Duitse constitutioneel hof bevestigt kerkrecht
KARLSRUHE. Rechters mogen zich niet over de inhoud van het kerkelijk recht uitspreken zolang dit niet strijdt met het burgerlijk recht.
Het constitutioneel hof in Duitsland heeft dat vorige week bepaald, aldus de protestantse nieuwsdienst Pro. Volgens het hof is het toegestaan dat kerken hun medewerkers op moreel-godsdienstige gronden ontslaan.
Voor het hof diende een zaak van een rooms-katholiek ziekenhuis uit Düsseldorf. Het ziekenhuis had een arts ontslagen nadat deze was hertrouwd na een echtscheiding. Daarop was de arts naar de rechter gestapt. Het proces eindigde bij de hoogste Duitse rechter in arbeidsgeschillen, het zogeheten Bundesarbeitsgericht, dat de arts in 2011 in het gelijk stelde.
Vorige week sprak het constitutioneel hof in Karlsruhe uit dat deze uitspraak de Rooms-Katholieke Kerk schaadt in haar eigen rechtsregels. Volgens het college mogen rechters zich niet over het „kerkelijk zelfverstaan” uitspreken zolang dit niet in strijd is met het burgerlijk recht. De uitspraak van het constitutioneel hof is in lijn met eerdere uitspraken.
Het hof deelde mee: „Welke fundamentele verplichtingen een kerk op grond van een arbeidsovereenkomst heeft, kan alleen bepaald worden aan de hand van de door die kerk erkende maatstaven en de concrete inhoud van de arbeidsovereenkomst.” Het Bundesarbeitsgericht moet de zaak van de arts opnieuw beoordelen.
In zijn dissertatie uit 2012 behandelde dr. S. de Jong uitvoerig de Duitse situatie. „Duitsland heeft een eigen kerkelijk arbeidsrecht”, zei hij toen in een gesprek met deze krant.
„Er is daar een grotere autonomie voor kerkgenootschappen dan in Nederland. Onder kerkgenootschappen in Duitsland kunnen ook aanverwante instellingen vallen. Het kerkelijk werkgeverschap houdt er substantieel wat in. Je ziet ook dat Duitsland een soort natuurlijke sensitiviteit heeft als het gaat om het bewaken van rechten van minderheden.”
Lees ook: