Buitenland

Het schuurt tussen Oost en West: de spanning tussen het Kremlin en de NAVO

In Rusland houden ze niet van het Westen. Van die kant komt altijd alle ellende en bemoeizucht. West-Europa dacht misschien dat het de Koude Oorlog had gewonnen en dat het Oosten wel zou worden zoals ”zij”. Maar dat is niet gebeurd. De bezetting van de Krim vandaag een jaar geleden maakt dat duidelijk.

28 February 2015 08:07Gewijzigd op 15 November 2020 17:02
Prof. Wil van den Bercken. beeld RD, Anton Dommerholt
Prof. Wil van den Bercken. beeld RD, Anton Dommerholt

Hans van Koningsbrugge was eens op een conferentie in het Russische Sotsji waar steeds werd herhaald hoe groot toch de Russische cultuur was. Hij stoorde zich daaraan en vroeg op zijn beurt: „Waarom moeten jullie dat tien keer roepen? Dat doen wij Nederlanders toch ook niet met onze Gouden Eeuw?”

Prof. Van Koningsbrugge weet zelf het antwoord wel. „Het heeft te maken met een soort minderwaardigheidscomplex”, aldus de directeur van het Russisch-Nederlands Centrum aan de Rijksuniversiteit van Groningen.

De Russen willen wereldspeler zijn, maar hun economie is nauwelijks groter dan die van Italië. „Dat is natuurlijk een lachertje, en dat weten ze zelf ook.”

Het wantrouwen jegens het Westen stamt al uit de middeleeuwen, zegt prof. Wil van den Bercken, emeritus hoogleraar Russisch christendom in Nijmegen en oud-docent Russische geschiedenis in Utrecht. Het hangt samen met de kerkgeschiedenis. Door het Groot Schisma in 1054 viel de kerk uiteen in een oosters en een westers deel. De Russische Kerk sloot zich aan bij de Oosterse Kerk. Het Westen werd rooms-katholiek. Russische geestelijken verweten hun westerse broeders dat ze hun baard schoren en andere decadente fratsen uithaalden.

Van den Bercken: „Sindsdien geldt het Westen als verdorven. Dat is eigenlijk nooit meer goed gekomen. Technisch en economisch lopen de Russen achter bij het Westen. Ze zien natuurlijk zelf ook dat Amerika de supermacht is. Maar zij denken dat ze moreel weer hoger zijn. Door de schuld van hun falen op het buitenland te schuiven, zijn ze zelf niet verantwoordelijk.”

Dat neemt niet weg dat de Russen een hoop ellende uit het Westen hebben gekregen. Het was altijd de kant waar de invallen vandaan kwamen, zegt Van Koningsbrugge. „Noem maar op; van de Teutoonse ridders tot Napoleon en Hitler; het kwam allemaal van die kant. Alleen de Mongoolse invallen kwamen uit het oosten. Voor Russen is dit allemaal levende geschiedenis. De NAVO zegt dat ze vrede komt brengen, maar de Rus denkt: Dat hebben er meer gezegd, maar wie zegt dat zij vredelievend zijn?”

Van den Bercken kijkt elke dag naar de Russische televisie en is altijd weer verbijsterd over de eenzijdige berichtgeving. „Je ziet daar een demonisering van het Westen. Dat is werkelijk walgelijk. De meeste Russen krijgen dagelijks te horen dat het Westen Rusland klein wil krijgen, en dat de NAVO het land omsingelt. De enkele kritische kranten die er zijn, hebben maar een kleine oplage.”

Bedevaartsoord

Op een vrijdagochtend eind februari 2014 stonden ze er; groene mannetjes op de Krim. In uniformen zonder herkenningstekens; wat volgens internationale afspraken voor militairen verboden is. Wat iedereen vermoedde bleek waar: Russische soldaten. Inmiddels is het gebied al lang en breed bij Moeder Rusland ingelijfd.

