Verhoor
In die jongste dag zullen de ouders opstaan tegen hun kinderen. Zij zullen hen aanklagen voor hun ongehoorzaamheid en verachting, waardoor zij hun ouders zo vaak hebben bedroefd. Maar er zullen ook kinderen zijn die hun ouders aanklagen, omdat die hen in allerlei ijdelheden hebben opgevoed en hun met zondige voorbeelden zijn voorgegaan.Dan zullen de toehoorders opstaan tegen hun predikant die hen gestreeld en niet genoeg voor het verderf heeft gewaarschuwd, die hun de weg des levens breder heeft voorgesteld dan hij in werkelijkheid is. Daartegenover zullen getrouwe predikanten in het gericht tegen hun toehoorders opstaan, die zij, met een trouw hart en met vurige liefde tot het heil van hun ziel, het gevaar dikwijls hebben voorgesteld. Daartegen hebben dezen zich altijd verhard. Dan zullen die predikanten hun tranen en hun zuchten tonen die hun toehoorders hen zo vaak hebben uitgeperst en zeggen: Hoe dikwijls hebben wij u niet in het leven gesmeekt om u met God te laten verzoenen en met tranen vermaand? Ja, hoe dikwijls hebben wij u niet voorgesteld leven en dood, zegen en vloek?
Siddering en beving moet zulke zondaren overvallen als hun geweten ook tegen hen getuigt. „Is het niet de waarheid? Hebt u dit alles niet moedwillig in de wind geslagen?” Dan is het te laat om voor de Rechter een voetval te doen.
W. E. Ewald, predikant te Altona (Voorboden der eeuwigheid, 1736)