Opinie

Klassieke uitleg doet Paulus meeste recht

De visie van Wright wijkt op cruciale punten af van het klassieke theologische perspectief, stelt dr. P. de Vries.

dr. P. de Vries
4 November 2014 10:05Gewijzigd op 15 November 2020 14:05
„De verbreiding van het christelijke geloof leidde ook tot een transformatie van de samenleving. Een transformatie die ook door de Vroeger Kerk nooit “koninkrijk van God” is genoemd.” beeld Uitgeverij Parthen
„De verbreiding van het christelijke geloof leidde ook tot een transformatie van de samenleving. Een transformatie die ook door de Vroeger Kerk nooit “koninkrijk van God” is genoemd.” beeld Uitgeverij Parthen

Terwijl Rome rechtvaardiging als vernieuwing ziet, heeft de Reformatie geleerd dat rechtvaardiging vrijspraak in Gods gericht betekent. Een vrijspraak die niet op onze werken of kwaliteiten is gebaseerd, maar op het bloed en de gerechtigheid van Christus.

Vanaf de jaren 70 zijn er kritische vragen gesteld bij de rechtvaardigingsleer volgens Rome en de Reformatie. Paulus’ boodschap van rechtvaardiging zou niet het toekomende gericht of de eeuwigheid als spits hebben, maar enkel antwoord geven op de vraag hoe men tot de nieuwtestamentische gemeente behoort.

Zo werden onder de oude bedeling de grenzen van de gemeente nog bepaald door de mozaïsche wetgeving, maar gold voor de nieuwtestamentische gemeente de belijdenis dat Jezus Heere is. Volgens theologen verenigd in de stroming ”Nieuw perspectief op Paulus” is dat de spits van Paulus’ boodschap van rechtvaardiging door het geloof. De Britse theoloog N. T. Wright, vorige week op bezoek in Nederland, is hiervan een vooraanstaand vertegenwoordiger. Met dit nieuwe perspectief hangt ook een ander eeuwigheidsperspectief samen. Dit is bij Wright veel minder dominant aanwezig dan in de Vroege Kerk, de kerk van de middeleeuwen en de Reformatie. Zo onderstreept Wright dat de Bijbel een nieuwe schepping belooft, die in de opstanding van Christus al werkelijkheid is geworden.

Wet

Ongetwijfeld heeft de boodschap van de rechtvaardiging betekenis voor het theologisch denken over wat de kerk is en wat haar betekenis is in de wereld. Maar de component moet wel in het kader van de redding van de mens worden geplaatst.

Rechtvaardiging is wezenlijk meer dan alleen het horen bij de christelijke gemeente. Wanneer Paulus stelt dat wij niet door de werken van de wet gerechtvaardigd worden, bedoelt hij alle werken van de wet.

Rechtvaardiging is dus wezenlijk meer dan het horen bij de christelijke gemeente. De vloek der wet waarover Paulus in Galaten 3 spreekt, sluit aan bij de context van Deuteronomium. Daar heeft het betrekking op morele overtredingen. Er is geen reden om aan te nemen dat Paulus die context wil versmallen.

Paulus heeft leren verstaan dat hij in Gods gericht niet kan bestaan op grond van zijn werken. Als farizeeër had hij daar een heel andere kijk op.

In het Mishna-traktaat ”Pirqé Aboth” (Ethiek van de vaderen) lezen we: „Hij die één gebod doet, wint voor zichzelf een voorspraak, en hij die een gebod overtreedt, wint voor zichzelf een aanklager.”

In een ander traktaat van de Babylonische Talmoed lezen we dat rabbi Jochanan ben Zakkai aan het einde van zijn leven weende. Zijn leerlingen kwamen en vroegen hem: „O machtige hamer, waarom weent u? Waarom is uw ziel ontroerd?”

Daarop antwoordde rabbi Jochanan ben Zakkai: „Ik sta op het punt de Naam te ontmoeten en vóór mij zijn twee wegen: een leidt naar het paradijs en de ander naar het gehenna, en ik weet niet langs welke weg Hij mij zal leiden.”

Moreel karakter

In de brief aan de Romeinen stelt Paulus dat wij ons slechts kunnen en hoeven te beroepen op het feit dat God ons heeft gerechtvaardigd. Omdat Christus voor ons is gestorven, en wat meer is; ook voor ons is opgewekt en voor ons bidt.

Hij ontvouwt in deze brief de boodschap van de rechtvaardiging tegen de achtergrond van de toorn van God die over alle ongerechtigheid van de mens wordt geopenbaard. Jood en heiden liggen onder Gods oordeel.

De overtredingen die Paulus opsomt in hoofdstuk drie, hebben alle een moreel karakter. Tegenover de toorn van God stelt Paulus de goddelijke vrijspraak. Op ontroerende wijze bezingt hij die vrijspraak en de daarmee verbonden zekerheid in Romeinen 8.

Koninkrijk

De boodschap van de rechtvaardiging staat bij Paulus in een apocalyptische context. De apocalyptiek focust op het komende universele gericht. Voor de rechtvaardigen volgt de eeuwige heerlijkheid, maar rampzaligheid volgt voor de goddelozen.

Het mysterie waarover Paulus spreekt is dat God goddelozen rechtvaardigt, en hen verdoemt die niet hebben geleerd alle dingen schade te achten om de kennis van Christus.

Rechtvaardiging als vrijspraak is onlosmakelijk verbonden met het feit dat God het voor de Zijnen opneemt. Wie zich ook tegen hen keert, Hij is voor en met hen.

Wie in Christus gelooft, is getrokken uit deze tegenwoordige boze wereld en overgezet in het koninkrijk van de Zoon van Gods liefde. Een burger van dat rijk leidt een nieuw en godzalig leven.

Een vrijgesproken zondaar is een zondaar die door de Heilige Geest wordt vernieuwd. Zo is het koninkrijk van de Zoon van Gods liefde nu al werkelijkheid. Nergens geeft het Nieuwe Testament aanleiding tot de gedachte dat wij buiten deze context ook van het koninkrijk van God en van Christus kunnen spreken. Daarin sloot de Vroege Kerk bij het Nieuwe Testament aan.

Vasthouden

De verbreiding van het christelijk geloof leidde ook tot een transformatie van de samenleving. Een transformatie die altijd meer een gedeeltelijk en gebrekkig karakter heeft vertoond. Een transformatie die ook door de Vroeger Kerk nooit ”koninkrijk van God” is genoemd.

Een dergelijk spreken over Gods koninkrijk zien wij eigenlijk pas vanaf de negentiende eeuw. Maar als een kerkvader uit de zogenaamde na-Niceense periode duidelijk heeft gesproken over het eeuwigheidskarakter van het koninkrijk van God, dan is het Augustinus in zijn magistrale werk ”De Civitate Dei”.

In deze bedeling draagt Gods kerk een pelgrimsgestalte. Slechts hij die zich als een pelgrim verlost weet van de toekomende toorn, kan op een Bijbelse wijze rentmeester zijn.

Laten wij in deze dingen aan het klassieke perspectief vasthouden.

De auteur is predikant van de hersteld hervormde gemeente te Boven-Hardinxveld en docent hermeneutiek en theologie aan het Hersteld Hervormd Seminarie in Amsterdam.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer