Moskee steeds dieper verankerd in Rotterdam
De Essalammoskee in de Rotterdamse deelgemeente Feijenoord is symbool van een nieuwe, zelfbewuste islam. De 53 meter hoge minaretten –de hoogste van Nederland– tonen aan de buitenkant wat de imam binnen laat zien: hier streeft men naar een islam die stevig verankerd is in de Nederlandse polder. Mohammed is een blijvertje aan de Maas.
Halverwege het gesprek moet imam Azzedine Karrat weg. Het is tijd voor het gebed. In zijn bruine djellaba baant hij zich een weg door de gelovigen in de gebedsruimte. Helemaal voorin, in de gebedsnis, buigt hij zich op de voorgeschreven wijze ter aarde. De ongeveer vijftig mannen achter hem doen hetzelfde.
Van alle aanwezigen is Azzedine Karrat ongeveer de jongste. Ondanks zijn 27 jaar is hij hoofdimam van de Essalammoskee, de grootste moskee van Rotterdam en een van de grootste van het land. Een grote verantwoordelijkheid, knikt hij, als hij na het gebed terugkomt in zijn ontvangstruimte. „En een eer, dat ook. Het vraagt heel veel. Ik ben zelf verantwoordelijk voor de preken en voor de jongerencommissie, om maar wat te noemen.”
Steenrijke sjeik
De Essalammoskee is de opvolger van een Marokkaans gebedshuis aan de Polderlaan, ook in Feijenoord. Althans: dat was de bedoeling. In feite is de nieuwe Essalammoskee veel breder. Dat was ook een eis van de financier; de steenrijke sjeik Hamdan bin Rashid al-Maktoum uit de Verenigde Arabische Emiraten. Hij is via een afvaardiging in het bestuur nog altijd nauw betrokken bij het dagelijkse reilen en zeilen.
Om die reden wordt de Essalammoskee in de beeldvorming soms aan de moslimbroederschap gekoppeld, een omstreden organisatie die een jaar lang in Egypte de dienst uitmaakte. Imam Karrat werpt die associatie van zich. „Politiek gezien is dat onmogelijk. De relatie tussen de Verenigde Arabische Emiraten, die ons betalen, en de moslimbroederschap is niet echt goed. Wel is het zo dat we theologisch gezien de middenweg willen bewandelen, wat voor 95 procent van de moslims wereldwijd geldt. Ja, ook de moslimbroederschap.”
De Rotterdamse imam, sinds ruim een jaar aan de Essalammoskee verbonden, laat geen gelegenheid voorbijgaan om te benadrukken dat zijn moskee is bedoeld voor iedereen. Hij kan zich dan ook helemaal vinden in de multiculturele lijn vanuit Dubai. „Het merendeel van onze vaste bezoekers is Marokkaans. Dat ben ikzelf ook”, zegt Karrat. „Maar ik vind het belangrijk dat we als moskee niet worden gekoppeld aan een bepaalde nationaliteit. Er komen hier ook Afghanen en Somaliërs, en soms zelfs een paar Turken, al is dat voor mijn gevoel bijna onmogelijk vanwege de taal. Maar natuurlijk zijn ze hartelijk welkom. Voor ons is niet de afkomst van mensen, maar de islamitische identiteit van de moskee het enige wat telt.”
Het beleid heeft succes. Op vrijdagen zit de moskee doorgaans vol. Op feestdagen zijn er zelfs meer dan de 1500 bezoekers waarvoor de gebedsruimte maximaal is ingericht. Die zoeken dan in aanpalende zaaltjes een plaats, zegt Karrat. „En soms mogen we van de gemeente het pleintje voor de moskee gebruiken voor het gebed.”
Angst voor niets
Biddende moslims op een Rotterdams plein: voor veel Nederlanders blijft het een beeld waar ze niet aan kunnen wennen. „Het aantal moslims dat zelfbewust zijn religie beleeft en daarmee ook de straat mee opgaat, groeit”, constateert Martijn Leeftink. Hij is, als opvolger van ds. Marten de Vries, sinds een jaar directeur van Het Kruispunt, een missionaire organisatie in Rotterdam namens de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt.
Leeftink, die jaren in het Midden-Oosten woonde, richt zich met zijn organisatie op het werk onder moslims in de Maasstad. Hij begrijpt de bezorgdheid van christenen over de groei van de islam in met name de grote steden, maar wil daar niet in meegaan. „Je kunt jezelf een heleboel angst voor niets aanpraten. Ik zie het aantal moskeeën in deze stad liever als uitdaging. Moslims dagen ons uit om te vertellen wie Jezus werkelijk is. We hebben wat te vertellen; we hoeven niet bang voor hen te zijn. Bovendien zegt de Bijbel dat liefde de angst uitdrijft. Het is de kunst hen lief te hebben.”