Eigenlijk is de Krimcrisis maar een kleine variant in het eeuwenoude Russische machtsspel met het Westen. Van den Bercken kan de inname van de Krim „emotioneel wel begrijpen”, zegt hij. „Daar is het orthodoxe christendom begonnen. Koning Vladimir is daar gedoopt in Cherson, voordat hij in Kiev de eerste Russische staat stichtte. Zodoende is de Krim een bedevaartsoord geworden.”

Pas in 1954 is de Krim bij Oekraïne gekomen. „Sovjetleider Chroesjtsjov heeft dat gedaan, in een volstrekt gratuit gebaar. Hij heeft de mensen niet gevraagd of zij dat wilden. Ik weet ook niet of het Westen daar toen tegen heeft geprotesteerd. Hoe dan ook, bij de onderhandelingen over de zelfstandigheid van Oekraïne begin jaren negentig had dit kunnen worden opgelost.”

In december vergeleek Poetin de Krim met de Tempelberg in Jeruzalem. Daarmee heeft hij het gebied politiek heilig verklaard. Van Koningsbrugge moet erom lachen. „Dat kan natuurlijk nooit. De Krim valt pas vanaf 1783 onder de Russen. Bovendien is de religieuze dynamiek heel anders. Maar het geeft aan dat het Kremlin het gebied niet meer zal opgeven.”

Deze heiligverklaring van de Krim kan trouwens wel gevolgen hebben voor de sancties. Die zijn opgelegd vanwege de bezetting van het schiereiland, en zullen dus ook pas verdwijnen als de Krim weer onder Oekraïne valt. Van Koningsbrugge: „Het heeft enorm veel moeite gekost die sancties op te leggen, maar het zal evenzeer veel moeite kosten ze van tafel te krijgen.”

Van Koningsbrugge weet niet of de Russen echt bereid zijn te lijden als gevolg van de sancties. „In het romantische beeld is de Rus gewoon aan pijn. Maar vergeet niet dat veel Russen gewend zijn aan een westerse levensstijl. Poetin is aan de macht gekomen dankzij gepensioneerden, die elk jaar meer kregen. Al deze mensen moeten nu inleveren, en bovendien kunnen ze geen Hollandse kaas en andere westerse waren meer krijgen. Als de portemonnee leeg is, is het snel gedaan met je nationale trots.”

Van Koningsbrugge waagt te betwijfelen of de annexatie van de Krim verder een succes is. „Als je daar pro-Oekraïens bent, heb je het niet makkelijk. En van de islamitische Tataren zijn de meesten weg.”

Misleiding

In beschouwingen wordt Poetin wel ”verzamelaar van Russische aarde” genoemd. Een historische benaming, zegt prof. Van Koningsbrugge. Tsaar Ivan III werd zo genoemd toen hij eind vijftiende eeuw Novgorod had veroverd.

De Krim is misschien niet groot, maar met de inname daarvan heeft Poetin ten minste iets gedaan tegen de nationale vernedering. De Russen voelen zich bedrogen, zegt Van Koningsbrugge. „West-Europa wilde vrienden worden met Moskou, zo was de gedachte na de Koude Oorlog. In werkelijkheid schoof de NAVO steeds meer op richting Rusland. Het recente besluit van Oekraïne om de status van niet-gebonden land op te geven, is in dat licht ook niet verstandig.”

Toetreding van Oekraïne tot het NAVO-bondgenootschap had tot koddige situaties kunnen leiden. De Russische Zwarte Zeevloot is altijd blijven liggen in de haven van Sebastopol, die werd gehuurd van Oekraïne. „Door toetreding van Kiev tot de NAVO zou de Russische vloot in NAVO-gebied hebben gelegen. Zoiets kan natuurlijk nooit.”

Van Koningsbrugge heeft er wel een vraag bij. „Is er altijd wel zo goed met de Russen gecommuniceerd? Vooral de Amerikanen zijn daar volgens mij niet zo sterk in.”

Heilig

Poetin speelt de patriottistische kaart, weet Van den Bercken. „Dat is de nieuwe ideologie. Het vaderland is heilig.”

