Binnenland

Bus als symbool van het kwaad

Een stalen wrak. Meer bleef er van bus 19 uit Jeruzalem niet over nadat een Palestijn zichzelf opblies. Maandag waren de restanten van het voertuig te zien in Den Haag. Het uitbuiten van andermans ellende? „Nee”, zegt rabbijn Shmuel Katzman beslist. „Deze bus vestigt de aandacht op de slachtoffers. En op de reddingswerkers die na elke aanslag hulp verlenen en de ravage opruimen.”

Evert van Dijkhuizen
24 February 2004 09:20Gewijzigd op 14 November 2020 00:59
DEN HAAG – Rabbijn Katzman met achter zich de rampbus uit Jeruzalem. „Mensen zijn behoorlijk geëmotioneerd bij het zien van de bus. Ze kennen de beelden alleen van de televisie.” - Foto RD, Anton Dommerholt
DEN HAAG – Rabbijn Katzman met achter zich de rampbus uit Jeruzalem. „Mensen zijn behoorlijk geëmotioneerd bij het zien van de bus. Ze kennen de beelden alleen van de televisie.” - Foto RD, Anton Dommerholt

Den Haag, maandagochtend, tegen halftien. Een trailer met oplegger rijdt het plein bij het Haagse Vredespaleis op. Onder de dekzeilen gaat een lugubere lading schuil. Joodse mannen met keppels beklimmen de vrachtauto en verwijderen de zeilen. Omstanders staan oog in oog met een verwoeste Israëlische autobus. Opgeblazen op donderdag 29 januari in Jeruzalem. Het resultaat: elf doden en tientallen gewonden.

De slogan op de trailer -”Opmerkelijke mensen achter opvallend transport”- krijgt in deze omstandigheden een bijna bizarre betekenis. Demonstranten en toeschouwers staren naar het zojuist onthulde monument.

Er is weinig fantasie nodig. Op de kapotte stoelen záten mensen. Mannen, vrouwen, kinderen. Achter het stuur zát de chauffeur. Zoals elke dag. Totdat een Palestijnse terrorist zijn gruwelijke werk deed. Lijn 19 explodeerde. De zoveelste bloedige aanslag. Opnieuw rouwde Israël. Niet voor de laatste keer. Nieuwe aanslagen volgden. De recentste was zondag, met acht doden.

Het wrak van buslijn 19 werd naar Nederland gevlogen. Mede op initiatief van de stichting Christenen voor Israël. Die betaalde een groot deel van de kosten. Shmuel Katzman hielp bij het verkrijgen van de vergunningen.

De rabbijn, verbonden aan de 400 leden tellende Nederlands-Israëlitische Gemeente in Den Haag, wijst elke suggestie af als zouden de Israëli’s goedkoop willen scoren met emoties. „Deze bus vestigt de aandacht op de verschrikkelijke gevolgen van terroristische aanslagen”, legt de rabbijn uit. „Ze is een symbool van het kwaad.”

Burgemeester Deetman van Den Haag moest toestemming geven om de rampbus in zijn stad neer te zetten. Deetman lag de afgelopen dagen onder vuur omdat hij via een kort geding probeerde te verbieden dat er portretten van slachtoffers in een pro-Israël-demonstratie werden meegevoerd.

De burgemeester verloor de zaak, liet zich vervolgens negatief uit over de Israëlische ambassade en verspeelde daarmee sympathie bij Israël-organisaties. Rabbijn Katzman heeft andere ervaringen met Deetman. „Hij heeft ons uitstekend geholpen. Ik doe niet mee met mensen die hun beschuldigende vinger naar de burgemeester uitsteken.”

Het tonen van de rampbus dient nog een ander doel, vertelt Katzman. „We vragen niet alleen aandacht voor de slachtoffers, ook voor de reddingswerkers die na elke aanslag in actie komen: Zaka. Deze organisatie bestaat uit 700 vrijwilligers. Ze wonen verspreid over het hele land en kunnen elk moment van de dag opgeroepen worden. Zaka is een humanitaire organisatie, geen politieke. De Zaka-medewerkers doen aangrijpend werk. Ze verlenen eerste hulp aan de slachtoffers en wissen de sporen van de aanslag uit.”

In Israël zelf is er veel respect en waardering voor Zaka, maar daarbuiten nauwelijks, aldus rabbijn Katzman. „Ik lees in de internationale media wel over Palestijnse boeren die door het hek dat Israël bouwt hun akkers niet meer kunnen bereiken, maar Zaka wordt niet genoemd. Daarom vragen wij nu aandacht voor het belangrijke werk van deze organisatie. Wat deze mensen na een aanslag meemaken, tart elke beschrijving. Ze treffen met bloed overgoten kinderwagens aan; lichaamsdelen die overal verspreid liggen.” Voordat de bus op transport werd gesteld, is het voertuig helemaal schoongemaakt, aldus de rabbijn. „Uit piëteit voor de nabestaanden van de slachtoffers.”

Vandaag zou de bus weer enkele uren bij het Haagse Vredespaleis staan. „Niet om te shockeren, maar om de realiteit te laten zien”, zegt Katzman. Hij ziet zijn inspanningen beloond. „We moesten aan veel voorwaarden voldoen. Onder meer dat de plaats waar de bus vannacht heeft gestaan, geheim moest blijven. We wilden niet het risico lopen dat de bus ondergespoten zou worden met graffiti.” Katzman sluit niet uit dat de rampbus vaker bij demonstraties ingezet gaat worden. „Ik denk aan zowel Europese landen als aan Amerika.”

Over de reacties tot nu toe is de Haagse rabbijn tevreden. „Mensen zijn behoorlijk geëmotioneerd bij het zien van de bus. Ze kennen de beelden alleen van de televisie. Nu staan ze oog in oog met de vreselijke gevolgen van terrorisme.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer