Van de 1483 wethouders die na de raadverkiezingen zijn benoemd, zitten er 761 voor het eerst op het pluche, zo blijkt uit onderzoek dat in opdracht van Binnenlands Bestuur is gedaan. „Heel riskant”, aldus Noordegraaf. Onervaren wethouders hebben sowieso een groter risico op een crisis die hen de kop kan kosten. Dat komt onder meer omdat ze vaker in conflict kunnen komen met de gemeenteraad, te maken krijgen met grote projecten die tegenvallen of in hun onervarenheid dubieuze relaties met verkeerde partijen aanknopen.

De voortvarendheid waarmee nieuwe wethouders hun taken willen oppakken, keert zich ook soms tegen hen. „Als de nieuwbakken wethouder te snel en te veel tegelijkertijd wil is er het gevaar dat hij inhoudelijk steken laat vallen”, denkt Noordegraaf.

Nu hebben deze bestuurders ook nog te maken met de enorme operatie waarbij de gemeenten verantwoordelijk worden voor taken op het gebied van onder meer jeugd, zorg en werk. Daarbij moeten in korte tijd veel problemen worden opgelost en krijgt de wethouder te maken met veel verschillende burgers, instellingen en ondernemers. „Vooral jonge en onervaren wethouders hebben niet zomaar het repertoire om dat bestuurlijke spel behendig te spelen”.