In Moskou is Oekraïne altijd heel dichtbij
MOSKOU. In de Russische hoofdstad Moskou is volop vriendschappelijke Oekraïnesymboliek te vinden. Maar nu Oekraïne zich afkeert van Rusland blijft er niet veel over van deze vriendelijkheden. „Een kleine groep kan bepalend zijn voor een hele bevolking.”
Zonder op te kijken, lopen reizigers in het Moskouse metrostation Kievskaja langs odes aan de Russische-Oekraïense vriendschap. Het is Sovjetkunst bestaande uit mozaïeken. De kleurrijke steentjes tonen de Russische dichter Aleksandr Poesjkin op bezoek in Oekraïne, de bevrijding van Kiev in 1944 door het Sovjetleger, en Russische en Oekraïense boeren die blakend van kracht en gezondheid gebroederlijk naast elkaar staan.
In Moskou is veel vriendschappelijke Oekraïnesymboliek te vinden. Als een herinnering aan twee slavische broedervolkeren, de Russen en de Oekraïners, die onafscheidelijk van elkaar zijn. Wie vanaf het metrostation Kievskaja via de Oekraïense Boulevard loopt, komt uit bij Hotel Oekraïne. Een van de zeven Stalinwolkenkrabbers in Moskou, behangen met communistische uitingen als hamer en sikkel. Voor het hotel staat een standbeeld van de Oekraïense nationalistische dichter Taras Sjevtsjenko.
Crisis
Tot zover de historische warmte tussen beide volkeren. Dat beeld is gekanteld nu Kiev en Moskou elkaar, met de crisis in Oekraïne, het liefst in de afgrond zien wegzinken. In Rusland maken de 1,9 miljoen Oekraïners van dichtbij mee hoe Russen en de media hen opeens neerzetten als fascisten. De Oekraïense nationalist Stepan Bandera, die samenwerkte met nazi-Duitsland, wordt bewierookt door Oekraïense strijders, maar staat voor Rusland gelijk aan het fascisme.
In metrostation Kievskaja staan bankjes onder de mozaïeken, waar reizigers, zoals de 30-jarige Viktor, wachten op hun afspraak. Hij bewondert de kunst in het metrostation. „Dit gaat om liefde tussen twee volkeren. Die moeten we ons blijven herinneren.”
Russen als Viktor voelen zich vooral verwant met Oost-Oekraïne. Families en vrienden wonen daar als gevolg van verbanningen en verhuizingen in de tijd van de Sovjet-Unie. Op televisie zien ze herkenbare beelden: dezelfde fabriekssteden, de houten huisjes, en oma’s in bloemetjesjurken. Nu zien ze deze bekende wereld lijden onder een oorlog, waarbij de Russen, in navolging van de media, Kiev aanwijzen als aanstichter.
In het weekoverzicht van de belangrijkste televisiezender kijken Russen naar beelden van huizen die zijn gebombardeerd door het Oekraïense leger, volgens de invloedrijke presentator Dmitri Kiseljov, die nauw is verbonden met het Kremlin. Hierna zegt hij: „Viktor Janoekovitsj was een schurk, maar zijn opvolger president Petro Porosjenko is nog veel erger. Hij zet het leger in.” Vorig jaar zei Kiseljov dat „er geen Oekraïne is. Dat is slechts een virtueel concept. Een virtueel land.”
Genuanceerder klinken de woorden van Viktor, die zegt de Oekraïense soevereiniteit te respecteren. Al is de Krim in zijn ogen terecht door Rusland ingelijfd. „Dat was de wens van de inwoners.”
Viktor slaakt een diepe zucht om de beschuldiging dat de Oekraïners vanwege Bandera allemaal fascisten zijn. „Bandera was geen fascist. Hij vocht voor zijn eigen mening. Ik geloof niet dat er haat is tussen beide volkeren. We willen vreedzaam leven.”
„Je weet toch hoe dat werkt?” zegt de 50-jarige arts Timoe in Hotel Oekraïne, wachtend op een afspraak. Hij verwijst naar internetbeelden van Oekraïners die met geheven rechterarm ”Sieg Heil” roepen. „Een kleine groep kan bepalend zijn voor de hele bevolking.”
Vanuit zijn stoel vervolgt hij: „Russen en Oekraïners zijn broeders. Rusland heeft Oekraïne altijd geholpen. Dat doe je als buurman. We gaven gratis voedsel, gratis gas. Maar door een politiek besluit zijn we uit elkaar gedreven. Geen van beide volken wilde weg uit de Sovjet-Unie.”
Het zit Russen dwars dat in 1991 de leiders van Rusland, Oekraïne en Wit-Rusland uit de Sovjet-Unie stapten, waardoor het rijk ophield te bestaan. Het vormt de kiem van frustraties: volkeren, familie en vrienden werden opeens van elkaar gescheiden.
