Het zevental zit volgens justitie achter het megatransport van 4 ton cocaïne met de Panamese zeesleper Otton. De politie onderschepte de drugs (straatwaarde 200 miljoen euro) eind augustus vorig jaar in Vlissingen. De Otton was daar gestrand met motorpech. De zogenoemde Amalthea-zaak dient deze week in de extra beveiligde rechtbank in Osdorp in Amsterdam, omdat de verdachten ernstig zouden worden bedreigd.

Naast gevangenisstraffen van zestien jaar eiste de openbaar aanklaagster ook boetes van 450.000 euro tegen de 41-jarige H. J. uit Lelystad en de 48-jarige Amsterdammer R. H. Twee Colombianen (36 en 25 jaar) hoorden zeventien jaar eisen en daarnaast boetes van circa 3000 euro. Het bewijs bestaat onder meer uit veel telefoontaps en observaties.

Officier van justitie Muller sprak over de grootste drugsvangst ooit in Nederland met als motief „financiële verrijking.” Volgens haar zijn de drie Colombianen vooruitgestuurd naar Nederland voor ontvangst. De al eerder voor drugshandel veroordeelde J. fungeerde als tussenpersoon en H. had contacten met afnemers. Alle complottheorieën of infiltratieverhalen deed ze af als onzin.

Tegen de 38-jarige N. J. uit Lelystad werd 240 uur werkstraf en een voorwaardelijke celstraf van tien maanden geëist. Zij is de zus van „de spil in de smokkelzaak” en had onder meer geld van haar broer in een bankkluis bewaard. De vrouw speelde volgens Muller geen wezenlijke rol in de drugssmokkel van Colombia naar Nederland. Ze was ook al vrijgelaten.

De strafzaak tegen de Colombiaanse vriendin van H. J., de 31-jarige M. V., is uitgesteld omdat haar advocaat wegens „vooringenomenheid” van de rechtbank met een verzoek tot wraking kwam. De zaak tegen de derde Colombiaan wordt begin maart vervolgd. De bemanning van de Otton is al veroordeeld tot acht jaar.