Dr. W. van Vlastuin, een katholiek protestant
De katholiciteit van de kerk is nodig voor het christen-zijn, vindt dr. W. van Vlastuin. „Augustinus, Bernardus van Clairvaux, Luther, Calvijn, Owen, Brakel, Kohlbrugge en Van der Poel, ze horen er allemaal bij. Van elk van hen leer ik wat. Geen één wil ik verabsoluteren. Ze zijn allemaal van de kerk. Kohlbrugge is best eenzijdig, de puriteinen hebben een scheut Kohlbrugge nodig. Zo verstaan we met al de heiligen iets van Gods rijkdom.”
Als kind deed dr. W. van Vlastuin naar eigen zeggen oppervlakkige indrukken op van de oud gereformeerde ds. Joh. van der Poel. „Hij was een vriendelijke man. Zo gaf hij mijn broertje, die vooraan in de kerk zat, eens een aai over zijn bol.”
Die vriendelijkheid bleef dr. Van Vlastuin bij. Maar dat niet alleen. In zijn studeerkamer in de Wezepse bossen vertelt hij over een bevindelijke wending die hij in 25 jaar predikantschap meemaakte. „Die houdt verband met ds. Van der Poel. Ik weet niet hoe, maar er is aan mijn kant een bepaalde herkenning. Van der Poel bemediteerde zijn preken, zodat hij uit de geestelijke werkelijkheid sprak. Naar mijn besef moet dat ook zo. Je moet exegetisch en theologisch een vakman zijn, maar preken is meer dan een theologische exegese plus enkele geestelijke toepassingen. Het Woord zelf is geestelijk, daar mogen wij niets aan toevoegen, maar het is een worsteling om deze diepte te ontdekken.”
Dr. Van Vlastuin groeide op als oudste in een gezin van elf kinderen. Zijn ouders waren van hervormden huize maar werden oud gereformeerd. „In de bezinning op de geschiedenis van de kerk van de Reformatie in ons land, leidde mijn weg terug naar de Nederlandse Hervormde Kerk.” Dr. Van Vlastuin werd predikant in de hervormde gemeente te Wouterswoude (1990). Daarna stond hij in de gemeenten van Opheusden en Katwijk aan Zee. In 2005 werd dr. Van Vlastuin universitair docent aan het Hersteld Hervormd Seminarie. Sinds 1 januari is hij hoogleraar theologie en spiritualiteit van het gereformeerd protestantisme aan de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam. Op 11 september houdt hij zijn inaugurele rede. Hij is op dit moment als (co)promotor betrokken bij het onderzoek van zeven promovendi.
Wat houdt ”theologie en spiritualiteit van het gereformeerd protestantisme” in, in gewonemensentaal?
„Gereformeerd protestantisme is protestantisme in gereformeerde zin. Spiritualiteit kun je vertalen met geestelijk leven. En theologie gaat over de leer. Spiritualiteit hangt in de lucht tegenwoordig. Het is een modern en actueel begrip. Ook ongelovigen zoeken naar spiritualiteit. Hier gaat het om de geestelijke dimensie van het christelijk geloof.
Met het woord spiritualiteit wordt uitgedrukt dat de mens een hart heeft. In onze pastorie in Katwijk hadden wij de bekende tekst van Augustinus achter het raam hangen: „Onrustig is ons hart, totdat het rust vindt in U.” Augustinus heeft veel aandacht voor het hart. Dat hebben de reformatoren minder tot een thema gemaakt. De puriteinen weer wel. Ze grijpen daarbij meer terug op Augustinus dan op de Reformatie.
Staande in deze tijd, met zijn vraag naar spiritualiteit, wil ik in dit onderzoeksveld de schatten van de christelijke traditie aanboren. Wat betreft de theologie komt de vraag centraal te staan hoe deze spiritualiteit van het gereformeerde protestantisme zich verhoudt tot de Bijbel. Kortom, het gaat om de relatie tussen Gods Hart naar het menselijk hart.”
Ondanks zijn professoraat gaat dr. Van Vlastuin zondags voor in diverse gemeenten. „Ik zou het preken niet graag missen. Ik houd van de mensen en ervaar het als een diep geheim om met de gemeente naar het Woord te luisteren. Het kost energie, maar ik krijg er ook energie van. Als ik zondags gepreekt heb, krijg ik zin in mijn theologische werk van doordeweeks. De theologie moet dienstbaar zijn aan de kerk. Als je los van pastoraat en prediking gaat theologiseren, ga je zweven. De katheder roept om de kansel en de kansel roept om de studeerkamer. Dat is mijn meest principiële visie op theologie.”
Op de preekstoel heb je geen direct contact met de mensen, mist u dat?
„Je hebt geen een-op-eencontact, maar je hebt wel contact. Onder het Woord. Het delen van het Woord met de gemeente is een gave. De opgave die er ook in zit, staat in het kader van de gave. Ik zie, juist nu ik geen gemeentepredikant meer ben, duidelijk in dat het Gods bedoeling is dat een plaatselijke predikant een plaatselijke gemeente dient. Alleen zo wordt de gemeente geweid in de grazige weiden van het Woord.”
Zijn er dingen die u juist niet mist sinds u geen gemeentepredikant meer bent?
„Kleinmenselijkheid en burgerlijkheid, ruzies. Studenten krijgen nu meer te horen hoe je daarmee kunt omgaan dan ik in mijn studententijd. Ik was in mijn begintijd als predikant wel eens zaken aan het toedekken en met loze kalk aan het pleisteren. Later leerde ik dat je beter zaken direct kunt benoemen, en vooral dat de tijd rijp moet zijn voor een oplossing als er conflicten zijn. Je moet niets forceren, je kunt wel de spiegel van het Woord voorhouden.”
De katholiciteit van de kerk is essentieel voor het christen-zijn, stelt dr. Van Vlastuin.
Wat betekent de katholiciteit van de kerk?
„Christenen belijden te geloven in een heilige, katholieke kerk van Christus. Een kerk van alle tijden. Irenaeus, Chrysostomus, Augustinus, Bernardus van Clairvaux, Luther, Calvijn, Owen, Brakel, Kohlbrugge en Van der Poel, ze horen er allemaal bij. Van elk van hen leer ik wat. Geen één wil ik verabsoluteren. Ze zijn allemaal van de kerk. Kohlbrugge is best eenzijdig, de puriteinen hebben een scheut Kohlbrugge nodig, en zo is er meer te zeggen. Iedereen heeft een fractie van God gezien. Je bent dwaas als je je daarvoor afsluit. Als je de band met hen doorsnijdt, ben je geen kerk meer. Wij kunnen niet om onze voorgeslachten heen. We zijn niet de eersten die de Bijbel lezen en ook niet de enigen.”
Trinitarisch
Tijdens zijn ambtsperiode is dr. Van Vlastuin meer trinitarisch gaan preken, stelt hij. Aanvankelijk was hij vooral op de puriteinen gericht en betekenden de Erskines veel voor hem. Dr. Van Vlastuin: „In tweede instantie kwam ik bij Calvijn terecht. En via Calvijn weer bij John Owen met zijn dikke delen over de Heilige Geest. Ook lees ik veel van auteurs uit de Vroege Kerk, van Luther en van Kohlbrugge. Ik preekte in het begin van mijn predikantschap sterk Wet en Evangelie. Schots. Maar als je de Wet preekt, preek je meer aanzeggend dan benoemend, iets minder dus over het effect van Wet en Evangelie in onze harten. Het meer trinitarische aspect is, dat je woorden mag geven aan hoe het Woord door de Geest effectief is in ons hart.”
Hoe bent u tot die verandering van stijl in uw preken gekomen?
„Door feedback van kerkgangers en van kerkenraden. „U preekt niet zo bevindelijk, dominee”, hoorde ik in Wouterswoude. Terwijl ik dacht: Ik preek toch dat je het moet beleven? Daar bleef ik op reflecteren. Is dat zo? Waar zit dat in? Altijd als ik een preek voorbereid, denk ik na over dit soort dingen. En als ik een andere preek lees, vraag ik me af: Waarom doe ik dat niet, of waarom zou ik dat niet doen? Zo ontwikkel je een bepaalde gevoeligheid. In de begintijd in Katwijk heb ik mogen zien dat het Woord geen object is, maar de stem van de levende God. Heel het Woord staat in een geestelijk perspectief.”
Bent u gevoelig voor kritiek?
„Vanuit het besef dat ik een geestelijke beginneling ben, stel ik me kwetsbaar op en wil ik altijd over kritiekpunten nadenken.”
U zoekt naar een authentieke christocentrische bevindelijkheid. Hoe verloopt die zoektocht?
„Het is een zoektocht vanuit de zekerheid, laat dat duidelijk zijn. Een zoeken vanuit het hart. Zoeken, zoals Paulus zegt, „opdat ik Hem kenne.” Het gaat om die diepere kennis van en relatie met Christus. Wij kennen ten dele. Tegelijk zit er aan die zoektocht een theologische kant. Want hoe duid je die kennis theologisch? Hoe mag dat benoemd worden? Wat vind je allemaal in Christus?
