Dat zei Bahoz Derik, bestuurslid van de Federatie Koerden in Nederland, dinsdagavond desgevraagd. Hij heeft „voortdurend telefonisch contact” met Koerden in het Noord-Syrische Kobani. „De situatie is zeer ernstig. IS-strijders zijn de stad binnengetrokken en leveren man-tegen-mangevechten met de Koerden. Elke vijf minuten worden er nieuwe slachtoffers bekendgemaakt. In de straten hangt een lijklucht van de vele doden.”

Derik was maandagavond aanwezig bij de demonstratie van Koerden in Den Haag. Hij verwacht de komende dagen nieuwe Koerdische acties in onder meer Arnhem, Den Haag, Amsterdam en Rotterdam. „We moeten de druk op de Nederlandse regering opvoeren. Nederland wil alleen de luchtaanvallen boven Irak steunen, niet boven Syrië. Het is voor ons onbegrijpelijk dat Koerden aan de ene kant van de grens worden geholpen, maar aan de andere kant niet.”

Volgens Derik is er sprake van „genocide” in Kobani. „Als Nederland niet snel meehelpt om in te grijpen, is het medeverantwoordelijk voor deze genocide. Er zijn al twee F-16’s in de regio aanwezig. Deze kunnen binnen enkele uren worden ingezet.”

Hoewel er vele malen meer Koerden in Kobani wonen dan dat er IS-aanhangers aanwezig zijn, is er volgens Derik sprake van een ongelijke strijd. „IS heeft geavanceerde wapens, de Koerden hebben die niet.”

Dinsdag heeft de Koerdische federatie gesprekken gevoerd met leden van de Tweede Kamer. Woensdag zouden deze worden voortgezet. Derik: „De diverse fractiewoordvoerders tonen begrip voor onze noodoproep, maar zeggen: We kunnen niets doen buiten de regering om. Intussen verstrijkt de tijd. Elke minuut telt in Kobani. De situatie wordt bemoeilijkt doordat de stad in het midden van door IS bezet gebied ligt. Directe hulp van buitenaf is onmogelijk.”