Kerk & religie

„Kerk moet jongeren inspireren”

ALPHEN A/D RIJN. Het is belangrijker dat kerken jongeren inspireren op hun geloofsweg dan dat zij hen krampachtig willen vasthouden. „Geef hun vooral mee hoe ze God kunnen vinden en ervaren”, vindt ds. Ronelle Sonnen­berg, die morgen promoveert op de relatie tussen jongeren en eredienst.

Klaas van der Zwaag
17 February 2015 21:05Gewijzigd op 15 November 2020 16:45
beeld Sjaak Verboom
beeld Sjaak Verboom

In haar proefschrift ”Youth Worship in Protestant Contexts. A Practical Theological Theory of Participation of Adolescents” belicht ds. Sonnenberg, predikante van de protestantse gemeente De Lichtkring in Alphen aan den Rijn, de vraag hoe jongeren in jeugddiensten participeren. Morgen promoveert ze aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) in Amsterdam.

In haar studie onderzocht ds. Sonnenberg de eredienst­praktijken van jongeren in de leeftijd van 15 tot en met 19 jaar. Ze zijn benaderd in dertien lokale jeugddiensten in de breedte van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) –van Gereformeerde Bond tot meer vrijzinnig– en op nationale jongerenevents, zoals de EO-Jongerendag, XNoizz Flevo Festival, X-mas Proof, van de protestantse jongerenorganisatie JOP, en Taizé Rotterdam.

De promovenda gebruikt drie criteria om de participatie van jongeren in geloof en eredienst helder te krijgen: het leren over het geloof, ontspanning en samen­zijn. Alle drie de factoren spelen een belangrijke rol, er kan er niet één worden gemist.

Participatie is een belangrijk aspect van deze tijd, in kerk én samenleving. Het impliceert 
volgens ds. Sonnenberg het 
zichtbaar meedoen en het krijgen van ruimte om meningen en visies te bediscussiëren en te bekritiseren.

„Niet langer bepalen onbetwistbare regels en normen ons leven, maar er is ruimte voor –in het geval van mijn onderzoek– jongeren om op eigen wijze de eredienst te ontdekken en te ervaren. In de litur­gische vernieuwings­beweging in de twintigste eeuw werd „bewuste en actieve participatie” een sleutelterm.”

Vanaf het midden van de negentiende eeuw worden jongeren meer en meer als aparte groep beschouwd. Deze ontwikkeling neemt een hoge vlucht vanaf de tweede helft van de twintigste eeuw en leidt ertoe dat ook de differentiatie in de kerk toeneemt. Jongeren worden steeds meer een herkenbare groep die zelf diensten en evenementen organiseren of kiezen waar ze elkaar ontmoeten.

Jongeren hebben steeds minder met instituten en zoeken eigen net­werken op. Klopt dat beeld?

„Dat herken ik zeer goed en dat is ook een van de redenen, vind ik, dat de kerk ruimte moet bieden aan jongeren in eigen jeugd­diensten. Jongeren kunnen gemakkelijk switchen van een regu­liere zondagochtenddienst naar een jeugddienst of een interkerkelijk event. Voor hen is het belangrijk dat ze diensten relevant vinden voor hun vragen over God. Wel blijft het belangrijk om te onderstrepen dat het in de eredienst niet alleen gaat om een ons-kent-onsmentaliteit.”
 Jongeren komen vooral bij elkaar voor ontmoeting, muziek en sfeer. Een cliché?

„Ja, echt. Deze dingen zijn voor hen zeker belangrijk, maar er is voor hen duidelijk meer dan alleen de sfeer. Er is ook behoefte aan inhoudelijke verdieping en aan de vraag of het geloof relevant is voor het dagelijks leven. Die relevantie is iets wat we serieus moet nemen.

Ons leven en onze ervaringen moeten ook getoetst worden aan het Woord van God. Jongeren zijn sterk bezig met de vraag naar Gods aanwezigheid en bestaan. Je ziet een accentverschuiving van de vraag van vroeger: ben ik wel een kind God en hoe zit het met het heil, naar: bestaat God wel en waar kan ik Hem vinden?”

Heeft de kerk moeite om jongeren vast te houden?

„Daar lijkt het wel op. Ik snap dat de kerk jonge mensen wil vasthouden, maar ik vind het veel belangrijker dat de kerk jongeren inspireert op hun geloofsweg. Daar gaat het tenslotte om. En daarvoor zijn identificatie­figuren zeker ook belangrijk. Tevens komt de vraag op kerken af: heb je je jongeren wat inhoudelijks te bieden wat werkelijk aansluit bij hun leefwereld?”

Vinden ambtsdragers en ouderen in het algemeen het moeilijk om met jongeren in contact te komen?

„Er zijn er onder hen die geen raad weten met jongeren en moeilijk contact leggen. Daarvan kan verlegenheid of desinteresse de oorzaak zijn. Maar er zijn er ook die heel goed contact kunnen leggen met jongeren en uitstekend in de smiezen hebben wat hen drijft. In ieder geval is het gemeentebreed van groot belang om met elkaar in goed contact te staan. Je vormt tenslotte samen een gemeenschap.”

Is het een goede zaak om diensten laagdrempeliger te maken om jongeren te trekken?

„Het is goed om ruimte aan jongeren te bieden die meer betrokken willen zijn bij wat er in de eredienst gebeurt, maar nu aanlopen tegen bepaalde zaken. Je kunt deze diensten als een soort experiment beschouwen, maar je moet die wel inhoudelijk vullen. Het is overigens de vraag wat je onder liturgie verstaat. Voor de een is dat begrip wat breder ingevuld dan voor de ander. In ieder geval is het overkomelijk om qua vormen van eredienst te differentiëren.”

Jeugdkerken: zo’n tien jaar geleden waren ze er ineens en in een oogwenk verdwenen ze ook weer. Hoe komt dat?

„Ik heb dat fenomeen niet onder­zocht omdat het min of meer verdwenen was toen ik aan mijn onderzoek begon. Of het een hype is geweest, weet ik niet. Het zou kunnen dat de initiatiefnemers de spirit van het eerste uur niet hebben weten te behouden. In ieder geval hebben ze het fenomeen jeugddiensten opnieuw op de kerkelijke agenda gezet. Soms heeft dit ook geleid tot een verlevendiging van jeugddiensten zoals die nu nog worden gehouden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer