Realistisch
Onder hervormd-gereformeerde predikanten kwam tijdens de tweede dag van hun jaarlijkse vergadering de islam aan de orde. Dr. J. Broekhuis waarschuwde voor te grote angst ten aanzien van moslims. De christen-democraat C. Bremmer toonde zich blij met dat advies. Hun woorden verdienen een zekere mate van bijval. Autochtone inwoners van West-Europa vereenzelvigen te gemakkelijk moslims met terroristen. Niet elke volgeling van Allah is strijdbaar. Velen tonen zich vredelievend.
Toch valt ook de oproep van europarlementariër drs. B. Belder niet te veronachtzamen. Hij vroeg om een realistische opstelling. In Europa wonen 15 miljoen moslims. Door de toetreding van Turkije tot de Europese Unie zal de islamisering toenemen. Dan kan Bremmer ruimte vragen voor ’andersgelovigen’. Maar die visie staat erg ver bij het oorspronkelijk reformatorisch denken van Calvijn vandaan. De geschiedenis bewijst bovendien dat er binnen de islam op z’n minst altijd relschoppers zijn die het christenen erg moeilijk kunnen maken.
Dat bleek deze week, toen in Pakistan ds. Mukhtar Masih werd vermoord. In een dorp waarvan de helft van de bevolking christelijk is. De christelijke mensenrechtenorganisatie Claas, die kantoor houdt in Lahore, rapporteerde deze week de gang van zaken aan enkele Europese media. De laatste tijd sporen Pakistaanse moslimextremisten medeburgers aan tot geweld tegen de christelijke minderheid in het land. President Pervez Musharraf is niet in staat de uitbarstingen die hier en daar in het land telkens de kop op steken, onder de duim te houden.
Er is ook een positievere kant. Hoewel bijna 99 procent van de Turken moslim is, gaat het niet om een islamitische staat. De regering heeft al eerder de doodstraf in vredestijd afgeschaft. Nu heeft het land ook het protocol van de Europese Conventie van de Rechten van de Mens getekend. Dat wil zeggen dat er ook in oorlogstijd geen mogelijkheid meer is de doodstraf toe te passen. Op die manier neemt het bewind nadrukkelijk afstand van de sharia, de islamitisch wet. De koran schrijft bijvoorbeeld het afkappen van hand en voet of de doodstraf voor wanneer er struikroverij aan de orde is. Of geseling of de doodstraf door steniging voor ontucht. Als het landsbestuur de doodstraf uitbant, distantieert het zich daarmee van strenge islamitische voorschriften.
Constructief lijkt ook dat de islamitisch-socialistische volksrepubliek Libië heeft besloten de nabestaanden van de slachtoffers van de aanslag op een Frans passagiersvliegtuig in 1989 een schadevergoeding te gaan betalen. De regering in Tripoli bleek bij dat grof geweld geen schone handen te hebben gehad. Of het Gaddafi er nu om gaat sancties te voorkomen of niet, matiging is positief.
Er is beweging onder moslims. Ten goede en ten kwade. Dat het opdringen van godsdienst uit het M-Oosten bepaalde risico’s oplevert, valt niet te weerspreken. In Europa blijft de islamitische cultuur op den duur trouwens ook niet van secularisatie gevrijwaard. Maar angst is in alle gevallen een slechte raadgever. Als bangheid en schrik het westerse beleid zouden gaan bepalen, ontstaat er licht paniek. Dat speelt de gevreesde machten juist in de kaart.
Angst kan camouflage vormen. Christenen zouden -nog afgezien van het uitdragen van een heldere boodschap voor moslims- een andere toevlucht moeten hebben. Vrees voor islamitische invloed vraagt christenen naar de houdbaarheid van hun eigen geloof. Of is het die naam niet waard? In de jaren ’80 haalde het debat rond nucleaire massavernietigingswapens de synodale vergaderingen van de grote Nederlandse protestantse kerken. Een van de slotzinnen in een rapport op de hervormde synode zei zoiets als: „Wij kunnen leven met onze Heere, onder welk politiek systeem ook.” Ja?