Leeftink heeft nog een andere, meer praktische reden om niet bang of overbezorgd te zijn: „Het zal hier met de islam zo’n vaart niet lopen. Nederland wordt echt geen Saudi-Arabië.”
Die laatste overtuiging baseert Leeftink onder meer op het feit dat ook moslims veranderen onder invloed van hun omgeving. „Ook al is Nederland geen christelijk land meer, toch heeft hier jarenlang een christelijke wind gewaaid in moreel en ethisch opzicht. Heel veel Nederlanders hebben die moraal nog altijd. Daar krijgen ook moslims veel van mee. Daardoor zal de islam hier uiteindelijk een heel andere islam zijn dan de geleerden in Saudi-Arabië zeggen, of zelfs dan de Koran zegt.”
Leeftink heeft het in het achterliggende jaar diverse malen meegemaakt dat moslims langzaam maar zeker een ander vocabulaire overnamen. „Dan begonnen ze te spreken over de liefde van God, en zelfs hadden ze er dan geen moeite meer mee om God als een soort vader te zien.”
Via gesprekken en cursussen wil Het Kruispunt bouwen aan relaties met moslims, zodat zij een goed beeld krijgen van wat christenen geloven. Ook andere kerken in Rotterdam zijn daar al enige tijd mee bezig, zoals de hervormde Pelgrimvaderskerk in Delfshaven, waar de hoofdtaak van ds. Martijn van Laar is om het gesprek met moslims te voeren.
Zo zijn er meer voorbeelden, weet Martijn Leeftink. „Kerken in de steden liepen lange tijd leeg, maar nu zijn ze juist heel bewust aan het nadenken over hoe ze in deze stad een christelijke gemeenschap kunnen zijn.”
Gezonde moskee
Precies op die manier opereert ook de Essalammoskee. „Een gezonde moskee voor een gezonde samenleving”, is de lijfspreuk van imam Karrat. De focus van zijn dawahcommissie –zeg maar de evangelisatiecommissie– is: er zijn voor de wijk. Voor moslims, natuurlijk, maar ook voor niet-moslims. „Iedereen is welkom om hier op vrijdag de preek bij te wonen”, verzekert Karrat. „Het eerste deel is in het Arabisch, maar het tweede deel in het Nederlands.”
Ook op andere momenten zijn mensen uit de wijk welkom, bijvoorbeeld op open dagen voor de buren. Die zijn voorzichtig met een bezoek, merkt Karrat, ongetwijfeld mede doordat de bouw van de moskee veel ophef veroorzaakte. Wat helpt, is dat mensen van de moskee persoonlijk langs de deuren gaan om de buurtbewoners uit te nodigen voor een koffieavond. „En nu willen we ook iets als een bingo-avond gaan organiseren”, lacht Karrat. „Gewoon, voor iedereen.”
Blijven groeien
Daarmee lijkt het concept van de Essalammoskee, weliswaar staand op een heel andere basis, steeds meer op de manier waarop christelijke geloofsgemeenschappen zich willen inzetten voor de stad waar ze zich bevinden. Er zijn voor de samenleving, je dienstbaar opstellen, je geloof niet alleen preken maar laten zien: het waren tot voor kort begrippen die aan kerken leken voorbehouden.
Dat verandert nu. Weliswaar langzaam, maar toch. De Essalammoskee is op dit vlak een voortrekker, vermoedt imam Karrat. „Ik denk dat we hier redelijk uniek in zijn. Het is ook voor ons nieuw beleid. Eerder is het wel geprobeerd, maar het kwam niet structureel van de grond.”
Het uiteindelijke doel is voor hem als moslim helder. „Hierdoor kunnen we blijven groeien. Niet zozeer qua aantallen, want verder uitbreiden kan niet meer bij deze moskee. Maar we kunnen wél groeien wat betreft onze invloed op de problemen van de samenleving.”
Tientallen moskeeën
Het precieze aantal moskeeën in Rotterdam is lastig te geven, omdat er van oudsher veel gebedshuizen tussen zitten die niet officieel als moskee herkenbaar zijn.
Imam Karrat van de Essalammoskee schat het aantal officiële moskeeën op 30 tot 35. Wie de gebedshuizen daar nog bij optelt, komt naar verwachting enkele tientallen hoger uit.
Uit recente cijfers van het CBS blijkt dat 13,3 procent van de Rotterdammers zichzelf als moslim ziet, tegen 5 procent landelijk. Dat komt neer op zo’n 80.000 moslims voor de hele gemeente Rotterdam. Overigens noemt een nog grotere groep –van 14,7 procent– in Rotterdam zich rooms-katholiek.