Oekraïne kent dat nationalisme niet. Het westelijk deel rond de stad Lviv viel beurtelings onder Litouwen, Polen, Oostenrijk en later opnieuw onder Polen. Het oostelijk deel was altijd op Rusland georiënteerd. Pas in 1917 werd er voor het eerst –voor korte tijd– een zelfstandige staat van gemaakt. Daarna duurde het tot 1991 voordat het echt zelfstandig werd. Maar de Russische nationalisten zien Oekraïne nog steeds als een regio van Rusland.

Van den Bercken: „Het land heeft weinig eigen identiteit. Als de presidenten wat tactischer waren geweest, had er iets van eenheid kunnen groeien. Maar Joesjtsjenko keek eenzijdig naar het Westen en aasde op aansluiting bij de NAVO, Janoekovitsj was weer meer gericht op Rusland. Het land bleef tussen twee vuren in zitten: Europa en Rusland.”

Rusland was niet bereid het land uit zijn invloedssfeer te laten verdwijnen, zegt Van den Bercken. „Bovendien zou zo’n opstand zomaar vanuit Kiev naar Moskou kunnen overslaan. Dat moest dus niet.”

Een opdeling van Oekraïne in zelfstandige regio’s kan een oplossing zijn. „De vraag blijft dan natuurlijk wel hoe de bevoegdheden worden verdeeld. Als deze regio’s ook macht krijgen over buitenlandse zaken, komen daar marionetten van Moskou en is een toekomstig EU- of NAVO-lidmaatschap voorgoed uitgesloten.”

Tot nu toe heeft het Kremlin aanvragen voor Russische aansluiting van de rebellenrepublieken in Donetsk en Loegansk afgeslagen. Van Koningsbrugge verwacht dat dit zo blijft. „Poetin heeft niets aan die regio’s. De hervorming van dit industriegebied kost te veel.”

Van den Bercken: „De inlijving van de Krim heeft al meer gekost dan het Kremlin had begroot. Dus ik verwacht niet dat Rusland ook Oost-Oekraïne wil opknappen. Bovendien haalt het dan een haard van onrust binnen.”

Grootmachten

Van Koningsbrugge denkt dat de Europese Unie veel voordeliger overeenkomsten met de Oekraïense president Janoekovitsj had moeten sluiten. „Brussel bood maar iets van 400 miljoen euro of zo. Rusland ging daar met 15 miljard ver overheen. Op die manier werd Oekraïne het Russische kamp in gejaagd. Ik denk dat Poetin die economische samenwerking gewoon had moeten doorzetten. Door de handel had hij het land afhankelijk gemaakt en invloed gekregen.”

Het intimideren van buurlanden is niet uniek voor Rusland, zegt de Groningse hoogleraar. „Alle grootmachten doen dat. Die houden van bufferzones.”

Het liefst vergelijkt Van Koningsbrugge het Russisch-Oekraïense drama nog met de dekolonisatie door Europese staten. „Voor alle landen was dit een pijnlijk proces, dat ook gepaard ging met geweld. Het afscheid van de Groot-Russische gedachte waarmee veel Russen zijn opgevoed, geeft ook pijn. Heel veel landen die vroeger tot de Sovjet-Unie behoorden, hebben zich nu aan de invloedssfeer van Moskou onttrokken. In Oekraïne leidt dat momenteel tot geweld. Maar als je het vergelijkt met het bloed dat is gevloeid tijdens de dekolonisatie, valt het nog wel mee.”

Hoe goed Poetins opstelling misschien te verklaren valt, Van Koningsbrugge blijft die onverstandig vinden. „De hele wereld wantrouwt het Kremlin nu. Hij drijft Oekraïne ook steeds meer richting West-Europa. Het is gewoon heel slechte diplomatie. Poetin heeft nog niet begrepen dat je met stroop meer vliegen vangt dan met azijn.”

Dit is het slot in een serie over één jaar Krimcrisis.


