SGP en CU in Gelderland: elk eigen accent op verkeer
Wie hun programma’s bekijkt, ziet de stereotypen bevestigd. De Gelderse SGP is een echte asfaltpartij en de ChristenUnie in dit landsdeel gaat voor het openbaar vervoer. Maar de lijsttrekkers spreken genuanceerder.
Vanuit het beheer van de schepping en het milieu heeft voor de ChristenUnie het gebruik van de fiets en het openbaar vervoer de voorkeur boven autogebruik, zo staat er letterlijk in het programma voor de provincie Gelderland.
„Weg-, spoor- en waterverbindingen zijn levensaders voor de provincie en het onderhoud hieraan verdient voorrang”, zo luidt het Gelderse SGP-speerpunt ”Vrij baan voor mobiliteit”.
De staatkundig gereformeerden benoemen in hun programma vooral de knelpunten in het wegvervoer: de brug bij Rhenen, de aansluiting van de A30 bij Barneveld op de A1, en scheiding van verkeerssoorten op de N831, tussen Kerkdriel en Ammerzoden.
De ChristenUnie wil daarentegen een haalbaarheidsonderzoek naar maar liefst veertien nieuwe treinstations: Zevenaar-Oost, Arnhem-Buiten, Ressen, Wychen-West, Nijkerk-Corlaer, Hattem, Apeldoorn-West, Stroe, Barneveld-Noord (Apeldoornlijn), Zutphen-IJsselsprong, Geldermalsen-Zuid, Echteld, Kesteren-West en Valburg.
„Wij een openbaarvervoerpartij?” reageert de Gelderse ChristenUnielijsttrekker, P. Plug. „Klopt dat? We willen een afslag bij Hattemerbroek en waren voor de rondweg om Voorthuizen.”
En is de SGP een asfaltpartij? Lijsttrekker dr. K. Ruitenberg: „Dat heb ik niet gezegd. Het openbaar vervoer is voor ons van belang, voor scholieren en kwetsbare ouderen, en voor de leefbaarheid van het platteland. De fiets is goed voor woon-werkverkeer. Zelf fiets ik ook vaak de 4 à 5 kilometer naar mijn werk.”
Toch leggen de lijsttrekkers eigen accenten. Plug: „OV en fiets blijven aanvullend op de auto. Niet iedereen heeft twee auto’s voor de deur staan. Daarom moet het ov een volwaardig alternatief bieden”, zegt hij, vanuit de auto, op campagne.
Zijn partij streeft naar verbetering van de kwaliteit van de spoorlijn Arnhem-Winterswijk, verdubbeling van de frequentie van de overvolle Valleilijn (Amersfoort-Ede) en het doortrekken van deze lijn naar Arnhem. Verder wil de ChristenUnie dat er op de spoorlijn Apeldoorn-Amersfoort een stoptrein gaat rijden die ook Barneveld-Noord aandoet.
Voorkeuren
Ook Ruitenberg heeft zo zijn voorkeuren. „Als ik moet kiezen tussen verbetering van autowegen en openbaar vervoer, ga ik voor het eerste. Het grootste deel van de Gelderlanders pakt de auto en gebruikt het openbaar vervoer minimaal. We kennen de beelden van lege bussen die verdwaald over het platteland toeren.”
Nee, dan het wegvervoer. Ruitenberg ziet een verdrievoudiging van het goederenvervoer op Gelderland afkomen door de realisering van de Tweede Maasvlakte. „Ik maak me zorgen dat er dan geen goede doorstroming is. Met name de A15 wordt dan een knelpunt.” Deze is dat al tussen de knooppunten Valburg en Deil.
De snelweg moet worden verbreed, en volgens de kieshulp StemWijzer wil de SGP de provincie daaraan „best” laten meebetalen, in tegenstelling tot de ChristenUnie.
Ook dit punt blijkt genuanceerder te liggen. Ruitenberg: „Snelwegen zijn allereerst een rijkstaak. De provincie betaalt mee doordat allerlei aansluitingen van provinciale wegen moeten worden aangepast.”
Plug van de CU vindt eveneens dat „het Rijk zelf moet zorgen voor voldoende capaciteit op de rijkswegen”, en dus ook de A15. Zijn partij is in het geheel niet tegen auto’s. „We hebben de afgelopen vier jaar nooit tegen infrastructurele plannen gestemd.”
Zo zijn er wel meer overeenkomsten tussen beide kleine christelijke partijen. Zowel SGP als CU noemt de aansluiting van de A30 op de A1 bij Barneveld een belangrijk probleem dat de komende Statenperiode moet worden opgelost. De partijen vinden dat de provincie niet meer moet terugkomen op de toezegging aan het Rijk om tol te heffen op de nog aan te leggen verlenging van de A15 van Elst naar Zevenaar.
Beide stellen dat voor de leefbaarheid op het platteland nieuwe vormen van openbaar vervoer nodig zijn, zoals buurtbussen met vrijwilligers, oproepsystemen en misschien wel Uberpop. De twee zijn ook voor de verbreding van fietspaden vanwege de komst van elektrische fietsen.
En toch blijken de accentverschillen aanmerkelijk. Plug noemt al snel een groot aantal wensen voor een beter openbaar vervoer: de Betuwelijn volledig benutten, mogelijk een noordelijke aftakking van de Betuwelijn, elektrificatie van de Maaslijn, die Gelderland met Limburg verbindt, herstel van de spoorlijn Nijmegen-Kleef.
Onrendabele wegen
Plug relativeert de discussie over de gebrekkige winstgevendheid van het openbaar vervoer. „Wat is onrendabel? Ook wegen zijn onrendabel. De Otterloseweg, Ede-Apeldoorn, is ’s avonds leeg.”
Ruitenberg komt snel met een wapenfeit. Een aangenomen SGP-amendement stelde 10 miljoen euro beschikbaar voor versnelde aanleg van spitsstroken op de Rijnbrug bij Rhenen. „Van groot belang voor de Food Valleyregio rond Wageningen.” En hij noemt meer mogelijkheden voor wegenaanleg, zoals doortrekking van A30 naar A15, verbreding van de oostelijke rondweg bij Veenendaal en aandacht voor de snelweg A28, als vervoersas van Rotterdam richting noord-Duitsland.
Op nog een punt blijkt de SGP meer pro auto dan haar zusterpartij. De SGP is, als de verkeersveiligheid het toelaat, voor verhoging van de maximumsnelheid op de Pleijroute (N325) bij Arnhem naar 100 kilometer per uur. Plug is mordicus tegen. „Gezien de capaciteit van deze weg is die snelheid onverantwoord.” En zo leggen beide kleine christelijke partijen een eigen accent als het over verkeerszaken gaat.
Dit is het vijfde deel in een serie artikelen rond de Provinciale Statenverkiezingen.