Bedrijf eist tientallen miljoenen van topman
Het mediaconcern Hollinger International daagt zijn voormalige topman Conrad Black en enkele anderen voor de rechter wegens malversaties.
Het vordert 200 miljoen dollar van hen terug. Dat heeft Hollinger, uitgever van onder meer de Amerikaanse krant Chicago Sun-Times, de Britse krant The Daily Telegraph en The Jerusalem Post, dit weekeinde bekendgemaakt.
De onderneming beschuldigt Black, diens in Toronto gevestigde houdstermaatschappij Hollinger Inc, en zijn voormalige rechterhand David Radler van het wegsluizen van tegoeden van het bedrijf. Om hun handelwijze te verhullen, zouden zij de boeken hebben veranderd. Zij hebben directieleden en minderheidsaandeelhouders onvolledige informatie verschaft en zichzelf buitensporige beloningen toegekend, aldus de ingediende aanklacht.
Hollinger zette dit weekeinde Black met onmiddellijke ingang aan de kant als voorzitter zonder uitvoerende taken. Vorig jaar november trad Black al terug als president-directeur van Hollinger International. Toen was bekend geworden dat hij, Radler en enkele andere topmanagers 32,2 miljoen dollar aan onrechtmatige betalingen hadden ontvangen. Het ging onder meer om geld dat is ontvangen van kopers van kranten van Hollinger in het kader van een concurrentiebeding.
Black is van oorsprong Canadees, maar hij gaf in 2001 zijn nationaliteit op om te kunnen toetreden tot het Britse Hogerhuis. Hij is in de adelstand verheven wegens zijn verdiensten voor de Britse pers en mag zich sindsdien Lord Black of Crossharbour noemen.
Gisteren werd bekend dat de Britse broers David en Frederick Barclay Hollinger Inc willen overnemen voor 468 miljoen dollar. Hollinger Inc is voor het grootste deel in handen van Black, die met verkoop akkoord gaat. Via Hollinger Inc krijgen de Britse broers, die al eigenaar zijn van het Londense Ritz Hotel en de krant The Scotsman, een grote zeggenschap over Hollinger International.