Het kabinet, zo bleek donderdagmorgen tijdens een Kamerdebat, onderkent dat er sprake is van een humanitaire noodsituatie in de stad. Militair optreden is dan ook zonder volkenrechtelijk mandaat mogelijk, maar dan moet dat wel bijdragen aan leniging of beëindiging van die nood.

En in dat soort gevallen dient de internationale gemeenschap „zo eensgezind mogelijk op te treden”, aldus minister Timmermans (Buitenlandse Zaken). Hij zei dat het kabinet intensief overlegt met andere landen over de nu te volgen koers. „Er is op dit moment geen internationaal gedeeld beeld over de consequenties die moeten worden verbonden aan de situatie in Kobani.”

Hij noemde het wel „beschamend” dat de internationale gemeenschap „zo machteloos” staat tegenover het geweld in Syrië.

Mocht er een verzoek komen voor noodhulp, dan zal het kabinet daar zeker gehoor aan geven.

Een ruime Kamermeerderheid steunde donderdagmorgen het kabinetsbeleid om ook nu niet militair in te grijpen tegen IS in Syrië.

VVD-Kamerlid Ten Broeke toonde zich wel bereid een eventueel verzoek tot inzet van Nederlandse F-16’s boven Kobani „te bezien.” Hij weigerde het kabinet echter voor te schrijven of, en zo ja welke militaire middelen er moeten worden ingezet om de Koerden daar te ontzetten.

PvdA’er Servaes gelooft niet dat militair ingrijpen de „complexe situatie” in Syrië zal verbeteren.

CDA en CU vroegen het kabinet welke rol er voor Turkije is weggelegd om IS te bestrijden.

Wat CU-Kamerlid Voordewind betreft, overweegt het kabinet de inzet van Nederlandse F-16’s bij Kobani. SGP’er Bisschop stelde dat het kabinet de beperkingen aan de Nederlandse inzet tegen IS (alleen in Irak) moet schrappen. „Nood breekt wet. Er staan veel mensenlevens op het spel. Aan de rand van het NAVO-gebied mag geen islamitische staat ontstaan.”

D66, CU en SGP suggereerden om wapens te leveren aan de Koerden.