In de ochtendhandel leverde de roebel 9 procent van zijn waarde in ten opzichte van de dollar, om vervolgens een klein herstel te laten zien. Tegen het einde van de middag stond de munt echter nog altijd bijna 4 procent in de min op circa 52 roebel per dollar.

De roebel is de afgelopen weken hard in waarde gedaald, doordat de centrale bank begin november besloot af te zien van interventies om de neergang te stuiten. De afgelopen tijd hield de daling redelijk gelijke tred met de zakkende olieprijs. Maandag ging de roebel echter aanzienlijk harder onderuit dan de prijs van olie.

De toonaangevende olieprijzen gingen maandag aanvankelijk omlaag, maar veerden in de middaghandel flink op. De prijs van Brentolie ging 1,3 procent omhoog naar 71,07 dollar per vat, Amerikaanse olie was met 67,26 dollar per vat 1,7 procent duurder dan aan het begin van de dag. Die graadmeter zakte eerder op de dag nog voor het eerst sinds mei 2010 onder het niveau van 65 dollar.

Olieproducent Rusland wordt hard geraakt door de zakkende olieprijs. De Russische centrale bank gaf maandag aan momenteel te werken aan scenario’s voor een prijs die structureel rond 60 dollar per vat ligt. Medio juni stond de prijs van Brent nog op ruim 115 dollar per vat.