Kerk & religie

Troost

Psalm 11:2

Maarten Luther
18 October 2014 08:00Gewijzigd op 15 November 2020 13:41

„Want zie, de goddelozen spannen de boog, zij schikken hun pijlen op de pees, om in het donker te schieten naar de oprechten van hart.”

Toen het volk Israël uit Egypte trok: ook toen stonden her en der profeten op, zodat de Schrift kan zeggen dat er nergens een plaats was, waar niet een afgodsbeeld werd opgericht. En nadat de apostelen gestorven waren, is ook al heel spoedig de duivel gekomen. Dit is evenwel onze troost, dat wij ervan op de hoogte zijn hoe het gaat en dat wij weten dat het Woord het ware fundament is.

„Zij schikken hun pijl op de pees, om in het donker te schieten naar de oprechten van hart.” De oprechten en reinen van hart zijn degenen die het geloof in God hebben. Wie God voor een Rechter houdt, diens geloof deugt niet. Nodig is een eerlijk en oprecht hart. Het is de duivel er immers niet zozeer om te doen om geld of goed weg te nemen, maar veel meer om het geloof uit de harten uit te rukken. David was wel een echtbreker en moordenaar, toch is hij daarom niet omgekomen. Zolang het Woord en de zuivere kennis daarvan er nog maar zijn, kan een mens nog altijd uit zijn zonden opstaan.

Maarten Luther, predikant te Wittenberg (”Preek over Psalm 11”, 1525)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer