 50 vierkante meter extra kantoor- en vergaderoppervlakte is gecreëerd. Verder zijn sanitair, verlichting, plafonds, ventilatie en koeling vernieuwd. De kosten bedroegen ongeveer 700.000 euro.
Zaterdagmiddag konden belangstellenden het vernieuwde kantoorgebouw aan de Houttuinlaan 7 bezichtigen.