Verhoormethoden CIA waren niet eens zo effectief
WASHINGTON. Het rapport over martelpraktijken van de CIA wijst uit dat de omstreden verhoormethoden helemaal niet zo effectief waren als de Amerikaanse inlichtingendienst deed voorkomen. Maar dat biedt nog geen garantie dat ze definitief tot het verleden behoren.
Neem de uitschakeling van Osama bin Laden. Na de aanslagen van 11 september 2001 de meest gezochte terrorist ter wereld. De CIA heeft altijd beweerd dat het toepassen van „harde” verhoortechnieken heeft geleid tot het ontdekken van zijn verblijfplaats en zijn uitschakeling in 2011.
Niets bleek minder waar. Al vrij snel na 9/11 kwam de CIA al-Qaidakoerier Abu Ahmed al-Kuwaiti op het spoor via gevangene Hassan Ghul. Kuwaiti zou de Amerikanen uiteindelijk naar de schuilplaats van Bin Laden voeren. Ghul werkte vanaf zijn arrestatie vrijwillig mee aan het onderzoek. Toch besloot de CIA hem aan martelmethoden te onderwerpen, zoals het onthouden van slaap. Dat zorgde echter niet voor nieuwe, bruikbare informatie. Toch hield de CIA altijd vol dat cruciale gegevens die tot de dood van Bin Laden leidden door onconventionele verhoortechnieken waren verkregen.
En zo zijn er veel meer gevallen waarin omstreden verhoormethoden nauwelijks tot resultaten leidden. Dat werpt de vraag op waarom de CIA zich toch kennelijk jarenlang van dit soort praktijken heeft bediend. Dat is vooral te verklaren uit de enorme druk die er op de Amerikaanse veiligheidsdiensten lag na de aanslagen van 11 september. Voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog waren de Verenigde Staten op eigen grondgebied vernietigend aangevallen. Er móésten resultaten komen – linksom of rechtsom.
De toenmalige president George W. Bush gaf dan ook zijn goedkeuring aan verhoormethoden zoals waterboarding, waarbij verdachten het gevoel krijgen dat ze verdrinken. Bush trad begin 2009 af en het is doorgaans niet gebruikelijk dat achteraf aan dit soort besluiten juridische consequenties worden verbonden.
Zijn opvolger Obama bepaalde in 2009 bij presidentieel decreet dat het afgelopen moest zijn met de omstreden verhoormethoden. Of dat ook daadwerkelijk is gebeurd, is nog maar de vraag. Want een van de conclusies van het Senaatsrapport is dat de CIA het Witte Huis onvoldoende heeft geïnformeerd over de gewraakte martelpraktijken.
En elke nieuwe Amerikaanse president kan met een pennenstreek het besluit van Obama weer terugdraaien. Intussen draagt niemand politieke verantwoordelijkheid.