H. wordt verdacht van het doodsteken van de 38-jarige Rocky de Miranda. Het slachtoffer huurde een kamer bij de verdachte. Het lichaam van De Miranda werd in maart 1999 in recreatiepark Spaarnwoude gevonden.

Tijdens een verhoor in 1999, waarover was afgesproken dat dit geheim zou blijven, wilde H. de identiteit van de moordenaars onthullen. Tot ieders verbazing bekende hij zelf zijn huisgenoot om het leven te hebben beroofd.

De rechtbank in Haarlem liet de ’geheime’ verklaring buiten beschouwing en sprak H. vrij. Het hof oordeelt echter dat de verklaring mag worden gebruikt. De geheimhouding slaat volgens het hof op derden. Nu H. zelf heeft bekend tijdens dat verhoor, kan van geheimhouding geen sprake meer zijn. De zaak is voor onbepaalde tijd aangehouden.