Kerk & religie

De Mariakerk was de kerk van Piet Paaltjens

In het Friese Foudgum staat de Mariakerk, de kerk van dominee-dichter François HaverSchmidt, die onder het pseudoniem Piet Paaltjens veel ”snikken en grimlachjes” schreef. Het kerkje ligt er tussen de graven, een beetje eenzaam op een terp.

Jan van ’t Hul

1 December 2014 15:37Gewijzigd op 15 November 2020 14:49
”Deze kerk is voor het dorp Foudgum ook een beetje een dorpshuis"  beeld Sjaak Verboom
”Deze kerk is voor het dorp Foudgum ook een beetje een dorpshuis" beeld Sjaak Verboom

Bij de ingang bevindt zich een ijzeren kunstwerk ter herinnering aan ds. François HaverSchmidt, die in 1859 in Foudgum (net boven Dokkum) zijn eerste gemeente vond. In het ijzer staat over hem geschreven: „Dat heertje met zijn witte das, was eertijds een minnezanger, doch sinds het die witte das aan heeft, minnedicht het niet langer, nu preekt het en doet huisbezoek, en voor de variatie, houdt het ’s winter drie maal in de week catechisatie.”

Tjallie Boersma beheert de sleutel van de kerk. De deur gaat open. Onder de toren is de kleine consistorie. Een planken rondboogdeur geeft toegang tot de kerk. Op de galerij, die hier „de kraak” wordt genoemd, staat een achttiende-eeuws kabinetorgel.

Die kraak was vroeger zelden in gebruik; alleen als er hoorders van elders kwamen om te bezien of die dominee HaverSchmidt uit Foudgum waardig genoeg bevonden kon worden om elders te worden beroepen. Daarover schreef HaverSchmidt: „Daar was nog een galerij, gezegd ”kraak”, waarop nooit iemand zat, behalve een lid van een commissie uit de kerkeraad van een vacante gemeente die mij kwam horen, maar welk een lid zich met groot gestommel verwijderde, toen ik als nazang geen psalm opgaf.”

Nog steeds wordt er in de Mariakerk dienst gehouden: iedere eerste en derde zondag van de maand komt de protestantse gemeente van Foudgum, Raard en Bornwird hier bijeen. „Maar deze kerk is voor ons ook een beetje een dorpshuis”, zegt Tjallie Boersma. „Met oud en nieuw drinken we hier een slokje. Soms is er een muziekavond of een lezing over François HaverSchmidt. Maar we zouden met deze kerk graag meer willen doen. Als het aan ons ligt, gaan er wat banken uit. Dan krijgen we ruimte voor andere dingen.”

Tegen de rechtermuur hangen acht portretten van HaverSchmidt. In een vitrine liggen wat boekjes van hem: ”Snikken en grimlachjes”, ”Familie en kennissen” en ”Leven en sterven van Jelle Gal”. Er ligt een oud exemplaar van ”Des christensreize naar de eeuwigheid” en een schilderwerkje ”De Heere is mijn herder”.

Op de tafel onder de preekstoel een beduimelde kanselbijbel. Boersma: „Volgens mij komt die van een rommelmarkt.” Naast de kansel hangt het predikantenbord. HaverSchmidt kwam in de zomer van 1859 en vertrok in de winter van 1896 naar Den Helder.

De ongehuwde HaverSchmidt was in Foudgum niet gelukkig. Hij was vaak depressief: „Ik wilde u wel zeggen dat ik dikwijls een erg verlaten gevoel had in mijn oude pastorie, waar niemand mij gezelschap hield, behalve een dienstmeisje dat zeker niet minder haar best deed dan ik, maar die het daarom toch evenmin kon helpen als ze soms in haar eenzaam keukentje een deuntje zat te huilen.” En: „En als er nooit eens een gezellig mens kwam om met mij te praten, dan stond ik wel eens voor het raam en keek door de mist naar het kerkhof naast de pastorie, en vroeg mistroostig of het maar niet beter was daar stilletjes begraven te liggen.”

De kerk uit 1808 is hooguit 20 meter lang. De zeventiende-eeuwse kansel komt uit de vorige kerk, die wegens bouwvalligheid moest worden afgebroken. In het gastenboek schreef iemand: „Hoe kun je hier nu depressief van worden.”

Onder aan de terp staat, aan het Piet Paaltjenspad, nog steeds de pastorie van HaverSchmidt. Het is nu een ”bed & brochje”. Daar, in dat grote huis, voelde HaverSchmidt zich van iedereen verlaten. En in het keukentje zat het dienstmeisje een deuntje te huilen.


Restauratie voor Mariakerk Foudgum

De Mariakerk in het Friese terpdorp Foudgum is een rijksmonument. Omdat de protestantse gemeente Foud­gum de onderhoudskosten van de kerk niet langer kon betalen, werd deze in mei 2007 overgedragen aan de Stichting Alde Fryske Tsjerken. Voor haar eigen bijeenkomsten huurt de protestantse gemeente de kerk nu van de stichting. De toren van de Mariakerk is nog steeds eigendom van de burgerlijke gemeente Dongeradeel.

Op verzoek van de Stichting Alde Fryske Tsjerken heeft architectenbureau Kijlstra en Brouwer uit Beetsterzwaag een restauratieplan gemaakt voor vooral de kerkvloer, de muren en de lambrisering. Deze restauratie gaat binnenkort van start.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer