Vernederd
Johannes 1:14
„Het Woord is vlees geworden.”
Welke christen zou nu ontkennen, dat de Zoon van de mens uit die vrouw werd geboren, maar dat God toch mens is geworden en dat de mens op die manier God is geworden? Want God was het Woord, en het Woord is vlees geworden. We moeten dus het volgende belijden: Hij Die de Zoon van God was, heeft om uit de maagd Maria te kunnen worden geboren, de gestalte van een slaaf aangenomen (Filippenzen 2:6, 7) en is de zoon van de mens geworden. Hij bleef wat Hij was, en nam aan wat Hij niet was; Hij werd datgene waarin Hij minder is dan de Vader (Johannes 14:28), en bleef altijd in datgene waarin Hij één is met de Vader (Johannes 10:30).
Want als Hij Die altijd de Zoon van God is niet Zelf de zoon van de mens is geworden, hoe kan de apostel dan over Hem zeggen: Hij Die de gestalte van God had, hield Zijn gelijkheid aan God niet vast, maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. En als mens is Hij verschenen (Filippenzen 2:6, 7)?
Want niemand anders dan Hij Die de gestalte van God had en gelijk was aan de Vader, Hij Die in ieder geval Gods enige Zoon is (Johannes 3:18), deed afstand van Zijn gelijkheid aan God en werd gelijk aan een mens.
Aurelius Augustinus, bisschop te Hippo
(”Preek 186”, 430)