Stichting Ontmoeting slaat na 26 jaar nieuwe weg in
Stichting Ontmoeting slaat een nieuwe weg in én wil het jaar 2015 ingaan met een financieel gezonde organisatie. „De tijd dat we nieuwe voorzieningen konden openen op plekken waar nood is, is voorbij.”
De lange termijn tot 2020 en de korte tot 2015; in de beschouwing van bestuurder Ed van Hell van stichting Ontmoeting over de toekomst van zijn organisatie lopen beide door elkaar heen. Het jaar 2015 is het jaar van de onzekerheid. Veel zorgtaken die Ontmoeting uitvoert, worden nu nog gefinancierd uit de door het Rijk beheerde AWBZ, maar gaan vanaf 1 januari over naar gemeenten. De overheveling gaat gepaard met een flinke korting op het budget. Een en ander betekent: nieuwe contractonderhandelingen met een soms ongewisse uitkomst, omdat gemeenten straks nauwlettend kijken waartoe zorgvragers al dan niet met hulp van vrijwilligers zelf nog toe in staat zijn. Het plaatst Van Hell voor de vraag hoe hij Ontmoeting gezond en wel 2015 binnenloodst.
Het jaar 2020 is het jaar waarin Van Hell ”Stip 2020”, het strategisch beleidsplan 2013-2020 van Ontmoeting, wil hebben uitgevoerd. Dak- en thuislozen zullen ook dan de doelgroep van de organisatie vormen. Of, zoals Van Hell hen liever omschrijft, „kwetsbare mensen die de verbinding met zichzelf en hun omgeving zijn kwijtgeraakt.”
Maar nieuwe voorzieningen openen in plaatsen waar nood is en het zorgpersoneel verder uitbreiden, zoals de afgelopen 25 jaar steeds gebeurde, staat niet centraal in Stip 2020. „Die tijd is geweest”, stelt Van Hell. Ontmoeting wil een organisatie worden die via de kerkelijke achterban zo veel mogelijk welzijnstaken uitvoert via vrijwilligers. De professionele krachten moeten zorgen voor coördinatie, coaching en aansturing. Of, zoals Van Hell het formuleert, „in 2020 gaat de formele zorg de informele ondersteunen, in plaats van andersom.”
Enthousiast
Bij de 196 medewerkers die Ontmoeting momenteel telt, is de nieuwe missie inmiddels geland, stelt Van Hell. „Tot mijn vreugde kan ik melden dat het overgrote deel van het personeel enthousiast op Stip 2020 heeft gereageerd. Eerlijk gezegd verbaasde mij dat niet, want de ontwikkelingen in de zorg waar we met Stip 2020 op inspelen komen natuurlijk niet uit de lucht vallen. De behoefte van onze doelgroep aan datgene wat vrijwilligers kunnen leveren, namelijk aandacht en vertrouwen, is net zo groot –zo niet groter– als de behoefte aan professionele zorg. Dat is ook wat ons personeel in de praktijk ervaart.
Neem bijvoorbeeld Rotterdam. Binnen de G4 –de vier grootste gemeenten– is de afgelopen tien jaar veel gedaan om behuizing en werk voor dak- en thuislozen te regelen. Dat is voor een belangrijk deel gelukt, maar de verbinding die deze mensen zijn kwijtgeraakt met hun omgeving en zichzelf is daarmee nog niet hersteld. Kortom, de formele zorgvragen uit deze groep nemen af, omdat hun leefsituatie is verbeterd; wel hebben ze er een schreeuwende behoefte aan om datgene wat hen bezighoudt met anderen te delen. Om meer en beter in die veranderende behoefte te kunnen voorzien, zullen we onze werkwijze en onze organisatievorm moeten herzien.”
Thuishavens
De afgelopen jaren bouwde Ontmoeting al 215 sociale netwerken op, vertelt Van Hell; kringen van vrijwilligers rond kwetsbare mensen en aangestuurd door professionals. „Dat aantal vrijwilligersnetwerken willen we uitbreiden. Gezien de betrokkenheid van onze kerkelijke achterban denk ik dat dat ook kan. De directeur van een seculiere collega-organisatie zei onlangs: „Ed, je hebt goud in handen”, toen hij hoorde dat onze vrijwilligers ook cliënten begeleidden die voor de formele zorg een beroep deden op zijn organisatie. Zo’n uitspraak zet je wel even stil, maar bevat als het goed is wel een kern van waarheid. Een achterban die leeft vanuit de Bijbel is als het goed is er een van goud.”
In de gemeente Rotterdam begon de organisatie in Delfshaven, Kralingen en Hoek van Holland met een nieuw concept, Thuishavens. „Het betreft opvangvoorzieningen die zo goed mogelijk geïntegreerd zijn in de wijk. Ontmoeting biedt onderdak, maar gaat samen met andere welzijnsinstellingen na hoe de cliënt die verblijf krijgt aangeboden overdag in de wijk kan worden ingezet. Een mogelijkheid is dat hij aanhaakt bij vrijwilligersprojecten voor bijvoorbeeld groenonderhoud of bij bepaalde vormen van wijkbeheer. Of bij activiteiten die al door kerken in de wijk worden georganiseerd”, legt Van Hell uit.
Verder wil Ontmoeting meer nog dan nu het land in om in samenspraak met kerken nieuwe, door professionals aangestuurde vrijwilligersprojecten op te zetten. Van Hell: „Momenteel gaan we bijvoorbeeld na of we in Almere-Haven een thuishaven kunnen openen voor thuisloze jongeren. Een veldwerker van Ontmoeting voert daarover gesprekken waarbij ook de christelijke gemeente De Wegwijzer in Almere betrokken is.”
Fondsen
Verkennen waar Ontmoeting nieuwe projecten kan starten, kost geld. Dat komt vanaf 2015 steeds minder bij de overheid vandaan. Hoe de instelling daarmee omgaat? Van Hell: „Dat is een terechte vraag. Als je ons jaarverslag over 2013 bekijkt, zie je dat we jaarlijks ongeveer 1,5 miljoen euro aan giften ontvangen van fondsen en donateurs uit de achterban. In principe wil ik dat geld kunnen bestemmen voor nieuwe projecten en voor bijvoorbeeld het bekostigen van het pastoraat in onze opvangvoorzieningen. De praktijk laat echter zien dat een deel van deze inkomsten nu hard nodig is om te voorkomen dat we twee van onze exploitatierekeningen in 2014 met een te groot tekort moeten afsluiten. Om onze langetermijndoelen niet in gevaar te brengen, moet dat veranderen. Voor de organisatieonderdelen die nu verliesgevend zijn, wil ik in 2015 weer kunnen werken met een sluitende begroting, zonder dat ik ben aangewezen op fondsen en donateurs.”
De twee organisatieonderdelen waar Van Hell op doelt, zijn stichting Ontmoeting Nehemia Zorg en het woon-werkcentrum voor ex-gedetineerden in Epe, dat door de organisatie is ondergebracht bij de regio Oost. Voor het woon-werkcentrum viel Ontmoeting tot voor kort onder de Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Veiligheid en Justitie. „Samen met stichting Door, Exodus en Moria waren we één van de vier zogenaamde DEMO-instellingen. Enkele jaren terug heeft het ministerie besloten de woon-werkcentra over te hevelen naar de Dienst Forensische Zorg. Daarbij zijn ook de kostprijzen drastisch bijgesteld. We zitten nu nog in een overgangsregeling, maar op termijn wordt de dagprijs met 50 procent gekort. Om de exploitatie voor de lange termijn sluitend te houden, moet Ontmoeting eind dit jaar in de regio Oost, waar ook het Dienstencentrum Harderwijk onder valt, acht banen schrappen. Voor 2015 moet het werkproces efficiënter worden ingericht”, stelt Van Hell.
Onderproductie
Nehemia Zorg kwam na een overname vanaf 2011 geleidelijk onder de vleugels van Ontmoeting. Van Hell: „Het was een kleine, christelijke ggz-instelling in de kop van Noord-Holland voor behandeling en ambulante woonbegeleiding. Met de overname wilden we onze interne ggz-expertise versterken. Cliënten met een stoornis die je met geen stok meekrijgt naar een externe ggz-behandelaar konden op die manier toch worden gediagnosticeerd, en beter begeleid.
Bij het integreren van de financiële administratie van Nehemia in ons eigen systeem, vorig jaar, bleek dat de ggz-behandelpoot van Nehemia structureel onderproduceerde en veel minder declareerbare zorg leverde dan was begroot. Zorgverzekeraars scherpen de vereisten voor ggz-instellingen bovendien steeds verder aan. De voorzieningen voor onlinehulpverlening moeten optimaal zijn. Voor Nehemia vergde dat in 2013 een forse inhaalslag op ict-gebied. De mogelijkheden om het aantal ggz-behandelingen uit te breiden en kostendekkend te operen, zijn voor een instelling met een dergelijke geringe omvang echter beperkt. Daarom heb ik besloten alleen met de ambulante behandeling van Nehemia door te gaan en de ggz-poot te sluiten. Als gevolg daarvan raken we ook in Noord-Holland acht arbeidsplaatsen kwijt. Met het oog op de toekomst heb ik verder moeten besluiten voorlopig geen tijdelijke contracten te verlengen. Nieuwe vacatures worden voorlopig niet opgevuld.”
Hoe het financiële plaatje er na deze ingrepen uitziet? Van Hell: „Vorig jaar hebben we afgesloten met een tekort van ruim 3,6 ton; 2,1 bij Nehemia en ruim 1,5 bij Ontmoeting, onder andere in Epe. Door de onderproductie bij Nehemia en de overgangsregeling bij het woon-werkcentrum zijn we nog steeds verliesgevend. Ik verwacht 2014 af te sluiten met een verlies van 4 à 5 ton, maar met de aangekondigde personeelsreductie, inclusief een vacaturestop, verwacht ik vanaf 2015 weer financieel gezond te zijn.”
Spijt van de overname van Nehemia heeft Van Hell niet. „Het heeft even geduurd voordat we zicht kregen op de onderproductie van de ggz-behandelpoot, maar de ambulante woonbegeleiding is levensvatbaar. Ik ben ervan overtuigd dat we door de overname een bijdrage hebben geleverd aan het voortbestaan van een van de weinige christelijke zorgorganisaties in de kop van Noord-Holland, zo niet de enige. Een organisatie die daar niet alleen bestaansrecht heeft, maar ook hard nodig is.”
Onder uw leiding groeide Ontmoeting de afgelopen twintig jaar uit tot een professioneel zorgbedrijf. Kunt u als bestuurder nog de ommezwaai maken naar een instelling die voor een belangrijk deel op vrijwillige krachten drijft?
„Als de wolkkolom na twintig jaar bij Ontmoeting een andere kant opgaat, zal ik hebben te volgen. Maar dat we nu een nieuwe weg moeten inslaan, zie ik niet als nederlaag. De laatste zondag dat ik leiding mocht geven aan de zondagse bijeenkomst in onze Rotterdamse opvang waren een van onze cliënten en zijn vrijwillige begeleider samen van de partij. Die cliënt, een man met een crimineel verleden, wees op zijn begeleider en zei: Deze man kan ik vertrouwen. Die begeleider gáát voor Ontmoeting, als dertiger met een drukke baan en misschien ook een druk gezin. Zo’n voorval laat zien dat de betrokkenheid vanuit de achterban na twintig jaar nog steeds heel groot en warm is. De Heere moet het zegenen, maar als we het Bijbelse liefdesgebod in de praktijk mogen brengen, gaat daar zeker iets van uit.”
Nieuwe missie
Vanuit christelijke naastenliefde professionele hulp verlenen aan dak- en thuislozen. Met dat doel werd stichting Ontmoeting 26 jaar geleden opgericht. De organisatie begon haar hulpverleningswerk in Rotterdam, waar de activiteiten zich in de loop der jaren sterk uitbreidden. Later volgden locaties in onder meer Epe, Harderwijk, Hoek van Holland, Hummelo en Heerhugowaard.
Om beter te kunnen inspelen op veranderingen in de zorg kondigde bestuurder Van Hell deze week een aantal organisatorische ingrepen aan. De drijfveer van Ontmoeting werd vorig jaar opnieuw verwoord, maar bleef qua inhoud onveranderd: „Christus leert ons om God lief te hebben boven alles en onze naaste als onszelf. Ook toont Hij ons dat mensen kwetsbaar zijn en behoefte hebben aan ontmoetingen. We geloven dat ontmoeting tot stand komt wanneer mensen, ontdaan van pretenties, er voor elkaar zijn.”