Veenendaal moet bordeel van provincie toestaan
Gedeputeerde Staten van Utrecht zien geen mogelijkheden om de zogenaamde nuloptie voor de vestiging van bordelen in een gemeente als Veenendaal in het bestemmingsplan vast te leggen. Dat heeft gedeputeerde J. Streng van de provincie Utrecht dinsdag, na een vergadering van het college over deze kwestie, bevestigd.
„Ik spreek absoluut geen ethisch of moreel oordeel uit over het wel of niet vestigen van bordelen in een gemeente”, aldus Streng. „Maar als ik naar de wet kijk, dan kan een gemeente met een omvang als Veenendaal de vestiging van een bordeel op ruimtelijke gronden gewoon niet onmogelijk maken. De wet biedt volgens ons die mogelijkheid niet, al geef ik direct toe dat er op dit moment nog geen jurisprudentie is over deze zaak. Wij willen echter niet een proces over deze kwestie uitlokken. Of andere provincies dat wel zouden willen, is mij op dit moment niet bekend.”
Het Utrechtse SGP-statenlid M. F. van Leeuwen had het college van GS gevraagd of ze de gemeenten op het punt van het wel of niet vestigen van een bordeel autonomie toekent. Streng: „Natuurlijk kennen wij de gemeenten autonomie toe. Maar op dit punt zien wij niet de mogelijkheid om de vestiging van een bordeel uit te sluiten in gemeenten van enige omvang. Voor een kleine gemeente kunnen we ons dat echter wel voorstellen, mocht daar behoefte aan zijn. Ik neem even een willekeurig voorbeeld, maar als de gemeente Renswoude voor een nuloptie zou kiezen als het over de vestiging van bordelen gaat, dan kunnen wij ons daar iets bij voorstellen. Wel zal er dan in regionaal verband gekeken moeten worden naar mogelijke vestigingslocaties.”
In reactie op gemeentelijke ruimtelijke plannen, waarin een regeling van het prostitutiebedrijf was opgenomen, hebben Gedeputeerde Staten van Utrecht al enkele malen eerder gesteld dat het niet toelaten van een of meerdere bordelen binnen een gemeente alleen mogelijk is op basis van een ruimtelijke onderbouwing.
De provincie Zuid-Holland accepteert ruimtelijke plannen met een gemeentelijke onderbouwing op grond waarvan vestiging van een bordeel wordt uitgesloten wel. Naar aanleiding daarvan zijn er door de fractie van de PvdA in de Tweede Kamer aan de minister van Justitie vragen gesteld of deze zogenaamde nuloptie niet in strijd is met de geest van het opgeheven bordeelverbod.
Voor de Veenendaalse PvdA-wethouder C. Sanders zijn de uitlatingen van Streng geen verrassing. „De gedeputeerde had al luid en duidelijk zijn mening verkondigd. Als college zullen we nu gaan kijken of de uitspraak van de provincie Utrecht een wet van Meden en Perzen is en tot dat ogenblik respecteren wij het in 2000 genomen raadsbesluit. Over de nuloptie is geen duidelijkheid en daarom verwacht ik dat het een strijd van juristen gaat worden.”
ChristenUnie-fractievoorzitter L. A. Verweij toont zich strijdbaar. „De provincie Utrecht moet ons eerst maar eens uitleggen waarom bijvoorbeeld Renswoude wel een nuloptie zou mogen en Veenendaal niet. Ik vind dit juridisch een heel aanvechtbaar standpunt. Je geeft dan geen ruimte voor plaatselijk beleid. Het doet ook volstrekt geen enkel recht aan het karakter van een plaats indien je niet voor een nuloptie kunt kiezen.
Daarbij komt nog dat we in Veenendaal bedrijven weren die in onze ogen bijvoorbeeld niet milieuvriendelijk zijn. Mogen we dan geen bedrijven weren op het gebied van prostitutie, die wij als hinderlijk ervaren?”
Ook SGP’er R. Bisschop denkt dat de discussie nog niet voorbij is. „In feite is dit al een concessie van de provincie Utrecht, want in eerste instantie was een nuloptie ook voor kleinere gemeenten niet mogelijk. Ik verwacht dat het zich nog wel verder uitkristalliseert. De gemeentelijke autonomie staat wel op het spel nu iets zo dwingend wordt opgelegd. Wat mij betreft is de discussie nog niet voorbij en de SGP zal de strijd nog niet staken.”
In de gemeenteraad van Veenendaal is er een stemverhouding van zestien tegen en vijftien voor. De verkiezingen in maart zouden ertoe kunnen leiden dat een nieuw college het huidige raadsbesluit laat varen en uitvoert wat de provincie voorschrijft.
Ook protesteren momenteel veel bewoners in het Schrijverspark tegen het gedogen met uitsterfconstructie van een seksinrichting in hun flatgebouw. De bewoners hebben zelfs een advocaat in de hand genomen om het gemeentelijk gedoogbeleid aan de kaak te stellen, nu er voor die wijk een nieuw bestemmingsplan in de maak is waarin de seksinrichting tijdelijk gedoogd zou moeten gaan worden. De bewoners zeggen overlast te hebben en schrijven de gemeente dat de inrichting van de woning qua indeling niet voldoet aan de wettelijke normen voor een dergelijk ’bedrijf’.