„Militair nooit naar rechter zonder advocaat”
DEN HAAG (ANP). Militairen die voor de strafrechter moeten verschijnen, moeten zich altijd laten bijstaan door een advocaat. Daarvoor pleit brigadegeneraal buiten dienst en duovoorzitter van de Gezamenlijke Officieren Vereniging (GOV|MHB) Ruud Vermeulen.
Militairen die worden vervolgd, kunnen ervoor kiezen om zich - al dan niet naast hun advocaat - te laten bijstaan door een zogeheten officier-raadsman. Dat is een collega die de beschuldigde bijstaat in eenvoudige strafzaken, zoals kleine geweldsincidenten en verkeersovertredingen. „Het gaat dan om juridisch eenvoudige zaken waar mensen in de burgermaatschappij geen advocaat voor hebben”, aldus een woordvoerder van Defensie.
De gevolgen van een rechterlijke uitspraak kunnen groot zijn. „Al vanaf een taakstraf van veertig uur wordt de zogenaamde Verklaring van Geen Bezwaar (VGB) ingetrokken en volgt ontslag”, aldus Vermeulen. Afgelopen jaar zijn de VGB’s ingetrokken van tien militairen op basis van een veroordeling, zo blijkt uit cijfers uit het jaarverslag van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD).
Op openlijke geweldpleging tegen een persoon, zonder lichamelijk letsel, staat een taakstraf van 150 uur. Voor het veroorzaken van een verkeersongeval waarbij een gewonde valt, staat een taakstraf van minimaal negentig uur. Allemaal genoeg om ontslagen te worden uit het leger. Vermeulen: „reden genoeg om de verdediging over te laten aan een advocaat en niet zomaar aan een officier-raadsman, die niet of nauwelijks juridisch is opgeleid.” Door de bijzondere positie van de militair en zijn afwijkende waarden en normen wordt de raadsman naast de advocaat door de GOV wel als een echte meerwaarde beschouwd.
Bij de Koninklijke Marechaussee is een veroordeling al voldoende om de VGB en dus de baan kwijt te raken, ongeacht de straf. Ook bij dit krijgsmachtonderdeel worden officier-raadslieden ingezet. Advocaat Sébas Diekstra, die veel militaire strafzaken doet, heeft hier grote bezwaren tegen. Niet alleen vanwege de enorme consequenties na een veroordeling, maar ook om meer principiële redenen.
„We hebben het hier over de militaire politie. Dezelfde instantie die militairen oppakt gaat, gekleed in blauw uniform, de verdachten verdedigen in de rechtszaak. Het gevaar van belangenverstrengeling ligt levensgroot op de loer. Dat de instantie waar aangifte gedaan wordt zelf ook de verdachte verdedigt, valt niet uit te leggen aan de maatschappij, laat staan aan slachtoffers.”