7keer7 zet kerk op het verkeerde spoor
De uitkomsten van de brainstormsessie van de ”7keer7-roadtrip” over hoe het christendom eruit zou moeten zien, grossieren in oneigenlijke tegenstellingen, stelt dr. Jos Strengholt.
Zeven avonden brainstormden allerlei mensen met elkaar over hoe een „nieuw soort christendom” eruit zou moeten zien. Dat zogeheten 7keer7-project resulteerde in zeven „pragma’s” (nadrukkelijk geen dogma’s) om de goede kanten van religie nieuw leven in te blazen. Bij dit project zijn mijns inziens de nodige kanttekeningen te plaatsen.
Wat me vooral opvalt, is dat er telkens oneigenlijke tegenstellingen worden geschapen. Zoals tussen geloven en leerling van Jezus zijn. Een van de perspectieven van 7keer7: „Jezus Zelf zei niet: „Geloof in Mij”, maar: „Word Mijn leerlingen.”” Dit is onwaar. Jezus vraagt Zijn leerlingen wel degelijk om in Hem te geloven, net als de apostelen. Goede leerlingen luisteren naar hun Meester.
De schrijvers van de richtingwijzers van 7keer7 poneren daarnaast een tegenstelling tussen de inhoud van en de daad van geloven. Het idee dat een christendom zonder heldere geloofsinhoud beter zou zijn, is net als zeggen dat voetbal leuker wordt als we de regels afschaffen.
Verder stelt 7keer7 dat het kerkgebouw niet zo belangrijk is en dat het om de mensen gaat. De kerk moet vooral worden gezien als organisme, niet als organisatie. Ook dat is een oneigenlijke tegenstelling. Geen gemeenschap kan zonder organisatie.
„Stop de show”, zegt een volgend pragma. Open zijn naar mensen, ook als die falen, eerlijk zijn, stoppen met marketing van de kerk en de gladde lichtshows: dat vind ik goede adviezen. De kerk is een gemeenschap van gelovigen en moet dat ook echt tot uiting laten komen. We hoeven daarbij niet te wedijveren met popconcerten of televisieshows. Maar: „Vergeet de tot in detail uitgewerkte preken”? Moet een preek dan niet goed uitgewerkt zijn?
„Een kerk is er voor gemeenschap met elkaar, niet voor informatieoverdracht”, zegt 7keer7. Een open deur, want welke kerk dient enkel de informatieoverdracht? De gemeenschap van de kerk heeft daar wel behoefte aan, want het Woord van God moet niet alleen worden geleefd, maar ook aangeleerd.
De woorden „Een kerk is er voor gemeenschap met elkaar”, laten op zich een eigenaardige vergissing van de schrijvers van de conclusies van 7keer7 zien. Een kerk is er immers niet voor gemeenschap met elkaar, maar een kerk is zelf de gemeenschap van gelovigen. De kerk bestaat niet om gemeenschap te scheppen, maar de kerk is de gemeenschap der heiligen. Een gemeenschap waarin Jezus centraal staat als de Schepper van de gemeenschap.
Romantisch
We zouden minder moeten spreken over God, want misschien „kan God ook eens zonder woordvoerders van Zich laten horen.” Misschien de natuur in? Ik heb niks met deze uitgekauwde romantische gedachte. God spreekt immers door middelen, en dat zijn doorgaans mensen – de kroon van Zijn schepping. God kiest daar Zelf voor, als je ziet hoe Hij in het verleden sprak. Dat er soms verkeerd over God is gesproken, moeten we dan niet ‘goedmaken’ met zwijgen, maar door op de juiste manier over Hem te spreken; liefdevol en waarheidsgetrouw.
De kerk zou zich volgens de uitkomsten van het 7keer7-project ook meer bezig moeten houden met het leven op aarde dan met de hemel. Waarom toch steeds van die oneigenlijke tegenstellingen? Ik weet niet welke kerken alleen maar met de hemel bezig zijn, maar ik kom maar weinig van zulke christenen tegen. Geloof is bedoeld om ons aan God te verbinden, maar is het dan niet van belang om vast te stellen wat dit geloof dan inhoudt?
Misschien mag ik de samenstellers van de zeven punten vragen om ietsje over de grens te kijken. Wereldwijd groeit de institutionele kerk als kool. De kerk die gelovig is, die de gewone orthodoxe geloofsinhoud verkondigt. De kerk die gastvrij is, armen helpt, verdrukten bijstaat, die voor gezinnen zorgt en voor daklozen. Misschien zit de echte pijn in Nederland dus niet in de kerk, maar in de samenleving. Als mensen het Evangelie niet willen geloven, moeten we moedig zijn en dat aanvaarden.
We hebben een Bijbel, een traditie, een geschiedenis, dogma’s, een wereldwijde gemeenschap van het geloof, en we hebben een drie-enige God. Wat Hij van ons vraagt, is bovenal dan we Hem trouw zijn. Laten we als kerk in Nederland niet te veel proberen het wiel opnieuw uit te vinden. Misschien verwerpen we daarmee impliciet wel de Heer Die Zijn kerk twintig eeuwen lang leidde en vulde met Zichzelf en gebruikte om mensen tot Zich te trekken.
De auteur is anglicaans priester in Heliopolis, Egypte.