Kerken langs het ”knaol”
Langs het ”knaol” in Stadskanaal hangt een wit spandoek: ”Kerk is open, welkom!” De deuren van de lutherse kerk staan open. Buiten hangt, aan een stenen muurtje, de tekst: „Looft den Heer, predikt Zijn naam, maakt Zijn daden bekend onder de volken, Psalm 105:1.”
De stad Groningen nam 250 jaar geleden het besluit om het Stadskanaal te laten graven. Via het kanaal kon de turf uit de Oude Veenkoloniën worden afgevoerd. Pas honderd jaar later bereikten de gravers de Duitse grens bij Ter Apel.
Het Stadskanaal trok mensen aan: veenarbeiders, turfgravers, schippers, burgers. Die wilden op de dag des Heeren weleens rusten van alle arbeid in het veen om naar Gods Woord te horen. Kerken waren er echter nog niet, en dus werd het Evangelie verkondigd in kroegen en cafés.
Aangezien dat allemaal zo niet blijven kon, werden er kerken gebouwd en gemeenten gesticht, door hervormden, gereformeerden, luthersen, baptisten, rooms-katholieken en doopsgezinden. Later kwamen er nog vele kerken bij: christelijke gereformeerde, vrijgemaakt gereformeerde, nieuw-apostolische en pinkstergemeenten.
Het kerkelijk leven in Zuidoost-Groningen bloeide op in bonte veelkleurigheid. Nu dit jaar het Stadskanaal wordt herdacht, willen de kerken ook delen in de belangstelling. Tot en met oktober opent een groot aantal kerken op enkele zaterdagen de deuren.
In samenleving aanwezig
In de kelder van de lutherse kerk in de stad Stadskanaal prijzen Ed Donga en Geertje Kamst het lutherse denken aan. Donga: „Lutheranen houden van vrijheid en blijheid. Alles wat we doen, mogen we doen uit geloof, hoop en liefde. Nu het kanaal wordt herdacht, willen wij ook leuke dingen doen. We willen laten zien dat de kerk nog echt in de samenleving aanwezig is.”
De lutherse gemeente van Stadskanaal is de enige in de wijde omgeving. In dit deel van de provincie zijn er alleen nog lutherse gemeenten in Winschoten, Pekela, Veendam en in de stad Groningen. De naburige provincie Drenthe kent geen enkele lutherse gemeente.
Donga: „Als lutheranen zijn wij in de Protestantse Kerk in Nederland natuurlijk maar een kleine partner. Daarom fuseren we in Stadskanaal bewust niet met de protestantse gemeente. Zíj hebben wel duizend leden. Wij maar zeventig. Als we met hen zouden samengaan, blijven wij nergens meer. De verhoudingen zijn goed, hun predikanten gaan bij ons voor, maar verder willen we onze eigen identiteit behouden.”
Onze liturgie is, zegt Donga, al heel anders dan die van de hervormden en de gereformeerden. „Wij lijken daarin meer op katholieken. Maarten Luther heeft een aantal dingen uit de roomse kerk weggedaan en de rest laten zitten. Zo simpel was het.”
Zeventig kerken
Op een laptop laat Donga foto’s zien van kerken in het gebied tussen het Zuidlaardermeer en Ter Apel bij de Duitse grens. „In de strook links en rechts van het Stadskanaal hebben meer dan zeventig kerken gestaan. Daar is nog de helft van over.”
De foto’s laten zien wat er van die andere helft geworden is. Veel voormalige kerken werden woonhuis, horecagelegenheid, museum, inloophuis, ontmoetingspunt, dorpshuis, asielzoekerscentrum of Thaise tempel.
Donga wordt er niet treurig van: „Er kwamen ook weer veel nieuwe dingen voor in de plaats.”
Maar in deze zuidoosthoek van de provincie Groningen is evengoed veel secularisatie, ontkerkelijking, leegloop.
„Verdrietig doen helpt niets. Het hoort niet bij het lutherse denken om bij de pakken neer te gaan zitten. Wij zijn opgeruimde mensen.”
De stad Stadskanaal is alleszins kerkelijk, stelt Donga vast: de hervormden kwamen in 1833, de gereformeerden in 1845, de rooms-katholieken in 1848, de doopsgezinden in 1851, in 1860 kwam er een synagoge, in 1867 bouwden de baptisten een kerk, in 1875 de lutheranen. „Een breder aanbod van kerkgenootschappen vind je bijna nergens.”
Kerkzaal
Boven bevindt zich de kerkzaal Aan de achterwand hangt de tekst: „Jezus zeide: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven.” Daar hangen ook drie schilderwerken, over Goede Vrijdag, Pasen en Hemelvaart. In het midden van het liturgisch centrum staat de altaartafel, rechts daarvan een spreekgestoelte. Er prijkt een paaskaars naast de doopvont.