Russische verwijten

Het Kremlin heeft door de jaren heen allerlei verwijten naar het Westen geuit. Een greep uit de belangrijkste:

  • Volgens Rusland is bij de onderhandelingen over de Duitse eenwording beloofd dat de NAVO niet in oostelijke richting zou uitbreiden. Die belofte leest Moskou ook in de woorden van NAVO-topman Manfred Wörner in mei 1990: „Het feit dat wij bereid zijn geen NAVO-troepen in te zetten buiten de Bondsrepubliek (het toenmalige West-Duitsland, EvV) geeft de Sovjet-Unie degelijke veiligheidsgaranties.” Tijdens zijn speech op de veiligheidsconferentie in München in 2007 stelde Poetin dat deze belofte is gebroken. De NAVO ontkent dat deze belofte ooit officieel is gedaan.

  • De NAVO-belofte in 2008 dat Oekraïne en Georgië op termijn tot het bondgenootschap kunnen toetreden, is door Poetin „een directe bedreiging van ons land” genoemd. Enkele maanden daarna woedde er een korte oorlog met Georgië.

  • Volgens Rusland is West-Europa er doorlopend op uit geweest het voormalige Oostblok te marginaliseren. De NAVO stelt dat het Rusland juist als een „bevoorrechte partner” heeft onthaald.

  • Moskou noemt het Westen schijnheilig in zijn kritiek op de bezetting van de Krim, omdat de NAVO in 1999 zonder VN-mandaat bombardementen op Servië uitvoerde. De NAVO zegt dat dit pas is gebeurd na een „uitvoerige internationale discussie” over de „langdurige crisis” rond Kosovo. Dat zou onvergelijkbaar zijn met de situatie rond de Krim.

  • Rusland voelt zich misleid rond de VN-goedkeuring voor een humanitaire operatie in Libië in 2011. De NAVO-lidstaten zouden dat hebben misbruikt om partijdig op te treden ten gunste van de opstandelingen. Het bondgenootschap zegt dat het optreden binnen het VN-mandaat viel.


Herleefde kerk dient de staat

Rusland werkt aan een herleving van de Russisch-orthodoxe beschaving, weet prof. Van den Bercken. „Het patriottisme is verbonden aan de orthodoxie. De kerk steunt de staat en de staat steunt de kerk.”

Van den Bercken denkt dat het Kremlin de kerk ook gebruikt om zich te profileren tegenover het Westen met zijn decadentie en materialisme. „De Russische cultuur laat zich voorstaan op haar gemeenschapszin, tegenover het individualisme in Europa. Tegenwoordig wordt homoseksualiteit vaak als voorbeeld gesteld. De overgrote meerderheid van de Russen denkt daar nog net zo over als wij vijftig jaar geleden deden.”

Tijdens de Sovjet-Unie was de kerk zeventig jaar lang onderdrukt. Na de val van het communisme heeft Moskou geholpen bij de bouw van duizenden kerken. Beste voorbeeld daarvan is de Christus Verlosserkathedraal in Moskou.

In de kerk gaat het vaak over „God en vaderland”, zegt Van den Bercken. „Echte spiritualiteit zie je wel, maar slechts bij enkelen. Voor de meesten is het horen bij de kerk uiting van nationale identiteit.”

De orthodoxie dient dus de staat. Een bredere blik op het wereldchristendom is er niet. „De paus komt er niet in. Theologen hebben nog altijd nauwelijks contact met andere landen. Een instituut dat graag contact met westerse theologen had, werd door de nieuwe wetgeving aangemerkt als buitenlands agentschap en zodoende onschadelijk gemaakt. De kerkleiding kwam daar niet tegen in verweer.”

Het Russische volk is even sterk geseculariseerd als in het Westen, meent Van den Bercken. „In Rusland presenteert de kerk zich momenteel echter openlijker. Uit een enquête bleek dat 70 procent van de mensen tot de kerk hoort, maar dat slechts 25 procent in God gelooft, en dat 1,5 procent kerkganger is.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer