‘Giessenburg’ overlegt over relatie tot PKN
De gereformeerde kerken te Nieuw-Vennep en Noordeloos (het zogeheten Giessenburg-overleg) houden zaterdag een bezinningsbijeenkomst over de vraag hoe zich te verhouden tot de gefuseerde SoW-kerken, die na 1 mei officieel de Protestantse Kerk in Nederland vormen.
De gemeente Bergambacht is uit het Giessenburg-overleg gestapt en denkt erover om als zelfstandige gemeente een bijzondere betrekking of associatie met de PKN aan te gaan. Er hebben zich zo’n twintig kerkenraden aangemeld voor de dag, zegt A. de Leeuw, preses van de gereformeerde kerk te Noordeloos.
Het Giessenburg-overleg is ontstaan na een beraadsdag van de Gereformeerde Kerken in Nijkerk vorig jaar, belegd door het Confessioneel Gereformeerd Beraad (CGB). In augustus vorig jaar kwamen er in Giessenburg zo’n zestig kerkenraden bijeen om zich te bezinnen op de komende fusie van de SoW-kerken. Breekpunt van deze kerken was vooral de teloorgang van de zelfstandigheid van de plaatselijke kerken en de financiële consequenties van de quotisatieregeling, die funest heette te zijn voor de kleinere kerken.
Het Giessenburg-overleg is een apart beraad naast de bijeenkomst die afgelopen zaterdag in Ermelo werd gehouden door het Beraad van Confessionele Gereformeerde Kerken (BCGK), een platform van het CGB, en de Bezinningsgroep van gereformeerde kerken, waarvan de initiatiefnemers ds. C. B. Elsinga (Den Ham) en ds. K. J. Bijleveld (Garderen) zijn. Desondanks zijn er raakvlakken met deze groepen omdat ook het Giessenburg-overleg zich verwant voelt met het CGB. Een vertegenwoordiger van de groep van ds. Elsinga zal zaterdag ook in Giessenburg aanwezig zijn.
De dag zelf zal vooral het karakter hebben van een inventarisatie van de mogelijkheden en de onmogelijkheden van het meegaan met de PKN, zegt De Leeuw. De gemeenten van Giessenburg en Noordeloos willen zelf geen adviezen geven, maar alleen „facilitair bezig zijn.” De kerkenraden die aanwezig zijn, zullen geen standpunt kunnen innemen, maar moeten dat doen in overleg met de eigen gemeenten. „Het is een flinke klus om alle informatie over onze houding tot de PKN op tafel te krijgen en juridisch waterdichte appèlschriften te formuleren”, zegt De Leeuw.