Mediator De Pender: Emotie speelt vaak hoofdrol in kerkelijk conflict
DRIEBERGEN. Emoties spelen in een kerkelijk conflict vaak een hoofdrol. Dat concludeert Eddy de Pender, auteur van het begin deze maand verschenen boek ”Vrede stichten in de kerk”. Toch is bijna geen enkel conflict onoplosbaar, stelt de coach en mediator. „Maar je moet natuurlijk wel openstaan voor hulp.”
Het is deze week vrijwel geen moment rustig voor De Pender. De coach en mediator is een van de motors achter de symposia onder de titel ”Healthy Churches”, waar onder anderen de Amerikaanse conflictdeskundige dr. Richard Blackburn spreekt. Zaterdag is in Amstelveen de afsluitende bijeenkomst, waar Blackburn onder meer spreekt over de wisselwerking tussen kerk en gezin.
Blackburn vormt voor De Pender een van zijn inspiratiefiguren, zegt hij. „Niet de enige, wel een belangrijke.” De Amerikaan kwam voor het eerst in 2006 naar Nederland, om te spreken over conflicten in de kerk. In datzelfde jaar verscheen het eerste boek van De Pender, over christen-zijn op de werkvloer. In 2007 bracht De Pender een brochure uit over omgaan met conflicten in de kerk, een van de eerste vruchten van zijn werk als mediator.
In kerken komen regelmatig conflicten voor, omdat mensen daar intensief met elkaar optrekken en betrokken zijn bij wezenlijke zaken, zegt De Pender. Het was voor hem een van de redenen om een boek te schrijven dat helemaal gewijd is aan spanningen in de kerk. „Ik heb contacten met mensen van allerlei kerken, van de Protestantse Kerk in Nederland, waarvan ik zelf lid ben, tot christelijke gereformeerden, baptisten en leden van de pinksterkerken. In al deze groepen, en waar niet in de samenleving, komen conflicten voor.”
De in 2007 verschenen brochure ”Vuistregels voor vredestichters” wordt nog steeds gebruikt om mensen te stimuleren om in gespannen situaties met elkaar in gesprek te gaan, zegt De Pender. „Er blijkt echter behoefte te zijn aan verdieping. In mijn boek stel ik daarom twee elementen centraal: welke rol je eigen persoonlijkheid speelt in een conflict en de functie van leiderschapsstijlen.”
Grofweg zegt De Pender bij zijn adviseringswerk in kerken twee soorten reacties mee te maken op het moment dat er spanningen ontstaan. „Er is een groep mensen die zegt: Dat er een conflict dreigt, komt doordat we onvoldoende geestelijk bezig zijn in de kerk. We moeten de Bijbel serieus nemen. De andere groep zegt: We moeten alleen beter met elkaar communiceren, zeg maar: de sociale vaardigheden van de kerkgangers beter ontwikkelen. In mijn visie zijn beide benaderingen waardevol, maar ik voeg iets toe: dat je overal jezelf meeneemt, zeker in conflicten.”
In het eerste deel van zijn boek focust De Pender daarom op het persoonlijk functioneren van mensen in een situatie. „Het maakt nogal wat uit of je er bij een conflict vol in meegaat, of dat je je juist terugtrekt.” Die eigen rol probeert de auteur weer te geven in een schema. Uitgangspunt daarbij is dat er bij een conflict een moment moet komen waarop de emoties tot rust komen. Vervolgens is het van belang het eigen hart te onderzoeken. Daarna bepleit De Pender „jongleren met respect”, dat wil zeggen dat er verder gesproken moet worden over de situatie met achting voor de ander, voor je eigen persoonlijkheid en voor het onderwerp dat aanleiding vormt tot het conflict. Daaruit moet een fase van verzoening en vergeving voortkomen, gevolgd door een dialoog en het eventueel aanleren van nieuwe vaardigheden.
Iemand die betrokken is bij een kerkelijk conflict zou kunnen denken: Waarom moet ik met mezelf aan de slag?
