U mag blijven. U hoeft niet terug naar uw geboorteland. Maar u moet wel uw best doen om te integreren in de Nederlandse samenleving. Dat was de boodschap die 27.000 asielzoekers in 2007 kregen te horen.
Deze groep vluchtelingen werd een verblijfsvergunning verleend op grond van een generaal pardon. Allen hadden vóór 2001 asiel aangevraagd. Maar om diverse redenen had de Nederlandse overheid hun nog steeds geen duidelijkheid gegeven over hun toekomst.
Omdat het moreel niet verantwoord was deze mensen nog langer te laten wachten, besloot de regering tot het generaal pardon. Dat besluit was voor de betrokken asielzoekers uiteraard reden tot grote vreugde. Zij konden een nieuw leven gaan opbouwen in hun nieuwe vaderland.
En toen begon een volgend hoofdstuk vol narigheid. Want volledig integreren betekent: toewerken naar een situatie dat je als volwaardig burger kunt functioneren in de Nederlandse maatschappij, met alle rechten en plichten van dien.
Ieder weet dat bij het burgerschap van ons land de nodige papieren rompslomp hoort. Je moet papieren invullen, en daarvoor heb je papieren en administratieve gegevens nodig. Denk aan paspoort, rijbewijs, identiteitskaart en een burgerservicenummer. Voor asielzoekers zijn dit felbegeerde zaken, misschien nog wel meer dan voor mensen die in Nederland geboren en getogen zijn. Zolang asielzoekers met een verblijfsvergunning hier niet over beschikken, stuiten ze geregeld op barrières die met meer of minder moeite genomen worden.
Na vijf jaar kunnen deze mensen het Nederlanderschap aanvragen, iets waar veel vluchtelingen naar uitzien. Maar dan begint voor velen de narigheid pas goed. Want de overheid wil dat de aanvrager dan een geboortebewijs en geldig paspoort uit het land van herkomst inlevert. Dat blijkt behoorlijk lastig, voor een aanzienlijk aantal zelfs onmogelijk.
Die papieren hebben de vluchtelingen vaak niet. Soms gingen ze halsoverkop hun land uit. Soms was het vanwege de onveilige situatie in hun vaderland onmogelijk die papieren aan te vragen bij de instanties. Een groep raakte paspoort en andere papieren kwijt tijdens hun vlucht.
Pogingen om de papieren alsnog te krijgen, lopen om allerlei redenen vaak op niks uit. Even terugkeren naar het geboorteland is meestal onmogelijk. Iedereen voelt ook aan dat dit in veel gevallen bizar zou zijn om te verlangen. Immers, mensen mogen hier voorgoed blijven omdat ze in hun vaderland hun leven niet zeker zijn. Dan kun je hun niet vragen even een retourtje te nemen om paspoort en geboortebewijs op te halen.
In 2007 heeft de regering A gezegd. De mensen mochten blijven. Nu moet staatssecretaris Teeven van Justitie ook B zeggen. Zonder veel gedoe zou deze mensen een tweede pardon verleend moeten worden: geef hun het Nederlanderschap met papieren, ook al zijn niet alle documenten beschikbaar. Alleen met die documenten kunnen deze asielzoekers volledig Nederlander worden en goed integreren. De vicieuze cirkel moet doorbroken worden.