Reisorganisaties blij met bestand Israël-Hamas
APELDOORN. Organisaties die veel reizen naar Israël plannen, zijn blij met de wapenstilstand die Israël en Hamas dinsdagmiddag hebben gesloten. Ze hopen én verwachten dat het toerisme naar het Heilige Land zich snel herstelt.
De Israëlische krant Ha’aretz berichtte dinsdag dat het aantal hotelboekingen door buitenlanders in juli als gevolg van de oorlog in de Gazastrook met bijna een kwart is gedaald ten opzichte van juli vorig jaar. Met name de kuststeden hebben te lijden onder een fors dalend aantal buitenlandse toeristen: Haifa (minus 47 procent), Tel Aviv (39) en Netanya (33).
Directeur Jan Willem Herweijer van de christelijke reisorganisatie Goed Idee Reizen denkt dat de daling van het aantal Nederlandse toeristen naar Israël wel meevalt. „Met name uit de Verenigde Staten is de stroom totaal weg. Voor Amerikanen hoeft een dubbeltje maar de verkeerde kant op te rollen, of ze blijven weg. Maar ook het toerisme vanuit Oost-Europa en Zuid-Korea, met zijn groeiende christelijke kerken, naar Israël is bijna opgedroogd.”
Directeur Steven Oppenheim van „de Midden-Oostenspecialist” Oppenheim Travel nuanceert het beeld dat Nederlanders Israël trouw blijven. Hij onderscheidt drie stromen reizigers. „De etnische: Joden die voor een huwelijk of een bar mitswa naar Israël gaan. Dat gaat gewoon door. Dan christelijk Nederland. De achterban van ChristenUnie en SGP, de biblebelt, dat gaat grotendeels gewoon door. Die hebben een grote betrokkenheid op het land. Alleen de –wat ik noem– gemiddelde buurman blijft weg. Voor hem is Israël een van de mogelijke vakantiebestemmingen. Die boekt gewoon een ander land.”
Bij Oppenheim Travel is de schade redelijk beperkt. „Het is donker, maar niet zwart. We hebben één reis geannuleerd en hebben 100 annuleringen ontvangen, op de 600 à 800 reizigers die per maand boeken.”
Oppenheim is optimistisch. „Het komt wel weer goed. Het is niet de eerste keer dat dit gebeurt. Onze klanten die uit Israël terugkomen, kijken terug op een prettige vakantie. Tot verbazing van velen, maar niet die van ons.”
Reli Weinberg van collega-organisatie Krukziener’s Reisbureau, dat onder meer reizen voor Christenen voor Israël organiseert, is aanmerkelijk negatiever over de effecten van de inmiddels gestaakte strijd. „Die zorgt voor een heel grote klap. Normaal zitten we op 1 augustus vol voor de nazomermaanden september, oktober, november. Nu hebben we veel annuleringen gekregen en zitten we op 30 procent bezetting. Noch de klanten, noch organisaties willen risico lopen. De laatste adverteren ook niet. Ze willen geen geld weggooien.”
Hoewel er nu een bestand is, vreest Weinberg dat het Nederlandse toerisme naar Israël zich pas in februari zal herstellen. Hij vindt dat alle reisorganisaties nu gezamenlijk moeten besluiten om minder reizen naar het Joodse land te organiseren.
Annuleren
Christenen voor Israël annuleerde twee van de vijf najaarsreizen. De christelijke reiskoepel Beter-uit Reizen schoof drie groepsreizen door naar het voorjaar. Directeur Jan van den Bosch: „Ik spreek niet van annuleren, want dan gaan ze niet meer door.” Hij verwacht dat de wapenstilstand tussen Israël en Hamas een snel herstel van het aantal boekingen teweeg zal brengen.
Eén voordeel van de huidige malaise ziet Weinberg wel: „De toeristen die in Jeruzalem zijn vinden het heerlijk dat ze niet een uur in de rij hoeven te staan voor attracties, maar binnen twee seconden binnen zijn.”
Alle vier woordvoerders benadrukken dat Israël een zeer veilig toeristisch land is. Weinberg: „Alleen tijdens de intifada in de jaren 90 zijn er slechts zes toeristen gewond geraakt. Vergelijk dat eens met de doden in de VS, Engeland, Kenia, Indonesië en Spanje.”
Rest de vraag welke schade de teruggang in het toerisme aan de Israëlische economie toebrengt. Die lijkt relatief gering. Het Israëlische ministerie van Toerisme meldde dinsdag dat deze branche zorgt voor (slechts) 2 procent van het bruto nationaal product. Daarnaast zijn wel 200.000 van de 4 miljoen inwoners afhankelijk van het toerisme. Van den Bosch: „Die schade valt gelukkig dus mee.”