De Tweede Kamer dacht op die vraag vorige week een helder bevestigend antwoord te hebben gekregen van minister Peijs (Verkeer). Maar staatssecretaris Wijn, verantwoordelijk voor het belastingplan, doorkruiste toen die helderheid door vraagtekens bij de voorspelde effecten van zijn automaatregelen op de mobiliteit te zetten.

Woensdag legde de Kamer opnieuw de vraag voor aan het kabinet. Tot grote ontsteltenis van vooral PvdA en GroenLinks bleef voor hen opnieuw onduidelijk of de twee bewindslieden op één lijn zitten of elkaar met hun plannen vooral in de wielen rijden. Peijs nam woensdag geen afstand van haar uitspraken van vorige week dat het belastingplan haar maatregelen om de files te bestrijden doorkruist. Desondanks weigerde ze, ook na herhaaldelijk aandringen, het voor Wijn pijnlijke standpunt te herhalen. Wijn op zijn beurt paste ervoor de uitspraak van Peijs van vorige week voor eigen rekening te nemen.

De twee CDA–bewindslieden bleven slechts herhalen dat ze maatregelen zullen nemen om tegen te gaan dat de files in de ochtendspits met 9 procent zullen toenemen, zoals de Adviesdienst Verkeer en Vervoer van Rijkswaterstaat, het Milieu– en Natuurplanbureau en het Centraal Planbureau (CPB) voorspellen. Een daarvan is via loonbelasting en de CAO’s in de gaten houden hoe werkgevers om zullen gaan met de kilometervergoedingen, omdat de vrees bestaat dat werkgevers bijvoorbeeld in ruil voor hoge looneisen hogere kilometervergoedingen zullen uitkeren. Een andere is het niet aanpassen van de kilometervergoeding aan de inflatie.

Het herhalen van dezelfde maatregelen moest woensdag het bewijs zijn dat Peijs en Wijn op een lijn zitten. De twee gaven toe dat het daar vorige week aan ontbrak. Een gesprek onder vier ogen met een kop koffie erbij had de twee na afloop naar eigen zeggen weer bij elkaar gebracht.