Paviljoens
De Sovjet-Unie leeft voort in het Moskouse VDNKh-park. Een complete wijk uit 1939 met paviljoens, waar elke Sovjetrepubliek haar specialiteit op het gebied van industrie, ruimtevaart of cultuur presenteerde. Na jaren van verval zijn de meeste paviljoens gerenoveerd. Inclusief de Sovjetsymbolen hamer en sikkel. Sommige paviljoens worden gebruikt voor exposities. Anastasia Koelakova en Joelia Semenkova, twee fotografen van 25 jaar, willen een vlindertentoonstelling bezoeken. Maar die blijkt gesloten.
Giechelend beginnen ze over Oekraïne, terwijl ze zicht hebben op het paviljoen van het buurland. Hoewel ze de Oekraïense soevereiniteit eerbiedigen, bekritiseren ze de manier waarop de Sovjet-Unie tot een einde kwam. Waardoor een wond ontstond die nu nog doorettert. „Er is toen niet nagedacht over de gevolgen”, meent Koelakova.
Het VDNKh-park herinnert de twee eraan dat alle Sovjetvolkeren binnen één rijk vreedzaam met elkaar leefden. „Nu is het oorlog”, sipt Semenkova. „Terwijl vroeger ieder met elkaar bevriend was.”
Dit is het eerste deel in een serie over één jaar Krimcrisis.
Russische machine te sterk voor ons
Floris Akkerman
MOSKOU. De Oekraïense bibliotheek in Moskou ziet eruit als alle andere. Met boekenkasten, kranten en leestafels. Alleen mag deze bibliotheek zich in de belangstelling verheugen van de Russische autoriteiten. Ze herbergt de collectie van Oekraïense literatuur in de Russische hoofdstad Moskou.
Landkaarten van Oekraïne, inclusief de Krim, hangen aan de muur. In de kasten staat werk van de nationalistische dichter Taras Sjevtsjenko.
De directrice van de bibliotheek is deze ochtend afwezig, zegt de 70-jarige Valeri Semenenko, oud-voorzitter van een opgeheven Oekraïne-organisatie, in de verder lege bibliotheek.
De directrice moest naar de politie. Dat is voor de bibliotheek niet voor het eerst. Want wie in tijden van spanningen tussen Rusland en Oekraïne publicaties heeft over Stepan Bandera (de Oekraïense nationalist die samenwerkte met nazi-Duitsland en zich verzette tegen de Sovjet-Unie) en de Holomodor (de volgens Kiev door Moskou gepleegde genocide op miljoenen Oekraïners) maakt zich in Russische ogen verdacht. „Wie zich met deze onderwerpen bezighoudt, doet volgens Moskou aan politiek”, legt Semenenko uit.
Dat heeft hij zelf gemerkt. Drie jaar lang vocht Semenenko tegen de sluiting van een landelijke Oekraïense organisatie in Rusland. Tot aan de rechter toe. Het mocht niet baten. Nooit kreeg hij boven water wat de werkelijke reden voor het verbod was
„Tegen de Russische machine red je het niet. Een Oekraïense journalist vroeg aan de Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergej Lavrov, naar de reden voor de sluiting. Die antwoordde kortweg dat we ons met politiek bezighielden.”
Semenenko is een uitgesproken aanhanger van een ongedeeld Oekraïne. Hij ziet al langer dat de Russische overheid zich tegen Oekraïne keert. Dat begon al bij de Oranjerevolutie van 2004. Die bracht de prowesterse Viktor Joesjtsjenko aan de macht. Sindsdien vreest Poetin, volgens Semenenko, dat Oekraïne zich losweekt van Rusland, waar- door Moskou zijn imperiale ambities kan vergeten en de Amerikanen kans zien hun raketten in Oekraïne te plaatsen.
Het weerhoudt Semenenko er niet van zijn mond open te doen. Hij is regelmatig te gast bij het televisiekanaal NTV om de Oekraïense kant in de crisis rond zijn land te belichten. Maar hij weigert op te treden in een programma op het Eerste Kanaal. „Daar krijg je geen kans en schreeuwen de Russen door je betoog heen.”
Maar hoe anders is dat bij zijn Oekraïense landgenoten in Rusland. „Velen houden hun mond uit angst voor een vijandige reactie.”
Huwelijken
Door de crisis van het afgelopen jaar ziet hij gezinnen kapotgaan. In huwelijken staan Oekraïense vrouwen en Russische mannen lijnrecht tegenover elkaar. De kinderen kiezen vaak voor hun vader.
Volgens Semenenko ligt de oorzaak bij de eenzijdige berichtgeving via de Russische media. „Dit is wat propaganda met mensen doet.”