Prof. Baars: Gemeente moet splitsen bij 500 zielen
WOUDENBERG. „Wordt een gemeente groter dan ruwweg 500 zielen, dan moet je gaan splitsen.” Dat stelt prof. dr. A. Baars donderdag in het Reformatorisch Dagblad, naar aanleiding van de artikelenserie over huisgemeenten in Nederland.
De emeritus hoogleraar, die aan de Theologische Universiteit Apeldoorn ambtelijke vakken doceerde, voelt zich ook op dit punt verwant met de puriteinen. Die waren van mening dat een predikant vanaf de kansel oogcontact met alle hoorders moet kunnen hebben. Prof. Baars: „Een gemeente dient ook qua omvang iets van een familie te houden. De Bijbel spreekt niet voor niets over het huisgezin Gods.”
Een opvallend kenmerk van de meeste huisgemeenten is voor de christelijke gereformeerde emeritus hoogleraar de overwaardering van de charismata ten koste van het ambt. Het gaat hem te ver om te stellen dat er in de reformatorische kerken sprake is van het omgekeerde. „Wel was er in de oude kerk meer variatie in bedieningen. Ik ben dankbaar voor de gereformeerde kerkstructuur, maar laten we gebruikmaken van opvallende gaven die bepaalde gemeenteleden hebben. Het priesterschap van alle gelovigen zou onder ons meer aandacht mogen hebben.”
De opkomst van huisgemeenten, ook vanuit reformatorische kring, past voor prof. Baars bij de huidige cultuur, „waarin het eigen vinden, voelen en ervaren centraal staan. Naar mijn vaste overtuiging moeten we het persoonlijk en in de kerk hebben van het Woord dat van de andere kant komt.”
Lees ook rd.nl/huisgemeenten.