Belangrijk is daarbij voor mij de lijn naar de schepping. Alle dingen zijn door het Woord gemaakt en dragen Zijn sporen. Zo herschept Hij Zijn eigen werk. Schepping is niet natuur, maar schepping. In de late middeleeuwen heeft er een objectivering van de schepping tot natuur plaatsgevonden. Hoewel je in de Reformatie heel diepe geestelijke duidingen vindt van de schepping, bijvoorbeeld in de Heidelbergse Catechismus en bij Calvijn, is deze geestelijke duiding van de schepping niet gethematiseerd in de Reformatie.”
Wat heeft die objectivering voor gevolgen gehad?
„Schepping is iets objectiefs geworden, iets neutraals, materie, dood, in plaats van de almachtige, alomtegenwoordige kracht van God waarover zondag 10 van de Heidelbergse Catechismus spreekt. Calvijn zegt: Je moet net zolang naar een bloemetje kijken totdat het je ontroert. Pas dan begrijp je dat God de Schepper is. Ik denk dat die gedachte in potentie wel in de Reformatie aanwezig was, maar niet functioneerde zoals in de Vroege Kerk.”
Hoe kun je de kerk van vandaag daar bewust van maken?
„Belangrijk is het om te weten wat we missen. Dat geeft een nieuwe ontvankelijkheid. Wil iets functioneren, dan moet je er oog voor krijgen. En je moet het theologisch verantwoorden. Theologiestudie is eigenlijk het geloof dat inzicht zoekt, zegt Augustinus. Als er iets meer tot mij is doorgedrongen in de afgelopen 25 jaar, is het wel de grootheid van God. Wat is al onze theologie ten dele. Hoe meer we van God en Zijn Christus mogen zien, des te meer we beseffen zo weinig te zien.
Ik ervaar het als een voorrecht om Gods gedachten te overdenken, te overpeinzen, me daarover te verbazen en dat met studenten en gemeenten te delen.”
Dr. W. van Vlastuin
Willem van Vlastuin werd op 6 maart 1963 geboren in Maarn. Hij studeerde aanvankelijk technische natuurkunde in Delft, later theologie in Utrecht en werd in 1990 hervormd predikant in Wouterswoude. Daarna stond hij in Opheusden (1995) en in Katwijk aan Zee (1999). In 2009 werd hij universitair docent aan de Vrije Universiteit en sinds begin dit jaar is hij hoogleraar theologie en spiritualiteit van het gereformeerd spiritualisme aan dezelfde universiteit. Dr. Van Vlastuin, die in 2002 promoveerde op de theologie van Jonathan Edwards, was al sinds 2005 aan de Vrije Universiteit verbonden via zijn docentschap aan het Hersteld Hervormd Seminarie. De predikant woont in Wezep, is getrouwd en heeft zes kinderen. Zondag is hij 25 jaar predikant.
Zie ook:
Dr. Van Vlastuin: VU ziet gereformeerde gezindte helemaal zitten – interview met dr. van Vlastuin n.a.v. hoogleraarschap (RD.nl, 20-12-2014)
Dr. Van Vlastuin hoogleraar aan VU (RD.nl, 19-12-2014)
Ds. Van Vlastuin neemt afscheid van Katwijk aan Zee (Reformatorisch Dagblad, 30-03-2009)
Spiegel voor een ingezonken kerk : Proefschrift dr. Van Vlastuin benadrukt werk van de Heilige Geest in Amerikaanse opwekkingsbeweging (Reformatorisch Dagblad, 13-02-2002)
De promotie van ds. W. van Vlastuin – door ds. P. de Vries (Gereformeerd Weekblad, 25-01-2002)
Een bevindelijke ontmoeting met de Heilige : Promovendus drs. Van Vlastuin onderzoekt Edwards’ leer van de Heilige Geest (Reformatorisch Dagblad, 10-01-2002)
Intrede ds. W. van Vlastuin te Katwijk op 14 augustus 1999 (De Waarheidsvriend, 26-08-1999)
Afscheid ds. W. van Vlastuin van Opheusden (De Waarheidsvriend, 15-07-1999)
Bevestiging en intrede ds. W. van Vlastuin te Opheusden (De Waarheidsvriend, 02-02-1995)
Afscheid drs. van Vlastuin van Wouterswoude (De Waarheidsvriend, 05-01-1995)
Bevestiging en intrede kandidaat W. van Vlastuin te Wouterswoude (De Waarheidsvriend, 07-06-1990)