Terpstra: hbo moet master gaan aanbieden
DEN HAAG (ANP). Het hoger beroepsonderwijs moet veel meer masterstudies aanbieden, zodat minder studenten na het afronden van een hbo-opleiding naar de universiteit gaan voor een verdieping. Deze automatische overstap naar een universiteit is geregeld een verspilling van talent, omdat heel veel studenten totaal niet geschikt zijn voor een wetenschappelijke vervolgopleiding. Ze komen veel beter tot hun recht in een praktische, beroepsgerichte opleiding. Dat zegt Doekle Terpstra, voormalig bestuursvoorzitter van hogeschool Inholland, tegen het ANP.
Terpstra nam deze maand na vier jaar afscheid van de hogeschool, daarvoor was hij voorzitter van de toenmalige HBO-raad, nu Vereniging Hogescholen. „Ik heb tien jaar in het hoger onderwijs gewerkt en deze verspilling van talent ging me steeds meer opvallen.”
Volgens Terpstra zijn jongeren „geconditioneerd” om na het vwo of het hbo naar de universiteit te gaan, ook als de student in kwestie helemaal niet geschikt is voor wetenschappelijk onderwijs en veel beter in het praktijkonderwijs past. En voor studenten die na een hbo-opleiding nog een verdieping willen doen, in voltijd of deeltijd, is de enige optie een universitaire studie. „Op deze manier wordt het beroepsonderwijs inferieur gemaakt”, vindt Terpstra. „Als een kind op twaalfjarige leeftijd naar het vwo gaat, dan weet je al bijna zeker dat hij of zij twaalf jaar later een universitair diploma op zak heeft. Als hij of zij naar het hbo zou willen, wordt dat als minderwaardig gezien.”
Sinds een paar jaar bestaan er een paar beroepsgeoriënteerde masters. Inholland heeft er ook een paar, maar het gaat slechts om een handjevol opleidingen. „ Ze worden door de universiteiten bewust klein gehouden. Ik snap dat wel, want hoe meer van deze hbo-masters er zijn, hoe minder mensen naar de universiteiten gaan. Terwijl universiteiten selectiever zouden moeten zijn.”
Terpstra is er van overtuigd dat de twee masters prima naast elkaar kunnen bestaan. „Je hebt het toegepaste en praktijkgerichte onderzoek op het hbo en het fundamentele, wetenschappelijke onderzoek op de universiteit. Zo wordt er geen talent en geld verspild met studenten die op de verkeerde plek terechtkomen.”