„Omdat het ertoe doet hoe je in gespannen situaties reageert. Ik behandel in mijn boek twee basisemoties: boosheid en angst. Als je heel snel boos wordt, is het van belang om te zien hoe de Bijbel daarover spreekt en dat naast je eigen functioneren te leggen. Daarnaast is het belangrijk je eigen rol te onderkennen, omdat in elk verwijt dat je een ander maakt, een wens zit hoe je dan wel wilt dat het gaat. Stel dat je steeds van de voorzitter van een vergadering onvoldoende ruimte krijgt om je visie te laten horen. Dan kun je diegene dat gaan verwijten, maar het is van belang te weten welke rol je eigen houding speelt bij het onvoldoende ruimte krijgen. Misschien pak je het verkeerd aan.”
Het tweede deel van het boek focust op kerkleiders. Waarom?
„Zij hebben een specifieke functie, bijvoorbeeld om de koers van de kerk te bewaken of uit te zetten. Als zij iets fout doen, is het effect groter dan wanneer een gewoon gemeentelid dat doet. Daarbij kunnen we niet om de rol van de predikant heen. Hij is vaak de spilfiguur bij conflicten, onder andere door zijn eigen houding en gedrag. Dat heeft vaak te maken met hoe hij omgaat met emoties. Daarom is het ook belangrijk dat er bij de scholing van predikanten aandacht is voor het leidinggeven in de gemeente.”
Als het misgaat in de relatie tussen predikant en gemeente, kan het dan weer goed komen?
„Dat hangt in de eerste plaats af van de bereidheid om hulp te aanvaarden, zowel van de kant van de predikant als van de gemeente. Als een voorganger goede begeleiding krijgt, kan hij daar veel van leren. Een predikant die zich juist terugtrekt, is minder toegankelijk voor hulp. Soms is het ook gewoon te laat, dan hebben predikant of gemeente te lang gewacht met hulp inroepen. Die conclusie moet je als mediator ook durven trekken.”
Betekent dit dat een bemiddelaar vooral nuchter de zaken op een rijtje moet zetten?
„Als ik bij conflicten gevraagd word om te helpen, probeer ik dat wel. Het is heel menselijk om iemand aan te wijzen als de zondebok. Maar dat is niet Bijbels en ook niet verstandig, omdat je dan meestal voorbijgaat aan de dieper liggende redenen waarom problemen ontstaan. Vaak zie ik al heel veel van de oorzaken in de wijze waarop mensen met elkaar omgaan. In conflictsituaties kan dat sterk emotioneel geladen zijn. Dat maakt het lastig om verstandig na te denken over je reactie. Het is belangrijk dat de betrokkenen bij een conflict dat ook gaan beseffen. De Bijbel roept op tot verzoening. Aan ambtsdragers is de dienst van de verzoening toebetrouwd. Dat geeft een verantwoordelijkheid om ook Bijbels en respectvol te handelen bij het zoeken van oplossingen voor problemen.”
Is het mogelijk om in een kerk zonder conflicten te leven?
„We moeten accepteren dat onenigheid erbij hoort in het leven. Maar ik denk wel dat het mogelijk is om preventieve acties te ondernemen. Een heel handig hulpmiddel daarbij is een kort lijstje met vuistregels, dat ik als bijlage bij het boek heb gevoegd. Het zegt eigenlijk: erken dat conflicten onderdeel zijn van het leven. Bid voor elkaar, maar zoek elkaar ook op en luister naar elkaar. In het zoeken naar een oplossing is een zekere vasthoudendheid nodig, maar ook openstaan voor hulp en bemiddeling.”
Eddy de Pender
Eddy de Pender is zelfstandig coach en mediator. Hij is betrokken bij het Netwerk Vredestichters, dat bemiddelt in kerkelijke conflicten. Voordat hij in 2004 aan de slag ging in zijn vakgebied, werkte De Pender onder meer in de it-sector. Bovendien was hij directeur van Willow Creek Nederland, een afdeling van een Amerikaanse kerkelijke vernieuwingsorganisatie. De Pender schreef in 2007 onder de titel ”Vuistregels voor vredestichters”, een brochure voor mensen die met spanningen in de kerk te maken hebben. Ook was hij auteur van het in 2006 verschenen ”Help, het is weer maandag!” over christen-zijn in de werksituatie.