Zaterdag stortte een Boeing 737 van Flash Air in de Rode Zee, waardoor alle 148 inzittenden om het leven kwamen. Een woordvoerster van het Zwitserse Federale Bureau voor Burgerluchtvaart stelde zondag dat bij een inspectie was gebleken dat de chartermaatschappij een bedreiging vormde voor de veiligheid van de luchtvaart.

Nour gaf toe dat de Zwitserse luchtvaartautoriteiten in oktober 2002 onvolkomenheden hadden geconstateerd aan een toestel van Flash Air. Daarop volgde echter geen verbod op het vliegen over of landen in Zwitserland. Een week later landde er weer een toestel van Flash Air en werd alles in orde bevonden. De week daarop was volgens het contract de laatste vlucht naar Zwitserland. Het verbod volgde op onenigheid over een rekening van een Zwitserse firma, legde Nour uit.

Als er iets schortte aan de veiligheid, zou Flash Air volgens de topman ook niet mogen vliegen op andere Europese bestemmingen, zoals de maatschappij wekelijks doet. Egypte heeft maandag de Zwitserse beschuldigingen „categorisch ontkend", zei Luchtvaartminister Ahmed Shafik.

Ook de Franse regering was het er niet mee eens. Minister De Robien van Transport zei maandag dat Flash Air „een goede reputatie" geniet. De toestellen hebben recente tests goed doorstaan, aldus de bewindsman. Het rampvliegtuig had Parijs als bestemming.