De kerk biedt plaats aan zo’n honderd bezoekers. Iedere zondagmorgen is hier dienst, zegt Donga. „De opkomst ligt gemiddeld rond de vijftien mensen.”
Wat is de boodschap die verkondigd wordt?
„Dat varieert. De ene voorganger vertelt dit. De andere dat. De boodschap in vier zinnen? Eén: niet met het vingertje naar een ander wijzen. Twee: het gaat om de liefde van God. Drie: de mens is verantwoordelijk voor alles wat hij doet. Vier: iedereen moet dienstbaar zijn.”
Is er leven na dit leven?
„Ja, natuurlijk.”
Zijn er een hemel en een hel?
„Een hemel wel. Een hel, dat weet ik niet. Er is toch genade?”
In een hoekje van de kerkzaal is een stiltehoek ingericht. Er ligt een psalmboek opengeslagen. Kaarsjes branden. Onder het orgel hangt een woord van Luther: „Als ik wist dat morgen de wereld zou vergaan, dan zou ik vandaag nog een appelboompje planten.” Bij de ingang hangt een oude schoolplaat: ”Luther op de Rijksdag te Worms, 1521”.
Er is op deze zaterdagmorgen weinig bezoek. Dat ligt aan de plaatselijke en de regionale pers, zegt Donga boos. „Ze hebben niet vermeld dat wij open dag houden.”
Een vader en zijn zoon uit Dokkum maken ijverig foto’s van het lutherse kerkinterieur. „Wij interesseren ons voor kerken en orgels”, zeggen beiden in koor. De vader over zijn zoon: „Hij was nog maar drie jaar oud toen we er op de fiets op uitgingen. Hij voorop, op de stang. En bij iedere kerk moest ik hem voor de ramen optillen. Hij moest op z’n minst het orgel zien.”
Vanwaar zo veel belangstelling voor kerken en orgels?
„De kerk zégt ons wat. Daar wordt gepreekt, verkondigd, we zijn erin opgevoed. Het geloof staat bij ons voorop in het leven.”
Katholieke enclave
Een paar kilometer er naar het zuidoosten ligt, bijna op de grens met Drenthe, het lintdorp Musselkanaal. Het dorp ligt midden in een gebied dat vooral rooms-katholiek is.
De deuren van de Heilige Antonius van Paduakerk staan open. Binnen hangt een zware wierooklucht. Uit de speakers klinken zacht liederen uit Taizé. De klok luidt het angelus, waarmee vroeger rooms-katholieken driemaal per dag werden opgeroepen om het werk stil te leggen en de handen te vouwen.
De heilige mis, eens in de twee weken op zondagochtend, trekt vaak nog wel zo’n honderd rooms-katholieken, zegt kerkbeheerder Wim Deuling. „Katholieken zijn hier trouw aan hun kerk. Er staan nog zo’n 1600 parochianen in onze boeken. Alleen de jongeren laten het afweten. Je kunt hen ook niet dwingen. Maar in deze regio wordt nog geen enkele katholieke kerk met sluiting bedreigd.”
Wat Deuling vooral wil laten zien, zijn wat relikwieën, kleine stukjes van de beenderen van de heilige Antonius, van de evangelist Markus, van Franciscus van Assisi, en van de martelaren van Gorcum.
Zou dat wel echt zijn?
„Ja kijk, dat heb je nu met geloof: je moet het geloven. Als je steeds gaat vragen: Zou dat wel echt zijn, dan blijven we nergens meer.”
Klooster Ter Apel
Nog een enkele kilometer verder naar het zuidoosten ligt Ter Apel. Al die tijd dat er in de veenkoloniën gegraven en geleefd werd, stond daar het Klooster Ter Apel.
Honderden jaren lang leefden hier tussen de muren de kloosterlingen in hun stille wereld. Het leven was er vol boete doen en beschouwing, in alle teruggetrokkenheid. Hier bad men soms de uren aan flarden, elke dag opnieuw. Zo regen de dagen zich tot jaren aaneen. De monniken hadden zich in hun grauwe habijt gedistantieerd van de wereld om hen heen. Ze leefden hun leven lang met dezelfde regels en ernstige geloften, met elke dag dezelfde mensen, totdat er soms zomaar eentje minder was, omdat de dood over de kloostermuren was geklommen. Maar nu zijn alle kloosterlingen weg.
Stromend water
In 1765 (250 jaar geleden) maakt de stad Groningen een begin met het graven van het 38 kilometer lange Stadskanaal, van Bareveld tot Ter Apel. Het kanaal moest de ontginning van het hoogveen van het Bourtangermoeras bevorderen. Gegraven werd er langs de rand van de provincie Groningen, parallel aan de Semslinie. De Semslinie is de grens tussen Groningen en Drenthe die 400 jaar geleden werd geleden uitgezet door de landmeter Johan Sems.
In dit jubileumjaar van het Stadskanaal en de Semslinie presenteren de kerken in deze zuidoostelijke hoek van de provincie Groningen zich onder het thema ”Stromend water”.